Paasbrief Mgr. Johan Bonny: 'De Levende, waar is Hij dan?' | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
Bisdom Antwerpen

Bisdom Antwerpen

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • Bisdom Antwerpen
      Geschiedenis en situeringBeleidsploeg, administratie en beleidsdocumentenOfficiële berichtenIn memoriamEvenementen in het bisdom AntwerpenOnze-Lieve-Vrouwekathedraal Antwerpen
      Contactgegevens Bisschop Johan Bonny
      Mgr. Johan Bonny, 22ste bisschop van AntwerpenCurriculum vitaeBisschopsleuze en wapenschildArchief van de brievenArchief van de homilieënArchief van tekstenArchief van videomateriaal
      Wegwijs in het bisdom Antwerpen
      Diocesane structuren in het bisdom AntwerpenVicariaat AntwerpenVicariaat KempenVicariaat diocesane dienstenVicariaat Onderwijs bisdom Antwerpen (VOBA)
      Parochies in centrum Antwerpen Bijbel Liturgie, catechese en catechumenaat Gezinspastoraal/ Aanspreekpunt Geloof en Homoseksualiteit Vorming/opleiding
      CCVHIGWOpleiding pastoraal handelenVormingskalender
      Bezinnend en liturgisch aanbod online Jongeren Communicatie
      RelevantKerk en LevenDigitale nieuwsbriefPersberichtenPrivacyverklaring
      Vacatures Theologisch en Pastoraal Centrum Kerkverlatingen
Pasen

Paasbrief Mgr. Johan Bonny: 'De Levende, waar is Hij dan?'

Mgr. Johan Bonny

Mgr. Johan Bonny

icon-icon-artikel
Gepubliceerd op woensdag 17 april 2019 - 15:34
Afdrukken
"In onze eigen buurt, daar wandelt de verrezen Heer al rond en wacht Hij ons op." Lees de paasbrief van bisschop Johan Bonny.

Als we iets verliezen of niet terugvinden – onze sleutels bijvoorbeeld – is de eerste vraag: „Waar heb ik ze gelegd?” of „Waar heb ik ze laatst gezien?”. We moeten op onze stappen terugkeren en ons geheugen aanspreken. Het omgekeerde is ook waar. Als we horen dat bijvoorbeeld een vriend is aangekomen, is de eerste vraag: „Waar wacht hij op ons?” of „Waar kan ik hem vinden?”. Op goed nieuws volgt meestal een vraag naar ‘waar’. Waar ben ik verwacht? Waar zien we elkaar terug? Waar spreken we af? Waar gaan we naartoe?

Goed nieuws zet mensen in beweging, meestal naar een nieuwe plek.

Op paasochtend is Maria Magdalena zwaar ontgoocheld. Ze gaat naar Jezus’ graf, maar vindt Hem niet. Het graf is leeg. Ze spreekt een tuinman aan: „Heer, mocht gij Hem hebben weggebracht, zeg mij dan waar ge Hem hebt neergelegd, zodat ik Hem kan weghalen” (Joh. 20, 15). Maria is op zoek naar haar verloren Jezus. Waar hebben ze Hem toch neergelegd? Kan iemand me helpen zoeken? Het is een herkenbare vraag.

Wanneer je iemand mist, wil je graag terug naar de plek waar je het laatst met hem of haar samen bent geweest.

In ons geheugen liggen tal van zulke gezegende plekken. Alleen zijn die gezegende plekken vaak lege plekken geworden. Plekken van heimwee. Het leven, of het samenzijn, is er niet meer.

Gelukkig is op paasmorgen ook goed nieuws te horen: „Gij behoeft niet bevreesd te zijn; ik weet dat gij Jezus zoekt, de gekruisigde. Hij is niet hier. Hij is verrezen zoals Hij gezegd heeft” (Mt. 28, 5). Jezus leeft en daarom is Hij niet hier. Waar is Hij dan wel? Waar kunnen de leerlingen Hem terugzien? Het paasnieuws gaat meteen over beide: dat Jezus leeft en dat er een nieuwe plaats van afspraak is. De engel zegt het: „Gaat nu terstond aan zijn leerlingen zeggen: Hij is verrezen van de doden, en nu gaat Hij u voor naar Galilea; daar zult gij Hem zien. Dat had ik u te zeggen” (Mt. 28, 7).

Bij het goede nieuws van de verrijzenis hoort een nieuwe verplaatsing.

Galilea is voor de twaalf apostelen geen ongekende plek. Integendeel. Daar zijn ze thuis. Daar woont hun familie en hun gezin. Daar varen en werken ze als vissers op het meer. Daar bezoeken ze de synagoge. Daar wonen de melaatsen en de zieken die ze samen met Jezus hebben ontmoet. Daar woont de weduwe die haar zoon heeft verloren. Daar woont de tollenaar die te veel vraagt en toch mild kan zijn. Daar woont de wetgeleerde die zijn wetten heiliger vindt dan hulp aan een medemens. Daar woont de blinde die zoekt naar licht. Daar woont de verloren zoon, op een boerderij tussen de varkens. Daar woont de vader die uitziet naar de terugkeer van zijn jongste zoon. Daar woont de zondares over wie allen kwaad spreken, de oudsten het meest. Daar woont de jongeling die van zijn vele geld toch niet gelukkiger wordt.

Waar wacht de verrezen Jezus op zijn leerlingen? Daar waar zij vandaan komen. Niet in den vreemde en niet op een ander.

Waar is het voor mij Pasen? Als Jezus leeft, waar kan ik Hem terugvinden? Waar wacht Hij me op? Het is een begrijpelijke vraag. Veel tijdgenoten denken met nostalgie terug aan het geloof van vroeger of aan het geloof van hun kindertijd. Ze zouden ver willen reizen als ze zeker wisten dat ze Jezus daar zouden aantreffen. Jammer, want Pasen ligt zoveel dichterbij. Niet verder dan waar wij vandaan komen.

In onze eigen buurt, daar wandelt de verrezen Heer al rond en wacht Hij ons op.

Daar wonen en werken de mensen voor wie Hij er wil zijn, samen met ons. Pasen is goed nieuws: we weten waarheen om Hem te ontmoeten. Hij staat al te wachten op een nieuwe plaats van afspraak. Niet op een ander, maar bij ons in de buurt.

Ik wens u een zalig paasfeest!

Gepubliceerd door

Bisdom Antwerpen

Meer

Veertigdagentijd en Pasen
Artikel

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Lazarus leeft © Roel Ottow
readmore

Mosterdzaadjes ~ Lazarus leeft

icon-icon-artikel
De blindgeborene © Roel Ottow
readmore

Mosterdzaadjes ~ Niet meer blind

icon-icon-artikel
Jezus en de Samaritaanse vrouw bij de bron © Roel Ottow
readmore

Mosterdzaadjes ~ De vrouw bij de put

icon-icon-artikel

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook