Homilie van Ronald Sledsens
De homilie speelt in op de gelijkenis van de farizeeër die vooraan in de tempel staat te pronken en de tollenaar die bedremmeld achteraan staat. (Lucas 21,25-28. 34-36)
Paus Franciscus zorgt bij een aantal kardinalen en conservatieven in de kerk al heel lang voor veel opschudding. Dat komt vooral door zijn progressieve ideeën maar dat begon al meteen toen hij aantrad door zijn levensstijl. In plaats van in het pauselijke paleis te verblijven, woont hij in een bescheiden driekamerflat in Sint Martha’s gastenhuis waar hij elke morgen in de cafetaria eet met de andere mensen die daar verblijven. In plaats van pauselijke gewaden en roodfluwelen leren pantoffels te dragen, draagt hij een witkatoenen soutane en loopt hij rond op werkschoenen. In plaats van te worden rondgereden door een chauffeur in een Mercedes, pakt hij elke morgen zijn kazak en liep tot voor kort door de straten van Vaticaanstad naar zijn kantoor. Nu doet hij dat in een rolwagen. En als het met de auto moet, dan in een Fiat 500. Door de keuzes die deze paus maakt, stuurt hij de wereld een boodschap van eenvoud en nederigheid. Maar dat is niet de reden waarom hij ze maakt. In een recent interview met ‘The New York Times’ zei hij: ‘Ik kies gewoon om zo te leven omdat ik uit ben op mijn eigen voordeel”. En als goed Jezuïet citeerde hij daarbij de heilige Ignatius van Loyola die schreef: "Grootse dingen kunnen God niet tevoorschijn halen, Hij verschuilt zich in de kleinste dingen." Uit zijn op zijn eigen voordeel, betekent voor deze paus dat hij de kans niet wil ontlopen om God te zien. Er is niks mis met leven in een pauselijk paleis, alleen is het veel moeilijker om God daar te zien. Want volgens hem ga je in een grootse en chique omgeving veel sneller op jezelf zitten denken. Er is niks mis met een ontbijt opgediend in de pauselijke eetzaal, maar je mist de manier waarop God tot jou kan spreken in gesprek met anderen die in de kantine naast je in de rij staan en je mist de dialoog over wat zij van plan zijn deze dag met hun leven te doen. De levensstijl van paus Franciscus is niet zozeer een keuze tegen luxueus leven maar wel één tegen isolement. Hij weet dat God te vinden is in de kleinste dingen, in de verbinding die we met elkaar maken in onze gewone dagdagelijkse routines.
En dat is iets wat die Farizeeër in het evangelie niet ziet. Hij is terecht trots op zijn prestaties. Er is niks mis met het feit dat hij eerlijk is, dat hij twee keer per week vast en 10% van zijn inkomen aan de armen geeft. Maar in plaats van deze prestaties te gebruiken om zich met andere mensen te verbinden, gebruikt hij ze om zich van anderen af te scheiden. Op de een of andere manier denkt hij dat hij beter af zal zijn door zichzelf op te sluiten in zijn cocon van zelfvoldaanheid dan door zich te identificeren met de zwakheid en zondigheid die hij met anderen deelt. De tollenaar maakt die fout niet. Hij weet wie hij is. Hij weet dat hij zwak en kwetsbaar is. Hij vraagt om Gods genade. Daarom gaat hij gerechtvaardigd naar huis en nog wel met God, omdat hij God kan zien in de kleinste dingen, in de zwakke dingen, in de gebroken dingen. Daar is Gods aanwezigheid het duidelijkst.
Dit evangelie vertelt ons ook iets over onze parochies en geloofskernen in de PE Damiaan. Ooit stonden wij als Vlaamse kerk helemaal vooraan boordevol trots op wat we allemaal gerealiseerd hadden. Trots toonden we onze prachtige gebouwen, we hadden de meeste scholen en ziekenhuizen, de grootste politieke partij, wij beheersten het Middenveld, van de wieg tot het graf waren we bij alles aanwezig, we hadden honderden priesters en kloosterzusters en we hadden geld. Maar dat is al 60 jaar geleden. Het middenveld is verdwenen en de organisaties die er nog zijn hebben samen met de scholen hun naam veranderd om hun katholieke oorsprong zo veel mogelijk te verbergen. En onze gebouwen zijn een gigantisch probleem geworden en geld is er allang niet meer, net zomin als priesters en zusters.
Voor onze parochies in Hoboken, Berchem, Wilrijk en het Kiel is dat niet anders. Alhoewel we bij momenten elk afzonderlijk nog farizese trekjes hebben. Dan zeggen we: wij hebben in vergelijking met die ander hiernaast nog veel mensen in de kerk of wij hebben nog veel organisaties of wij hebben nog veel vormelingen of een goed draaiend gildehuis. En hoe meer we zo denken hoe minder we ons verbinden met diegenen die achteraan staan en hoe meer we de kans ontlopen om God te zien. Daarom moeten we met z’n allen leren bruggen bouwen tussen onze gemeenschappen en nadenken over onze kwetsbaarheid, en onze sterktes die we nog hebben gebruiken om ons met elkaar te verbinden. En omdat we willen weten waar we over 10 jaar willen staan, trekt het team van de PE Damiaan tussen nu en februari naar elk van de 17 parochies op consultatie. Voor een ernstige bevraging over de toekomst van elk van ons. In september 2023 zal dit leiden tot een rapport over wat we gaan behouden maar ook wat we geleidelijk gaan loslaten of herschikken. Dat zal ongetwijfeld leiden tot het samenvoegen van een aantal gemeenschappen en het herdenken van liturgie, catechese, diaconie en financiën. En het zal nog een hele tijd duren voor we met z’n allen zullen zeggen en ervaren dat meer betrokken op elkaar leven in ons voordeel is. Maar als we dat beginnen te zien gaan wij straks nadat we ons op de receptie achteraan eerst verbonden hebben met de mensen van andere parochies gerechtvaardigd naar huis.