Zes weken na de viering van zijn honderdste verjaardag is Maurits De Bauw rustig ingeslapen in het woon-zorgcentrum Moutershof in Wolvertem, ook zijn geboorteplaats.
Hij werd geboren op 11 juli 1921 als oudste zoon in het diepgelovige gezin van de hoofdonderwijzer van Londerzeel. De jonge Maurits was begiftigd met vele kwaliteiten, onder andere zijn muzikaal gevoel, waardoor hij al vroeg leerde orgel spelen.
Na zijn humaniora bood hij zich aan op het seminarie van Mechelen, maar werd onmiddellijk doorgestuurd naar de universiteit van Leuven om een kandidatuur Klassieke Filologie en Wijsbegeerte te behalen. Na zijn priesterwijding werd hij benoemd tot leraar aan het Sint-Jan Berchmanscollege in Mol, waar hij titularis was van de retorica, en Latijn, Grieks en Frans doceerde.
In 1960 vroeg senator Verbist, de toenmalige burgemeester van Heist-op-den-Berg, aan mgr. Daem, toen bisschop van Antwerpen, of het niet mogelijk was de handelsschool (de broederschool van Heist-Station) om te bouwen tot een college. De bisschop deed daartoe een beroep op Maurits. Dankzij zijn enthousiaste aanpak groeide het Heilig-Hartcollege uit tot een gerenommeerd instituut in de Zuiderkempen. Na enkele jaren wilde de bisschop hem een post aanbieden als pastoor-deken. Maar Maurits vroeg hem met aandrang dat niet te hoeven te doen. Hij was een pedagoog en wilde in het onderwijs blijven. Daarop benoemde de bisschop hem tot docent Filosofie en Vergelijkende Godsdienstwetenschappen in bacheloropleidingen van het Sint-Lodewijkinstituut en in het Hoger Instituut voor Scheikunde in Antwerpen.
Na zijn pensioen kwam Maurits toevallig terecht in Gierle, waar hij ook zijn diensten aanbood om voor te gaan, of het orgel te bespelen. Toch bleef hij trouw aan zijn geboorteplaats Wolvertem. Elke zaterdag ging hij daar voor in de avondmis en op zondagmorgen de eerste mis om dan pijlsnel naar Gierle te rijden om daar de hoogmis op te dragen of ze op het orgel te begeleiden. Hij deinsde er niet voor terug om met zijn vele muzikale talenten tot op zijn negentigste de gedreven dirigent te zijn van het Sint-Laurentiuskoor dat er op de hoogdagen de hoogmis opluisterde.
Toen het allemaal te moeilijk werd, verhuisde hij naar een assistentiewoning in Moutershof om na een val opgenomen te worden in het rusthuis zelf. Met zijn familie en vooral met zijn nichtje en petekind maakte hij er beste van . Op 11 juli mocht hij zijn eeuwfeest vieren in alle eenvoud met zijn familie. Enkele weken nadien viel hij op zijn kamer. Heel langzaam verslechterde zijn toestand. Hij ontving het sacrament van de zieken en is op 24 augustus rustig ingeslapen.
Moge hij rusten in vrede.
Rik Aegten