Foto's Kurt Parewyck
De vier evangelisten
Van de vroegere abdij van Dielegem zijn waarschijnlijk ook de standbeelden van de vier evangelisten afkomstig, die staan opgesteld tegen de vier grote pilaren die het gewelf boven
het hoofdaltaar, dat op een plateau van zwart marmer staat, dragen. Ze dateren van rond 1775 en worden toegeschreven aan beeldhouwer Adrien-Joseph Anrion uit Nijvel; hij was leerling van Laurent Delvaux. Anderen, zoals zuster Gladys Gouyot, ,religieuse van het H. Hart, zeggen daarentegen dat de Brugse beeldhouwer Joseph Fernande (1741-1799) ze gemaakt heeft. Alle vier dragen ze het evangelieboek in de hand; bij de jongste, Johannes,ontbreekt het boek, hij draagt geen baard. Van sommige ontbreken ook nog andere attributen; voor de Babyloniërs vormden ze de vier hoofdpunten van de dierenriem, het waren de sterrenbeelden : waterman (mens), leeuw, stier en adelaar. Lucas heeft de stier aan zijn voeten; zoals zijn Meester werd hij als offer geslacht. Bij Marcus, die hierboven staat afgebeeld, staat de leeuw; hij begint zijn evangelie met het optreden van Johannes de Doper, die predikte in de woestijn, waar de leeuw huist. Bij Johannes, die staat bij het beeld van Maria, Koningin van de Hemel, ontbreekt de arend; hij lijkt op een adelaar wiens evangelie zich verheft op goddelijke
hoogte. Bij Matteus tenslotte stond een mensenhoofd. Hij kreeg dit symbool omdat zijn evangelie begint met de stamboom van de god-mens Jezus Christus.
Deze beelden waren waarschijnlijk te groot om in de kerk van Dewez geplaatst te worden na de Franse Revolutie van 1789. Ze vonden een onderkomen in de pastorij en werden na de opening van deze kerk in 1880 voorlopig op de gewelven aangebracht. Daar werden ze ontdekt bij de herinrichting van de kerk in 1961 samen met het beeld van O.L.Vrouw, Koningin van de Hemel. Nadat ze een opknapbeurt kregen bij het K.I.K. werden ze hier in
de kerk opgesteld bij het hoofdaltaar waar ze als verkondigers van de Blijde Boodschap, tot hun volle recht komen.