Hoewel het Jubeljaar 2025 pas op 24 december 2024 start met het openen van de Heilige Deur van de Sint-Pietersbasiliek in het Vaticaan, verkennen, naast de pauselijke bul die het opzet van het heilig uiteenzet, diverse boodschappen bij sterke momenten in de wereldkerk, ook al het thema hoop. Voor Attent, actief op het vlak van maatschappelijke inzet, diaconie en solidariteit, zijn ze bijzonder inspirerend voor het komende werkjaar. Dat geldt zeker voor de tiende Trefdag, die plaats zal vinden op vrijdag 9 mei 2025 - noteer alvast de datum!
We willen die dag de werking van Attent opnieuw herijken. De vorige denkdag dateert al van 2018. Samen met u willen we in gesprek gaan. De pauselijke bul reikt alvast enkele vragen en uitdagingen aan.
Christelijke hoop
In de pauselijke bul “Spes non confundit” – de hoop zal niet worden beschaamd” ontleend aan de Romeinenbrief van Paulus (Rom 5,5) schrijft de paus vooreerst dat hoop in het “hart van ieder mens leeft, “als een verlangen en een verwachting van het goede, zelfs als de toekomst onzeker is”. De christelijke hoop, zo schrijft Paulus in de Romeinenbrief is gegrondvest op de liefde, gevoed door naastenliefde en wordt voortdurend vernieuwd en versterkt door de Heilige Geest, die blijvend aanwezig is in het leven van de pelgrimerende Kerk.
Paulus ervaarde in zijn leven dat niets of niemand ons ooit kan scheiden van Gods liefde. Daarom misleidt de hoop niet, stelt ze niet teleur en geeft ze niet op bij moeilijkheden. De paus schrijft dat deze visie van Paulus realistisch is, want hij “weet dat het leven bestaat uit vreugde en verdriet, dat liefde op de proef wordt gesteld en dat hoop kan wankelen onder het gewicht van het lijden”. In dergelijke situaties leren we een deugd beoefenen die volgens de paus nauw verbonden is met hoop: geduld. Ook geduld is een vrucht van de heilige Geest. Het samenspel tussen hoop en geduld toont aan “dat het christelijk leven een tocht is, die sterke momenten vereist om de hoop te voeden en te versterken, op weg naar de uiteindelijke ontmoeting met de Heer Jezus.
Tekenen van hoop stellen
De bul vervolgt: “We putten niet alleen hoop uit Gods genade, maar worden ook geroepen om hoop te vinden in de tekenen van de tijd die de Heer ons geeft. Het Tweede Vaticaanse Concilie benadrukt dat op de Kerk te allen tijde de plicht rust, de tekenen van de tijd grondig te bestuderen en te interpreteren in het licht van het Evangelie. Zo kan ze aan iedere generatie op aangepaste wijze antwoorden geven op de steeds weer terugkerende vragen van mensen over de zin van het tegenwoordige en het toekomstige leven, en over de verhouding van beide tot elkaar.”
De tekenen van de tijd weerspiegelen de diepste verlangens van mensen, die Gods reddende aanwezigheid nodig hebben. Zo wijst de paus vooreerst op het verlangen naar vrede en vervolgens naar het verlangen naar een levensvisie vol enthousiasme, dat het leven wil delen met anderen. “Mannen en vrouwen, geschapen naar het beeld en de gelijkenis van God (cf. Gn 1,26), kunnen niet tevreden zijn met louter overleven of vegeteren, of zich aanpassen aan het heden door zich enkel tevreden te stellen met het materiële. Dit individualisme houdt mensen gevangen, vernietigt hoop en creëert een droefheid die zich in het hart nestelt, waardoor mensen bitter en intolerant worden.”
Deze verlangens moeten vorm krijgen in concrete tekens van hoop. De paus vraagt ook voor specifieke groepen in de samenleving en wereldwijd concrete tekens van hoop. Voor gevangenen vraagt hij strafvermindering. Voor zieken komt hoop door voor hen te zorgen en hen ook te bezoeken. Verder vraagt hij tekens van hoop: voor jongeren wiens dromen te vaak uiteenspatten, voor migranten die hun eigen land verlaten in de hoop op een beter leven voor zichzelf en hun gezin, voor senioren die zich vaak eenzaam en verlaten voelen, voor de miljarden arme mensen die vaak het levensnoodzakelijk missen en lijden onder uitsluiting en onverschilligheid van velen.
De paus herhaalt zijn oproep uit Fratelli Tutti (nr 262): “Laten we met het geld voor wapens en andere militaire uitgaven een Wereldfonds oprichten, om voor eens en altijd de honger uit te roeien en de ontwikkeling van de armste landen te bevorderen, zodat hun inwoners hun toevlucht niet moeten nemen tot gewelddadige of bedrieglijke oplossingen of hun land niet moeten verlaten op zoek naar een waardiger leven.” Ook het kwijtschelden van schulden van landen die dit nooit zullen kunnen terugbetalen, plaats de paus op de wereldagenda, deze keer ook verbonden aan het concept “ecologische schuld” uit Laudato Si (nr. 51). Deze schuld, vooral tussen Noord en Zuid hangt samen “met het commerciële onevenwicht en de gevolgen ervan op ecologisch vlak,, evenals met het disproportioneel gebruik van de natuurlijke hulpbronnen door een aantal landen in de loop der jaren.”
De volledige bul kan je hier lezen (in het Nederlands).
Rita Boeren