De passende bezinning na de communie ging als volgt:
"Deze nacht had ik een droom,
een droom van een parochiegemeenschap,
waarin mensen elkaar echt wilden ontmoeten
en een deel van hun levensweg samen wilden gaan.
Het was een parochie, een pastorale eenheid
waarin het woordje 'moeten' vervangen was door 'mogen';
waar eigenbelang nooit de voorrang kreeg op de belangen van de groep,
waar jong en oud ongedwongen samen leefden,
met geloof, eerbied en vertrouwen in elkaar.
Daarom konden ze ook openhartig met elkaar praten,
over alles wat hen gelukkig maakte,
maar ook over hetgeen ze aanvoelden als minder gelukkig.
Het was een open gemeenschap, waarin niemand werd uitgesloten,
noch om zijn afkomst, noch om zijn taal, noch om zijn eigenheid,
maar waar men eenieder wist te waarderen,
omdat er toch zoveel moois te ontdekken viel
in de rijkdom van verscheidenheid.
Het was een gemeenschap, waarin het woordje 'God' tastbaar was
in kleine, onopvallende daden van mensen,
die elkaar echt probeerden te beminnen.
Het was een gemeenschap, waar hartelijkheid voelbaar was,
omdat eenieder zich verantwoordelijk wist,
elk met zijn eigen inbreng,
als een grote familie rond dezelfde Vader.
Toen werd ik wakker en besloot:
aan die droom wil ik voortaan van harte meewerken."
Onderstaand videofragment bevat het dankwoord van priester Frans op het einde van de eucharisitieviering:
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.