De vakantie is er!
De schoolpoorten gaan voor twee maanden dicht, het zal zo anders zijn, de boekentas aan de kant, geen huiswerk meer, het ritme van de dagindeling wordt wat minder strak, over enkele weken gaan ook mama en/of papa in verlof, een uitstap of een reis(je) is gepland en…
Laten we er een deugddoende tijd van maken, voor jezelf, het gezin, je familie, een tijd waar wat ruimte vrij komt voor wat er al lang niet meer van gekomen is, want ‘vakantie is een stukje vrijheid’ schrijft Manu Verhulst:
Vakantie
Is een eindeloze tijd van vrijheid
en mogen doen wat je wil
die echter sneller gaat
dan je denken kan
en straks weer opgebruikt
achterblijft
op een eenzaam strand.
Is een droom
die je met zorg koestert
maar die openspat
in ongeloof
tegen de nieuwe morgen.
Is een kunst
om voorzichtig te genieten
met rustige teugen.
Zegengebed
Het Latijnse woord voor zegen is ‘benedicere’.
Dit woord kan gesplitst worden in bene en dicere.
Bene betekent het goede, dicere betekent spreken.
Het betekent dus letterlijk ‘iemand goede woorden toespreken’.
Het goede zeggen over iemand en danken om wat mooi was en in de herinnering zal blijven.
Het betekent ook ‘de ander zegenen en het beste wensen voor de toekomst, hopen dat het hem goed mag gaan’.
Het is de andere ook uit handen geven. Je weet niet wat het leven verder zal brengen.
Je wenst de andere voorspoed toe en kracht voor moeilijke dagen.
Daarom vertrouw je de andere ook toe aan Iemand die zei ‘Ik zal er zijn’.
In het boek Tobit vinden we één van de oudste zegenwensen van een vader voor zijn zoon:
‘Moge Gods zegen met je zijn. Moge God in de hemel je beschermen
en je gezond bij mij terug brengen. Moge een engel jullie onderweg beschermen.’