OVER THUIS-ZIJN EN THUISKOMEN |
Al eeuwen schrijven mensen verhalen over hun thuis. Thuis kan dichtbij zijn of net heel ver weg. Sommige mensen hebben hun thuis al gevonden, anderen verlangen ernaar. Soms moet je een oude thuis achterlaten en een nieuwe thuis vinden. Als je ouders gescheiden zijn, woon en leef je vaak in meerdere huizen en kan je thuis zich op verschillende plekken bevinden. ‘Thuis’ is niet voor iedereen hetzelfde: het is een plek, of een gevoel, een relatie, een vriendschap of een fase in je leven.
Over thuis-zijn en thuiskomen bestaan er heel wat verhalen, van hele oude Bijbelse verhalen tot heel recente kinderboeken. Je kan ze vast in de bib vinden, of je kunt ze kopen of misschien krijg je er wel eentje cadeau. Lees je mee?
Bij elk verhaal vind je ook een of meer vertel- en belevingstips, waarmee we kinderen, broers, zussen, ouders, grootouders, meters en peters uitnodigen om samen het boek te verkennen door het spelenderwijs tot leven te brengen.
De schrijvers van het Eerste en het Tweede Testament vertelden graag over ‘thuis’.
In het EERSTE TESTAMENT lezen we dat het volk van Israël en Juda op meerdere momenten in de tijd hun huizen moesten verlaten. Ze werden door verschillende volken als ballingen meegenomen naar andere landen, weg uit het Beloofde Land (meegenomen door de Assyriërs in de 8ste eeuw v.Chr. en door de Babyloniërs in de 6de eeuw v.Chr.). De Bijbelboeken vertellen ons over het verdriet van een volk dat zijn thuis moest verlaten en missen.
Ook vandaag leven er heel wat mensen ver weg van wat zij ‘hun thuis’ noemen.
In het TWEEDE TESTAMENT beschreven de evangelisten Jezus als iemand die altijd onderweg was. Waar Hij welkom was, verbleef Hij een tijdje. Waar Hij niet welkom was, klopte Hij het stof van zijn voeten en ging Hij verder. Jezus had niet echt een huis of een thuis op een of andere vaste plek.
‘Thuis’ was voor Jezus daar waar er liefdevolle en leven gevende ontmoetingen gebeurden, met Marta en Maria, met Zacheüs, met het dochtertje van Jaïrus, met de feestvierders op de bruiloft van Kana, enzovoort. Misschien ken je deze verhalen wel (1).
'Thuis’ was voor Jezus ‘in relatie treden met anderen’, ‘verbonden zijn met anderen’, ook met zijn Vader door te bidden. Bidden voelde voor Jezus als ‘thuiskomen’. Jezus trok zich terug op een berg of op een stille, eenzame plek om bij zijn Vader thuis te komen (2).
Soms vertelde Jezus ook over ‘het huis van mijn Vader’, een plek van liefde, een thuis waar iedereen die de liefdevolle weg van Jezus volgt, welkom is. Jezus omschreef zijn Vader als een gastvrije Vader in wiens huis plaats is voor velen, wie ze ook zijn of hoe ze er ook uitzien (3).
KINDERBOEKEN & VERTEL- EN DOETIPS |
Er zijn heel wat recente boeken geschreven over ‘thuis’. We delen ze op in de volgende thema’s:
De vertel- en doetips bij de boeken nodigen uit om in gezins- of familieverband stil te staan bij ‘thuis-zijn en thuiskomen’ en om er op een creatieve, verdiepende, speelse manier samen mee aan de slag te gaan. Bij het merendeel van de boeken en belevingstips wordt de band gelegd met het leven en geloof van christenen.
Met de meeste doetips kan je ook aan de slag gaan zonder het boek dat erbij staat te lezen. Je kunt ze ook inzetten buiten een gezins- of familiecontext, bijvoorbeeld in de klas of de jeugdbeweging, tijdens gezinsvakantiedagen en jongerenkampen of in andere groepen waar je wilt stilstaan bij het thema 'thuis'.
|
De koffer
Naylor-Ballesteros, C., De koffer, Gottmer, Haarlem, 2020, 32 p.
ISBN 9789025771553
Een vreemd dier is op stap met een koffer. Hij is op de vlucht en heeft alleen een koffer bij zich. Iedereen barst van de vragen. Jij wellicht ook. Lees het boek en vind zoveel mogelijk antwoorden.
Je kunt het boek ook beluisteren op YouTube.
DOE- EN VERTELTIP: JOUW KOFFER
Probeer je eens in te beelden dat je net zoals het vreemde dier op de vlucht moet. Zoek in huis een rugzak of een tas of een koffer die je zou meenemen. Stop daarin de spulletjes die je helemaal aan ‘thuis’ doen denken. Wat neem je mee? Wat nemen de anderen mee? Toon en vertel het aan elkaar.
Misschien wil je voorwerpen meenemen? Een knuffel, een dekentje, een kruisje, je badmintonracket, een kersenpitkussen, een parfum of iets met een bepaalde geur, je lievelingsboek, een recept, een gezelschapsspel, …?
Misschien wil je ook mensen of dieren meenemen? Stop foto’s in jouw tas.
Misschien wil je ook rituelen of gewoontes meenemen die horen bij thuis? Bijvoorbeeld iets wat je altijd doet wanneer je opstaat of gaat slapen, een favoriet gerecht dat je altijd op zondag eet of klaarmaakt, een lied beluisteren, een dansje doen, naar de sterren kijken, een avondwandeling maken, tot God bidden, de ochtendlucht opsnuiven, iets doen waarmee je tot rust komt, … Schrijf het op een briefje en stop het in jouw tas.
VERTELTIP: HOE HEET JIJ?
Weet je hoe het vreemde dier met de koffer heet? Vraag je je dat ook af? In het boek wordt dit niet verteld. Misschien heb je een idee? Welke naam zou je aan het dier geven? Waarom? Vertel het aan elkaar.
Misschien is het niet zo belangrijk … maar toch …‘Thuis is waar je naam genoemd wordt’, zegt men weleens. Die uitdrukking betekent dat je een eigen plaats hebt thuis, dat je erbij hoort, dat je talenten gezien worden en hoe waardevol je bent.
Misschien heb je al gemerkt dat mensen die uit andere landen vluchten of om een andere reden naar hier komen, vaak niet bij hun naam genoemd worden. Soms is dat omdat ze namen hebben die moeilijk zijn om uit te spreken of te onthouden, soms is dat omdat mensen geen of weinig belangstelling voor hen tonen. Heb je je al eens afgevraagd hoe het voelt wanneer over iemand gesproken wordt als ‘die van Oost-Europa’ of ‘die van Afrika’? Hoe zou het voelen als iemand op zo’n manier over jou spreekt?
De muis met het open huis
Stutzman, J., Arsenault, I., De muis met het open huis, Boycott, Amsterdam, 2023, 40 p.
ISBN 9789492986504.
Muis Vincent is altijd onderweg. Soms voelt hij dat hij op de juiste plek is aangekomen. Precies daar zet hij zijn huisje dat hij meedraagt neer. Heel wat vermoeide, hongerige en zelfs griezelige reizigers komen bij hem langs. Maar zijn zij allemaal welkom? Dat kom je te weten als je het boek helemaal gelezen hebt.
Iedereen verlangt ernaar om ergens bij te horen, om bij anderen welkom te zijn, om niet uitgesloten te worden. In de Bijbel vertelt Jezus verhalen over God bij wie iedereen welkom is. Zelfs wie fouten maakt, hoort er nog steeds bij. Misschien ken je wel het verhaal van de vader en zijn twee zonen (4). Ook voor de zoon die zich slecht gedragen had, was er nog een plaats in Gods warme huis. Ook jij bent bij God welkom, wie je ook bent of hoe je er ook uitziet.
DOE- EN VERTELTIP: HET LEGE PLEKJE
Bij muis Vincent is iedereen welkom. Iédereen, zelfs reizigers die er een beetje gek of griezelig uitzien. Zijn kleine muizenhart is, net als zijn huis, groot genoeg voor iedereen. Ja, er kan altijd nog iemand bij die onverwacht langskomt.
Wist je dat de joden verwachten dat de profeet Elia zal terugkeren en dat ze daarom bij de maaltijd van hun paasfeest (Pesach) een stoel voor hem vrijhouden? De lege stoel aan tafel herinnert hen eraan dat er altijd een plaats moet zijn voor een onverwachte gast, voor iemand die zomaar kan langskomen.
Een stoel om aan te schuiven aan tafel, meer is niet nodig om thuis te komen bij mensen, om erbij te horen. Meer heeft ook God niet nodig. God, die aanwezig is in zomaar een passant of reiziger, wil niet liever dan welkom zijn en thuiskomen bij mensen. ‘God woont waar men Hem toelaat’, zei een rabbi.
Ik vraag me af of er bij jou ook plaats aan tafel is voor een onverwachte gast.
Zet een lege stoel in het midden en ga er samen rond zitten. Jullie mogen om de beurt op de lege stoel gaan zitten en een naam noemen van iemand die bij jullie welkom is. Voor hoeveel mensen is er plaats op jullie lege stoel?
VOOR BOLLEBOZEN: OM OVER NA TE DENKEN
Muis Vincent plaatst zijn huis precies daar waar hij nodig is. Hij reist vele kilometers maar weet altijd precies waar hij nodig is. Straf!
Ik vraag me af of jij weet of voelt waar je vandaag nodig bent. Wie kan vandaag jouw gastvrijheid of nabijheid goed gebruiken? Probeer elk om de beurt een antwoord te vinden op deze vraag. Wees gerust: je kan niet fout antwoorden op deze vraag. Alle oprechte antwoorden zijn goed!
In de brief aan de Hebreeën 13,2 staat er een heel bijzondere zin: “Vergeet de gastvrijheid niet; door haar hebben sommigen zonder het te weten engelen onthaald.”
Ik vraag me af wat de schrijver van deze brief volgens jou wil zeggen. Wees gerust: hét juiste antwoord bestaat niet. Als we al onze antwoorden samenleggen, kunnen we de boodschap in dit Bijbelvers misschien op het spoor komen.
Mijn huis
Desbordes, A., Mijn huis, Clavis, Hasselt, 2020, 24 p.
ISBN 9789044838800
In dit boekje voor kleuters gaat een jongen op ontdekkingstocht langs allerlei huizen. Hij ziet er grote, kleine, oude, nieuwe, hoge, lage, rommelige en fris gepoetste. Te midden van al deze huizen is zijn eigen huis niet speciaal. Toch heeft zijn huis iets heel bijzonders. Iets wat zijn huis tot een thuis maakt. Lees het boekje, dan kom je het te weten!
DOE- EN VERTELTIP: MIJN COLLAGE
Heb je gelezen wat er zo bijzonder is aan het huis van de jongen? Het is voor hem een plek van liefdevolle ontmoetingen. Wat deze plek echt tot een thuis maakt, is de liefdevolle aanwezigheid van zijn ouders. Wist je dat christenen geloven dat God aanwezig is op elke plek waar mensen liefdevol met elkaar omgaan?
Nu is het aan jou!
Zoek in tijdschriften, kranten of op internet enkele foto’s waarmee je een collage van jouw droomhuis maakt.
Plaats er mensen, dieren en dingen in die dat huis tot een thuis maken.
Hoe ziet het eruit? Wie woont er? Laat iedereen meedoen.
Spreek een plaats af waar je ongezien jouw collage naartoe brengt. Als iedereen zijn of haar droomhuis op de afgesproken plaats heeft gelegd, gaan jullie daar samen een kijkje nemen. Kunnen jullie raden bij wie welke collage hoort? Zie je dingen in elkaars collage waar je blij van wordt? Zijn er elementen te zien die je niet verwacht had?
De jongen, de mol, de vos en het paard
Mackesy, C., De jongen, de mol, de vos en het paard, KokBoekencentrum Uitgevers, Utrecht, 2022, 192 p.
ISBN 9789026626005
In dit boek – een boek voor alle leeftijden – legt de jongen een lange weg af op zoek naar een thuis. “Thuis lijkt mij een plek waar het warm is en lief, met lichtjes”, zegt hij. Hij stapt steeds verder, de lichtjes die hij in de verte ziet schijnen tegemoet. Zou op die plek voor hem ‘thuis’ zijn? Lees het boek, dan vind je vast en zeker het antwoord.
Heb je gevonden waar de jongen zijn thuis vindt? Na een lange zoektocht beseft hij dat ‘thuis’ daar is waar warme woorden klinken, waar hij mag zijn wie hij is. Wist je dat christenen geloven dat God aanwezig is op elke plek waar warme woorden klinken? Wist je dat God ook ‘een gastvrije Vader’ wordt genoemd, bij wie alle mensen mogen zijn zoals ze zijn, ook al zijn ze niet perfect?
DOE- EN VERTELTIP: MIJN WEG
De jongen legt een lange weg af, op zoek naar een thuis. Onderweg ontmoet hij de mol, de vos en het paard. Het zijn dieren die warme dingen zeggen en die trouw bij hem blijven. Voor hen is hij oké, ook al is hij niet perfect. Hij mag zijn wie hij is. Bij hen voelt hij zich thuis.
Hoe is dat bij jou? Teken of bouw (met lego, playmobil, blokken, clicks of ander materiaal) de weg die je het voorbije jaar bewandeld hebt. Ouders, broers, zussen, oma’s, opa’s, meters, peters mogen elk hun eigen weg tekenen of bouwen. De weg mag er bij iedereen anders uitzien.
Welke bijzondere mensen of (huis)dieren wandelden mee op jouw weg?
Wie vertelde aan jou warme woorden? Of aan wie vertelde jij warme woorden?
Wie ging niet weg, ook niet als je een slecht humeur had?
Wie gaf je een duwtje in de rug?
Teken of bouw de personen en (huis)dieren bij wie je je het voorbije jaar echt thuis voelde. Kan je ook vertellen op welke manier ze voor je een thuis waren? (“Ik voelde me bij <naam> thuis omdat …”)
DOE- EN VERTELTIP: MIJN MOOISTE QUOTE
De jongen en de dieren vertelden elkaar warme woorden. Hier vind je er vier.
Welke quote vind je het mooist?
Kies elk een quote uit het boek en schrijf die over op een mooi blad. Teken er een kadertje rond of kader het blad in. Je kan iets soortgelijks ook maken met een computerprogramma. Vertel aan elkaar welke quote je gekozen hebt. Misschien kan je ook vertellen wat je mooi vindt aan de gekozen quote. Op welk plekje mag je kader staan of hangen?
Je kunt ook voor deze variant kiezen. Zoek een voorwerp in huis die je bij je quote wil leggen, een voorwerp waarvan je vindt dat het erbij past. In plaats van een voorwerp kan je er ook een kleur bij leggen. Vertel aan elkaar welke quote je gekozen hebt en wat het voorwerp of de kleur voor jou betekent. Met de quotes en de voorwerpen of kleuren kan je een leuk (tijdelijk) hoekje of een kijktafel maken in huis.
Het huis met de gele deur
Luyten, H., Willemen, N., Het huis met de gele deur, Borgerhoff & Lamberigts, Gent, 2020, 48 p.
ISBN 9789463932158.
In het huis met de gele deur wonen 2 mama’s en 7 kinderen. Er is best veel lawaai en het is er gezellig druk. Er wordt rond gestuiterd, getreuzeld en geknoeid. Het loopt er wel eens in het honderd, maar het komt er ook weer goed. Ieder heeft er zijn eigenheid, dat zorgt voor chaos en dynamiek. Maar bovenal: bij hen thuis is ieder werkelijk uniek … en doet ieder zijn best!
Soms word je wel eens moe van jezelf. Op dat moment kan je niet bedenken waarom je waardevol bent voor je huisgenoten. God zegt ook dan: je bent áltijd waardevol, je bent uniek en voor mij heel bijzonder, je bent geliefd en ik zal altijd in jou geloven.
DOE- EN VERTELTIP: ELKAAR EEN TOTEM GEVEN
Misschien was of ben je lid van de scouts en kreeg je een ‘totem’ en een ‘voortotem’. Een ‘totem’ is de naam van een dier dat dezelfde kenmerken heeft als jij. Een ‘voortotem’ is een bijvoeglijk naamwoord bij de totem. Dit kan een eigenschap zijn die niet in je totem zit en die dus iets meer zegt over je dierennaam en karakter. Het zou ook kunnen dat hij een eigenschap van je totem verzwakt. Voorbeelden van totems met voortotems zijn: blijmoedige gnoe, zorgeloze springbok, welwillende giraf, …
Probeer voor de persoon die links van jou zit een totem en voortotem te vinden die iets positiefs zegt over zijn of haar karakter en eigenschappen: waarin is deze persoon waardevol en uniek voor jou? Kies de totem en voortotem zorgvuldig en wees creatief. Pas op: verklap de totem niet meteen! Beeld de totem en de voortotem uit of probeer ze te tekenen. Kan de persoon links van jou raden wat je voor hem of haar bedacht hebt?
Maak ook even tijd om te zeggen hoe het voor je voelt om deze totem te ontvangen of vraag wat toelichting bij je totemnaam als je hem niet helemaal begrijpt.
VOOR BOLLEBOZEN: OM OVER NA TE DENKEN
De Heer zegt: 'Ik heb je naam in mijn hart bewaard. Ik zal altijd aan je denken.' (Jes 49,15)
Ik vraag me af wat God jou hier wil zeggen. Wees gerust: hét juiste antwoord bestaat niet. Als we al onze antwoorden samenleggen, kunnen we de boodschap in dit Bijbelvers misschien op het spoor komen.
Lewis woont in twee huizen – Ik woon in twee huizen
Amant, K., Lewis woont in twee huizen, Clavis peuter, Hasselt, 2019, 32 p.
ISBN 9789044836523.
De Smet, M., Talsma, N., Ik woon in twee huizen, Clavis, Hasselt, 2008, 32 p.
ISBN 9789044808667
Je kunt het boek ook beluisteren op YouTube.
Niet alle kinderen wonen in één huis. Je kunt ook in meerdere huizen wonen, bijvoorbeeld wanneer je ouders gescheiden zijn. Dat is ook het geval bij Lewis en Nina. In de boeken ‘Lewis woont in twee huizen’ (voor de allerkleinsten) en ‘Ik woon in twee huizen’ (vanaf 4 jaar) vertellen zij hoe zij dat ervaren.
‘Thuis’ hoeft niet beperkt te zijn tot één vaste plek. Wist je dat christenen geloven dat ‘thuis’ elke plek is waar God via mensen liefdevol aanwezig is en waar mensen zich veilig voelen, eender waar?
DOE- EN VERTELTIP: MIJN THUISGEVOEL
Nina en Lewis maken in elk huis een ‘thuis’ voor zichzelf. Bij Lewis gaat Marcel de knuffelbeer mee van de ene plek naar de andere. Marcel geeft Lewis op beide plekken een thuisgevoel.
Duid in deze collage aan wat jij meeneemt als je naar een andere plek gaat om je er wat meer thuis of vertrouwd te voelen.
Denk bijvoorbeeld aan die keren dat je naar het huis van je andere ouder of naar dat van je grootouders gaat, of wanneer je met vakantie of op kamp gaat, of wanneer je gaat logeren, wanneer je weg moet voor je werk of zo.
Misschien heb je nog andere spulletjes of bepaalde rituelen of gewoontes die voor jou een andere plek tot een thuis maken? Vertel het aan elkaar.
Verder dan ver
Thijs, J., Verder dan ver. Zebra zoekt het geluk, De eenhoorn, Eke, 2021, 40 p.
ISBN 9789462916081.
Op een dag besluit Zebra om zijn voorspelbare leventje achter te laten en op zoek te gaan naar een plek om thuis te komen. Het moet een bijzondere plek zijn: heel licht en ruim en waar hij verder dan ver kan kijken. Hij begint aan een reis vol hindernissen en verrassingen: niet elke plek is geschikt voor een zebra en niet elke thuis is veilig. Zebra wordt er doodmoe en soms wanhopig van. Zal hij zijn droomplek vinden? Aan jou om te ontdekken!
Thuis is niet zomaar een plek. Het is er heel bijzonder. Het is er gezellig en het is een plek waar je mag genieten. Wist je dat christenen geloven dat God aanwezig is op elke plek waar we zorgen voor menselijke warmte en nabijheid en waar we ons mogen verwonderen over Gods schepping?
DOE- EN VERTELTIP: MIJN BIJZONDERE THUISPLEK
Knutsel jouw eigen bijzondere ‘thuisplek’. Je mag je fantasie helemaal de vrije loop laten! Gebruik hiervoor karton, schoendozen, vilt, lijm, stukjes hout, ijslollystokjes, houten roerstaafjes, enzovoort.
Vertel wat jouw huis zo bijzonder maakt.
Heeft het huis een speciale binnenkant en/of buitenkant?
Hoe ziet de omgeving eruit?
Welke bijzondere mensen wonen er?
Welke fijne activiteiten kan je er doen?
Zijn er bijzondere elementen die je zou willen meenemen naar het huis of de huizen waarin je momenteel woont?
VOOR BOLLEBOZEN: OM OVER NA TE DENKEN
De Bijbelse koning David zegt:
“Ik ken slechts één verlangen:
wonen in het huis van de Heer.
(...)
Op de dag van de grote gevaren
zal Hij mij bergen onder zijn dak
en mij diep in zijn tent verbergen.”
Ps 27, 4-5 (Willibrordvertaling)
Ik vraag me af waar Gods dak en Gods tent zouden kunnen zijn.
Wees gerust: hét juiste antwoord bestaat niet. Als we al onze antwoorden samenleggen, kunnen we de boodschap in deze Bijbelverzen misschien op het spoor komen.
Een beetje stilte
Stewart, P., Porter, J., Een beetje stilte, Uitgeverij C. de Vries-Brouwers, Antwerpen, 2022, 32 p.
ISBN 9789053418550.
Mama Eekhoorn en haar kroost snakken naar rust en stilte. Maar de andere dieren maken veel te veel kabaal. Mama Eekhoorn kan maar één ding doen: Uil om raad vragen. En zo begint een wonderbaarlijke tocht door het bos met de magische stiltevanger van Uil. Ze brouwen een stiltefles vol met snufjes van verschillende soorten stilte. Benieuwd hoe je dat doet? Lezen maar!
Iedereen heeft af en toe nood aan stilte. Na een drukke schooldag, een lawaaierige uitstap of een intense werkdag kan de stilte je vermoeide lichaam ‘genezen’ of je volle hoofd wat lichter maken. Wist je dat Jezus ook geregeld nood had aan stilte? Jezus werd vaak gevolgd door een grote menigte die zijn verhalen wilde horen. Na een dag vol ontmoetingen en verhalen, was Jezus moe en trok Hij zich terug op plekken waar het rustig was. Op die plekken voelde Hij zich ook heel dicht bij zijn Vader. Daar nam Hij de tijd om te bidden.
DOE- EN VERTELTIP: MIJN STILTEVANGER
De een-beetje-stilte-fles van Uil is gemaakt van de allerbeste dingen: de stilte vlak na het prachtige gezang van Merel, de stilte in een holle boomstronk, de stilte na het piepen van drie jonge vogeltjes, de stilte van een vallend eikeltje, de stilte na het zoemen van een bij, de stilte terwijl mama Eekhoorn nadenkt, de stilte tussen het geknetter van de bliksem en de klap van de donder.
Nu is het aan jou.
Knutsel samen een stiltevanger.
Neem een fles, wat etiketten en een pen mee en vertrek op pad net zoals mama Eekhoorn en Uil. Wandel door jullie tuin, door een park, een bos of een andere rustige plek. Ga op zoek naar mini-momentjes van stilte. Telkens wanneer je een momentje stilte kunt vangen met je stiltevanger, giet je het stiltemomentje in de fles. Bedenk een mooie omschrijving van de stilte die je gevangen hebt, schrijf het soort stilte op een etiket en plak het op de fles. Met welke soorten stilte keren jullie huiswaarts?
Bewaar de fles in huis. Wanneer je nood hebt aan rust, of wanneer je wilt bidden, kan je de stiltefles erbij nemen. Probeer in je hoofd terug te keren naar de plekken waar je de stilte hebt gevangen of maak de fles open. Misschien helpt het jou om rustig te worden of om tot gebed te komen.
DOE- EN VERTELTIP: DANK JE WEL, SORRY, ALSJEBLIEFT
Dank je wel, sorry, alsjeblieft: drie woorden om samen stil te vallen en te bidden. Drie symbolen erbij maken het gebedsmoment voor kinderen tot een herkenbaar huisritueel.
Nadat je een kaars hebt aangestoken, vertel je elk om de beurt aan God en aan elkaar waarvoor je dankbaar bent, bijvoorbeeld voor de knuffel van oma, voor het heerlijke spel, voor de glimlach die je kreeg, voor een bijzondere ontmoeting of telefoontje, voor de hulp die je kreeg of kon bieden, voor het lied van de vogels in de tuin, … Een eenvoudige en fijne manier om dat te doen is ‘de dankstok doorgeven’. Als je de zelf versierde stok neemt, mag je danken. Daarna geef je de dankstok door aan wie naast je zit. Of je kunt hem in het midden leggen, zodat iemand anders hem nemen kan.
Daarna neem je de tijd om stil te staan bij wat er niet goed liep, bij wat je verdrietig maakte of waar je spijt van hebt. Je kunt als symbool een steen doorgeven of in het midden leggen. Als je de steen neemt, kan je sorry zeggen. Daarna geef je de steen door aan wie naast je zit of je legt hem weer in het midden.
Misschien wil je God om hulp of kracht vragen, voor jezelf of voor iemand anders? Of misschien wil je uitspreken wat je voornemen is, aan wie of wat je meer aandacht wilt geven, of wat je zult proberen te doen? Voor wat je God vraagt of aanbiedt, zeg je alsjeblieft. Je kunt het op een post-itje of briefje schrijven en in een schaal of onder je hoofdkussen leggen. Of je kiest een ander symbool dat je telkens gebruikt om ‘alsjeblieft’ te zeggen.
Aan het einde van deze terugblik op je dag of week zing je samen een lied of bid je een Onze Vader of geef je elkaar een warme handdruk of een teken van vrede.
Inspiratie voor deze doe- en verteltip: ‘Kleurrijk jaar: danken’ en ‘Mini-levensgebed voor gezinnen’ en ‘Dank u, het spijt me, alstublief’ (werkmap ‘Groeien in liefde’)
VOOR BOLLEBOZEN: OM OVER NA TE DENKEN
“De Heer zei tegen Elia: 'Kom naar buiten, ga op de berg staan om mij te ontmoeten.'
Toen kwam de Heer voorbij.
Het begon met een zware storm. (...). Maar de Heer was niet in de storm.
Na de storm kwam er een aardbeving. Maar daarin was de Heer ook niet.
Na de aardbeving kwam er een vuur, maar de Heer was ook niet in het vuur.
Na het vuur klonk er alleen het zachte suizen van de stilte. (...)
Elia ging naar buiten en ging voor de opening van de grot staan.
Daar hoorde hij de stem van God.” (deze laatste zin is wat aangepast)
1Kon19, 11-13 (Bijbel in Gewone Taal)
Ik vraag me af waarom Elia Gods stem niet in de storm, de aardbeving en het vuur hoort, maar wel in het zachte suizen van de stilte. Wees gerust: hét juiste antwoord bestaat niet. Als we al onze antwoorden samenleggen, kunnen we de boodschap in dit Bijbelvers misschien op het spoor komen.
Laat eend met rust!
Davies, B. en Levey, E., Laat eend met rust!, Veltman Uitgevers, Utrecht, 2020, 32 p.
ISBN 9789048318414.
Eend en kikker houden van rust, stilte en alleen zijn. Hun buren houden van fladderen, kwaken, spetteren, zingen en plonsen. Toch moeten alle dieren samen leven in de vijver. Dat is niet gemakkelijk!
Als je samen woont met je ouder(s), broer(s) en/of zus(sen) maak je dat wellicht ook mee. De ene wil studeren in stilte, de andere zet de radio graag luid of zingt luidkeels onder de douche en nog iemand anders wil net een dutje doen. Soms willen we rust, soms willen we gezellige drukte. Ingewikkeld allemaal!
Jezus kende deze spanning ook. Hij vertelde graag verhalen aan de mensen en Hij ging vaak op bezoek bij mensen thuis. Soms werd Hij ook moe van zoveel mensen rondom hem en verlangde Hij naar rust. Dan trok Hij zich terug op een berg of op een stille plek om tot rust te komen. Op die plekken voelde Hij zich ook heel dicht bij zijn Vader. Daar nam Hij de tijd om te bidden.
DOE- EN VERTELTIP: STIL OF DRUK?
Neem de prent van de vijver erbij. (Je kunt hem afdrukken.)
Waar voel jij je het meest thuis in de vijver?
Ben je graag op de plekken waar je met mensen samen bent? Ben je liever alleen? Of hou je van beide?
Wanneer trek je je graag terug op een rustige plek? Wat doe je dan?
Wanneer ben je graag samen met anderen? Met wie ben je dan samen? Wat doe je dan?
Toon en vertel het aan elkaar.
Ging je met een van de vertel- en doetips aan de slag? Heb je een suggestie voor ons? Jouw feedback of ervaringsverslag is welkom op idgp@kerknet.be |
_______________________________________
VOETNOTEN
(1): Marta en Maria: Lc 10,38-42 – Zacheüs: Lc 19,1-10 – het dochtertje van Jaïrus: Mc 5,21-43 – de bruiloft van Kana: Joh 2,1-11. Terug naar de tekst
(2): Jezus trok zich terug op een berg (Lc 9,28) of op een stille, eenzame plek om bij zijn Vader thuis te komen (Mc 1,35-36 ; Lc 5,15-16). Terug naar de tekst
(3): Jezus vertelt over het huis van zijn Vader: Lc 2,41-52 en Joh 14,1-6. Terug naar de tekst
(4): De parabel van de vader met twee zonen: Lc 15,11-32 Terug naar de tekst