In juli 2023 trok ik voor de zoveelste keer nog eens naar Lourdes. Mijn fascinatie voor het bedevaartsoord was reeds begonnen in de hete zomer van 1976, wanneer ik voor de eerste maal (toen nog als seminarist) deelnam. Ik was toen vooral overweldigd door de massale, internationale devotie en het diepe geloof van de zieken, die we toen nog op een aparte zieken(nacht)trein mochten begeleiden. De sfeer onder de grote groep jonge vrijwilligers was hartverwarmend en zorgde voor vriendschappen voor het leven – een wonder?
Tijdens de bedevaart van 1980 – ik had toen het seminarie reeds verlaten – zaten we na een drukke werkdag met een heel aantal brancardiers en verplegenden nog na te genieten in Café La Terrasse (zoals dat toen nog heette). Toen we voor het slapengaan nog een traditionele avondgroet wilden brengen aan de grot, wachtte ik (als een echte gentleman) op een meisje dat nog achtergebleven was. Twee jaar later wachtte ik op haar aan de trappen van het stadhuis en van het altaar – een wonder? Het mag dan ook niemand verwonderen dat ook onze huwelijksreis ons naar Lourdes voerde. Dit jaar deden we het nog eens over, met een stop op hetzelfde terras.
Op de terugreis van één van de bedevaarten nam een bedlegerige zwaar zieke patiënte mijn hand in het midden van de nacht, met de woorden “Mijnheer, het was weer zó schoon. Ik kan er weer een jaar tegen”. Mensen die met zoveel medicijnen en pijnstillers hun dagen doorkomen, die plotseling opnieuw de moed vinden om er een jaar tegenaan te gaan – een wonder?
Vele mensen gaan ervan uit dat zieken naar Lourdes trekken om “mirakel 71” te worden. Waarschijnlijk zullen sommigen dat wel stiekem hopen. Ik wens het hen van harte toe, maar ik denk dat de kans, statistisch gezien, toch wel vrij klein blijft. Hopelijk vinden zij er tenminste de moed om door te gaan. Een andere groep ziet het misschien als een traditionele jaarlijkse ‘uitstap’. Ik hoop dat het hen een lichtpunt van zorgeloosheid mag bieden in de moeilijke sleur van het dagdagelijkse. Ik hoop dat allen een beetje ‘genezen’ mogen terugkeren, genezen van moedeloosheid, eenzaamheid, angst en verdriet – een wonder?
Op de momenten dat ik als leraar over mijn Lourdeservaringen sprak met mijn leerlingen uit de hogere jaren van het beroepsonderwijs, werd ik bij het begin spontaan onthaald op meewarige blikken en zelfs open of verdoken spot, zeker wanneer ik hen uitdaagde door te zeggen ‘Natuurlijk gebeuren er wonderen in Lourdes, alle dagen!’. Wanneer ik hen dan wees op alle ‘wonderlijke’ ervaringen, vonden zij dat geen échte wonderen. Ik verwees hen naar een definitie van ‘wonder’: een zeer indrukwekkende en rationeel schijnbaar onverklaarbare gebeurtenis (waarin wij als gelovige Gods tussenkomst mogen ervaren). Hier konden mijn leerlingen wel de link leggen met de voorbeelden die ik hen gaf en konden zij mijn redenering volgen. Ik kan alleen maar hopen dat het bij een aantal van hen hun kijk op Lourdes een beetje bijstelde – een klein wonder?
In de loop van de volgende jaren mocht ik twee maal onze diocesane Lourdesbedevaart begeleiden als dirigent van het Nobelkoor uit Kemzeke. Ook voor onze zangers was het contact met de zieken, het samen bidden en zingen met duizenden gelovigen, een overweldigende ervaring waarover tot vandaag nog wordt gesproken.
Juli 2023, ik mag onze bedevaart begeleiden als zangleider, ditmaal zonder koor. De avond van aankomst was er nog een viering gepland in de Kolbe-kapel. Mijn verwachtingen stonden eerlijk gezegd vrij laag. Ik vreesde een kleine aanwezigheid (moe van de lange reis), uit het aanwezige orgeltje bleek geen geluid te komen, uit de open ramen klonken de liederen van de kaarskensprocessie,… niet echt de ideale omstandigheden voor een stemmige viering. En toch: een goed gevulde kapel, overtuigd meezingende mensen, een heel sfeervolle start van de bedevaart – alweer een klein wonder?
Ik ben ervan overtuigd dat mensen niet moeten ‘wachten op een wonder’, maar moeten leren ‘het wonder te ontdekken’.
Tijdens deze bedevaart kreeg ik zo’n prachtig symbolisch moment helemaal gratis (en misschien zelfs onbedoeld) aangeboden. Op zaterdag 15 juli stelde onze grote groep bedevaarders zich op voor de Rozenkransbasiliek voor de traditionele groepsfoto. Ook onze zieken werden klaargezet, in de volle zon. Plots zie ik tussen de zieken een meisje staan met de armen wijd open gespreid. Haar houding deed me denken aan het beeld van Christus de Verlosser in Rio de Janeiro. Ik ging dichterbij om te zien wat de bedoeling was en merkte dat zij op die manier schaduw probeerde te geven aan drie van onze zieken. Bedankt, Zoë, dit beeld zal mij bijblijven. Met wijd gestrekte armen, in alle openheid en eenvoud, dienstbaar willen zijn voor de kleinsten, beeld van Christus, ook in onze tijd.
Bewonderenswaardig, wonderlijk, wonderschoon, wonderverhaal!
Ontdek in elkaar het wonder van elke dag en je zal God heel dichtbij ervaren.