Op 14 maart 2018 richtte Attent een open avond in over de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de christenen in de huidige samenleving, in het licht van de gemeenteraadsverkiezingen dit najaar. Ward Kennes, burgemeester van Kasterlee, ziet het lokaal sociaal weefsel uitrafelen en ging in op wat een gemeente concreet kan mogelijk maken. Hij is ook vragende partij om aangesproken te worden op lange termijn oplossingen.
Ward Kennes opende met de erg uiteenlopende verwachtingen en visies op het burgemeesterschap. “Je wordt als burgemeester vaak aangesproken om aanwezig te zijn bij de vele dingen die lokaal gebeuren. Er wordt van je verwacht dat je goed kan luisteren, maar ook dat je het woord kan voeren en dat je kan spreken namens je gemeente. Van een burgemeester wordt verwacht dat hij tussen zijn mensen staat, als het goed gaat, maar ook op momenten dat het niet zo goed gaat.”
Sociaal weefsel onder druk
Vervolgens schetste hij de maatschappelijke ontwikkelingen in de Kempische gemeente. “Ook in onze gemeente zie je dat het sociaal weefsel onder druk staat. De traditionele organisaties, die veel mensen konden samenbrengen, lukken daar soms moeilijker in en vinden niet altijd nieuwe bestuursleden. In Kasterlee, een gemeente van 18.000 mensen, ontstaan ook wel nieuwe bewegingen. Wie tien mensen bijeen brengt, kan erkend worden als vereniging en de infrastructuur goedkoop gebruiken. De 200 verenigingen tonen dat er veel mensen zijn, die samen iets willen doen. Als gemeente kan je daarop inspelen, door hen te erkennen en met hen in contact te komen.”
“Een ander element dat aantoont dat het sociaal weefsel onder druk staat, is dat er steeds meer vragen zijn die naar de overheid komen. Zo is op tien jaar tijd is de opvang van kinderen door grootouders of andere systemen afgenomen. Men kijkt dan, terecht, naar de gemeente om oplossingen te zoeken.”
Middenveld nodig
“Ook het probleem van eenzaamheid zie ik toenemen. Vorig jaar bezocht onze seniorenconsulent de mensen met de hoogste leeftijd, te beginnen bij de alleroudsten. Er werden 180 mensen bezocht en eenzaamheid is een van de problemen die naar voor komen. Als gemeente proberen we hier op in te spelen met het lokale dienstencentrum. We hebben drie sociale restaurants. De bedoeling daarvan is niet alleen om aan een lage prijs maaltijden te geven, maar vooral om mensen die nog weinig mensen zien, af en toe uit hun huis te krijgen. Al is dat een hele kunst. Als gemeente heb je wel de infrastructuur, maar meestal heb je toch het middenveld nodig om die mensen echt aan te moedigen om er mee naar toe te gaan.
Ward Kennes bevestigt dat diversiteit ook in Kasterlee begint toe te nemen, als is het nog redelijk nieuw. Ook het dunner worden van gezinnen, neemt toe. In de stad bestaat de helft van de gezinnen uit één persoon. Ook in Kasterlee worden de gezinnen kleiner, rafelen de sociale verbanden uit elkaar. Hij bevestigt ook dat hij in de ontwikkelingen in de stad een kans ziet om te anticiperen op toekomstige veranderingen.
Verder heeft Kasterlee, zoals nagenoeg alle gemeenten, een LOI – Lokaal Opvang Initiatief voor vluchtelingen. Uit contacten ontstaan aan de schoolpoort groeide de vrijwilligersgroep ‘Marrakech’ dat gezamenlijke initiatieven, zoals een ontbijt organiseert. “Ook zo’n ‘grassroot’ initiatief kan je steunen, ook door aanwezig te zijn”.
Ook de Welzijnsschakel in de gemeente wordt gesteund door het ter beschikking stellen van infrastructuur. Het OCMW maakt de werking mee bekend en kan ook voor begeleiding zorgen. Het OCMW heeft ook een participatiebudget, zodat mensen die traditioneel niet de toegang vinden tot sport, dit wel kunnen doen. “Wel is het dan heel erg belangrijk dat er in die verenigingen mensen zijn die daar oog voor hebben”. Hij besluit: “Als overheid kan je ook niet alles. Ik denk dat je moet kijken naar wat je wel kan: personeel, infrastructuur, financiële middelen, betrokkenheid. Maar als het gaat om warm menselijk contact, elkaar in de ogen kijken, dan heb je heel sterk dat middenveld nodig”.
Aanspreken op lange termijn oplossingen
“Op gemeentelijk niveau kan je dingen heel concreet maken. Daaraan is het gevaar gekoppeld dat je alleen nog maar aan lokale oplossingen werkt en het globale beleidskader uit het oog verliest. Maar omgekeerd kan je ook het risico lopen dat je enkel een groot discours voert over hoe de wereld in mekaar moet zitten, maar de kans laat liggen om lokaal zaken te veranderen. Je moet het dus samen houden. Zo zijn we met onze gemeente: Fair Trade gemeente, aangesloten bij de Schone kleren campagne, Vredesgemeente en ingestapt in de Burgemeestersconvenant, om de CO2 uitstoot te reduceren in het kader van de klimaatveranderingen. Dit zijn kansen om globale kaders te koppelen aan lokale acties. Dat is een van de mooie dingen van de gemeentepolitiek. En ik hoop dat we in de komende legislatuur de duurzame ontwikkelingsdoelen mee als uitgangspunt kunnen nemen, als kapstok voor lokale acties.”
Ook hij heeft een tip. Vooreerst beaamt hij dat politici vaak onder stress staan en aan electorale koorts lijden. Ze krijgen ook vaak negatieve boodschappen. “De tip is: spreek uw politici eens aan met de boodschap, dat ze niet alleen materiële dingen moet geven, maar dat zij ook moeten zorgen voor tolerantie en begrip. Zeg hen dat je het ook belangrijk vindt dat ze gaan voor mensen die uit de boot vallen, dat je het belangrijk vindt dat ze verder kijken dan de volgende verkiezingen, omdat je wenst dat het ook voor je kleinkinderen nog goed zal zijn. Dan weten politici dat ze er ook in die zaken niet alleen voor staan. Er zijn vaak wel politici die daar oog voor hebben, maar die toch veel druk krijgen van mensen, die vanuit angst reageren, of vanuit zuiver eigenbelang, of op erg korte termijn. Als je de kans krijgt om dat ook eens aan je politici te zeggen, dan denk ik dat je mee het verschil maakt”.
Redactie: Rita Boeren, stafmedewerker Attent