Het is een aloude gewoonte om bij het begin van het nieuwe groeiseizoen Gods zegen af te smeken over de vruchten der aarde. Generaties lang hebben boeren dat gedaan. Zij beseften heel goed dat de mens wel kan ploegen, zaaien en bemesten, maar dat de resultaten van dat werk niet helemaal in mensenhanden ligt. Wetenschap en techniek kunnen veel bemeesteren, veel meer dan vroeger, maar het mysterie van het leven zelf blijft even mooi en onvatbaar voor onze ingrepen. Vanuit dat besef willen we nu , in het hart van deze eucharistieviering, de Schepper van al dat goeds danken en te loven
God, onze heer, van U is heel de schepping,
van U is de grond die wij bewerken,
van u zijn de planten en de dieren,
van U komt de vruchtbaarheid en al wat leeft.
Wij danken U, Vader van alle mensen en onze Vader.
Wij danken U voor de vreugde in ons werk,
de weelde van onze gewassen,
de groeikracht van onze dieren,
de regen die onze akkers doordrenkt,
en de zon die onze velden verwarmt.
Wij vragen U, maak van ons betrouwbare medewerkers
bij het voltooien van uw schepping,
geef ons eerbied voor de natuur,
laat ons delen in uw aandacht en in uw zorg voor al wat leeft.
Wij danken U vooral voor ons leven zelf,
dat Gij ons hebt toevertrouwd.
Houd alle mensen uit onze gemeenschap bij elkaar,
maak ons tot één grote familie.
Blijf ons verzamelen, Heer, rond uw Zoon Jezus,
en geef ons het vuur van zijn geest.
Want Gij zijt en blijft de Vader,
onze God en onze toekomst,
vandaag en alle dagen van ons leven.