Bij ons thuis
Samen ‘palmen’ met de kinderen thuis of in het huis van de grootouders geeft je de gelegenheid om het verhaal van de intocht van Jezus in Jeruzalem (Lc 19,28-40) samen op te zoeken of te vertellen én om kinderen op een eenvoudige manier te leren bidden.
Lees meer in 'Palmen op Palmzondag' (huisliturgie)
Met de kinderen kan je ook een palmpaashaantje bakken. Het verwijst naar het kraaien van de haan in het Palmpasenverhaal wanneer Petrus aangeeft dat hij Jezus niet kent (Lc 22,34-62). Het beeld van de haan in de Bijbel is steeds een oproep tot waakzaamheid: verraad het leven niet, maar doe het recht. Ook de haan op de kerktorens verwijst hiernaar.
Recept: ingrediënten (voor 8 haantjes):
500 g bloem
10 g gedroogde gist of 25 g verse gist
3 dl melk
50 g boter
½ eetlepel zout
3 eetlepels suiker
1 ei
Bereiding:
Los de gist op in de lauwwarme melk (niet boven de 30°C). Meng de bloem, zout en suiker in een kom. Maak in het midden een kuiltje en giet de opgeloste gist daarin. Roer vanaf de randen het meel door het vocht en roer tot een deeg. Snijd de boter in dunnen plakjes en voeg deze toe. Kneed het deeg tot het van de handen loslaat en stevig, soepel en elastisch aanvoelt. Bestrooi een oppervlak met bloem en kneed met de muis van de hand. Draai het deeg daarbij af en toe een kwartslag. Leg het terug in de kom, bedek het met een vochtige doek en laat het op een warme plaats 3 tot 4 uur rijzen tot het dubbele volume. Verdeel het gerezen deeg in 8 stukken en rol elk deegstukje tot een rol van ca. 18 cm. Leg de rolletjes in een U-vorm op de bakplaat. Zorg voor voldoende tussenruimte voor het rijzen. Knip de beide uiteinden 2 keer in voor de kam en de staart. Maak een gaatje voor het oog en stop er een krent in. Bestrijk de haantjes voor het bakken met een losgeklopt ei. Bak de haantjes 25 minuten in een op 220 °C voorverwarmde oven. Smakelijk!
Bron: Tini Brugge en Gert Vos, Hemelse spijzen. Een jaarkrans van recepten en hun diepere betekenis, Lannoo/Ten Have, 2004, p. 63.