GEBED
Lieve Jezus,
mag ik het met Jou over
mijn goede voornemens hebben?
Of ik die kan waarmaken, weet ik niet.
Toch wil ik het proberen.
Ik wil proberen
zoveel mogelijk thuis een handje te helpen,
op school niemand uit te sluiten als we spelen,
ook in de klas behulpzaam te zijn,
te kiezen voor wat positief is,
je elke morgen groeten
en je elke avond te vertellen hoe de dag verliep.
O ja, Jezus, nog iets.
Als ik minder goed bezig ben,
wil Je me dit dan zeggen?
Dag Lieve Jezus,
ik wil Je meteen danken
omdat je mij ook dit jaar heel nabij wilt zijn.
Stef Desodt
BEZINNING ...
HET MOOISTE KERSTGESCHENK...
Leef je in vrede
met heel je familie en met alle mensen?
Of heb je ruzie?
Is er iemand die je gekrenkt heeft,
die je heeft pijn gedaan,
gekwetst tot in het diepste van je ziel?
Is het misschien je eigen man of vrouw?
Je eigen kind misschien?
Dan is er een wonde open in je binnenste.
Ik ga je iets vragen wat zeer moeilijk is,
maar het wordt Kerstmis
en daarom durf ik het te vragen. Schenk vergiffenis!
Zeg niet: ‘Dat is onmogelijk!
Ik heb voor die ander alles overgehad, alles gegeven.
Vergiffenis, neen, dat gaat niet!’
Je hebt niet alles gegeven, nog niet.
Je geeft pas alles, wanneer je vergiffenis schenkt.
‘Vergiffenis’ is de mooiste kerstgave!
’t Is een goddelijk geschenk
en ook jij hebt vergiffenis nodig!
In de vergiffenis gaan alle wonden toe
en bloeit de liefde!!
(Phil Bosmans)
Advent :
hoge verwachtingen
voor het grote kerstconcert.
Alles lijkt reeds klaar.
De stilte vòòr de schermen misleidt.
Met uitstekende partituren
fijngestemde instrumenten
en virtuoze solisten
heb je nog geen hemelse muziek.
Muzikanten en zangers heb je nodig
die bezield en enthousiast zich voorbereiden
oefenen en nog eens oefenen
en herbeginnen,
op elkaar afstemmen
tot een harmonisch samenspel.
Het goede en mooie komt niet vanzelf.
Advent is veel Kerstmis repeteren,
dan wordt het zalig Kerstfeest 2018
een gezond en gezegend 2019.
Kathleen Boedt.
Bezinning
Nog bloeien ganse bossen in mij open
En word ik weer het bangverbeide kind
Dat, listig uit het vaderhuis geslopen,
Zijn vreugden slechts in ’t diepst der wouden vindt
waar ’t zich een kroontje vlecht van anemonen
verrukt om ’t vonken van de goudfezant
En eeuwig, eeuwig in het woud wil wonen
Als in een waar geworden sprookjesland.
Doch reeds als kind kwam mij de vrees beklemmen
Dat sprookjes kwijnen als een wankle waan
En dat de noodlotgang niet is te remmen
Die ons tot aan de keel in ’t moer doet staan.
En toch! Nog bloeien ganse bossen in mij open
En ligt dit lichaam niet tot lijk verdord,
Maar blijf ik als kind halsstarrig hopen
dat eenmaal alles goed en heerlijk wordt.
Bert Peleman (1946)
Bezinning
Kom, Kerstkind, met uw stralend licht
waardoor de nacht wordt stukgebroken
waarin de wereld licht verdoken
en ondergaat in zelfgericht.
Vertoon uw vriendelijk aangezicht
waar overal de haat blijft stoken,
nooit wordt vergeven, wel gewroken,
en ramp op ramp wordt aangericht.
Schijn met uw licht in onze nacht.
Verwin ons door uw liefdesmacht
en breek weer nieuwe verten open.
Verlosser, hoor naar onze klacht!
Zie, hoe mijn hart uw heil verwacht
en wil mij in uw lichtglans dopen.
Uit H.Muys: Als reukwerk voor Uw aangezicht (uitg.Kok, Kampen)
CHRISTUS KONING
Ja, Jezus is Christus Koning,
maar Hij draagt geen gouden kroon,
zwaait niet met een scepter.
Zijn koningschap is van een heel andere aard:
Hij is een hartelijke herder-koning
die gewonden optilt met beide handen.
Maar als Hij het over dát koningschap heeft
worden zijn woorden vaak niet beluisterd:
niet zelden blijven mensen doen
alsof Hij een wereldse koning is.
Ze beroepen zich op zijn naam
om hun eigen ideeënmacht en gewicht toe te kennen
Laten wij ons hart openstellen
voor Hem die onze Liefdesvorst wil zijn,
die hoopt koning te mogen zijn
in een rijk van mensen die gerechtigheid doen,
die vriendschap koesteren,
die zich heel eenvoudig thuis voelen bij God.
Dominicanen
Om rust en wijsheid.
Heer God,
Maak mij wijs en rustig, opdat ik U kan dienen.
Geef mij de moed veel aan mij te laten voorbijgaan,
schenk mij de kracht om los te laten, afstand te doen,
want zo ontstaat ruimte voor U.
Om U onverdeeld te kunnen dienen,
bid ik om wijsheid,
een talent dat oude mensen bezitten.
Wijsheid komt altijd van pas:
daarmee kan men niet wachten,
nu minder dan ooit,
tot men oud van jaren is geworden
en de wereld vanzelf voor de mens wegzinkt.
Karl Rahner.
Gebed: Ik draag U in mijn hart
Mijn God,
ik hoef niet naar de hemel te klimmen
om met U te spreken
en bij U mijn vreugde te vinden.
Ik moet mijn stem niet verheffen
om met U te praten.
Al fluisterde ik heel zacht,
U hoort mij reeds; want U bent in mij,
ik draag U in mijn hart...
Om U te zoeken,
heb ik geen vleugels nodig,
ik heb me enkel stil te houden,
in mijzelf te kijken,
me niet te verwijderen
van een zo hoge Gast.
Als bij mijn broeder,
mijn beste vriend,
mag ik bij U vertoeven,
u zeggen wat mij kwelt,
U vragen mij te helpen: ik weet
dat Gij mijn God en Vader zijt
en ik uw kind.
Theresia van Avila (1515-1584)
Allerzielen
November is het sterven van de zomer
in de kleuren van de herfst,
is het buigen van de bomen
met het verlaten lege nest.
Is het ontwaken van de winter
en het jagen van de wind,
Is het breken van de twijgen
en vallen bladeren moe en stil.
Het is november, alle heiligen
en de beelden lijken te spreken
in de schemering van het leven,
als een ziel ons doet bewegen
voor een glimlach of een lied
om onze tranen te doen drogen,
ook die, die niemand ziet.
Het is november in gebroken licht
en wij schrijden langzaam zoekend
tussen vele kruisen
om wie ons dierbaar was.
Het is november flauw verlicht
en wij brengen samen,
bloemen naar het graf,
vredig en stil.
L. De Brant
Zingend bidden,
Broeders die op uittocht gaat,
uit het land der slaven,
uit de ban van dood en kwaad
wie toch zal U laven?
Heer die met ons gaat,
't water uit de rotsen slaat,
Heer Gij zult ons laven.
't Volk dat zwerft in de woestijn,
zal Hij dat verlaten?
Zal Hij niet hun leeftocht zijn
en hun levend water.
Heer die met ons gaat,
't water uit de rotsen slaat,
Heer Gij zult ons laven.
Water is het levend woord
dat ons toe zal klinken.
Broeders, die Gods woorden hoort,
komt hier allen drinken.
Heer die met ons gaat,
't water uit de rotsen slaat,
Heer Gij zult ons laven.
GEBED van O.-L.-Vrouw
Hoog verheft nu mijn ziel de Heer,
verrukt is mijn geest om God, mijn Verlosser,
Zijn keus viel op zijn eenvoudige dienstmaagd,
van nu af prijst ieder geslacht mij zalig.
Wonderbaar is het wat Hij mij deed,
de Machtige, groot is Zijn Naam!
Barmhartig is Hij tot in lengte van dagen
voor ieder die Hem erkent.
Hij doet zich gelden met krachtige arm,
vermetelen drijft hij uiteen,
machtigen haalt Hij omlaag van hun troon,
eenvoudigen brengt Hij tot aanzien;
behoeftigen schenkt Hij overvloed,
maar rijken gaan heen met lege handen.
Hij trekt zich Zijn dienaar Israël aan,
Zijn milde erbarming indachtig;
zoals Hij de vaderen heeft beloofd,
voor Abraham en zijn geslacht voor altijd.
Maria Moeder...
Moeder ik roep U naar huis
met de eerste van alle namen.
Ik heb op uw lichaam gewacht.
De hemel zegt eindeloos … amen.
Ik dank U voor Nazareth.
Voor de jaren van zuivere vrede.
Uw huis was een huis van gebed,
de deur was een deur op de hemel.
Ik dank U voor uw verdriet
in de eenzame nachten der aarde,
het lange geduld van uw tranen.
De hemel heeft ze alle verzameld.
Ik dank u voor Golgotha,
voor het kruis dat gij hebt zien planten,
voor uw weerloze zachte handen
aan mijn weerloze lichaam daarna.
Moeder, nu zijt gij thuis,
De tijd bleef beneden, de zorgen.
Een stilstaand geluk zonder morgen
in de hemel, de hemel uw thuis.
Anton Van Wilderode
(uit Gedichten)
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.