De heilige Eligius is de patroonheilige van Kruishoutem. Hij overleed op 1 december 660 als bisschop van Noyon-Doornik waar toen ook ‘Kruishoutem’ toe behoorde. Wanneer hij later heilig werd verklaard, werd die dag zijn feestdag. In de eiergemeente laten we dit niet ongemerkt voorbijgaan: we vieren zijn naamfeest tijdens de hoogmis van 30 november aanstaande. De mis wordt opgedragen voor de overleden leden van de Landelijke Gilde en alle leden en sympathisanten van de Landelijke Gilde zijn uitgenodigd.
Tijdens deze viering wordt zijn beeld uitgestald, getooid met een zilveren hamer, staf en mijter – symbolen van zijn bisschopsambt én van zijn oorspronkelijke beroep als edelsmid. Eligius is de patroonheilige van de goud- en hoefsmeden, en bij uitbreiding ook de beschermheilige van paarden en van allen die met paarden te maken hebben zoals landbouwers en veeartsen.
Sinds hun ontstaan vieren de Landelijke Gilde en Boerenbond van Kruishoutem daarom hun jaarfeest als ‘boerenelooi’ in de eerste dagen van december.
Twee feestdagen voor Sint-Elooi
Sint-Elooi heeft zelfs een tweede feestdag: 25 juni. Op die dag wordt de overbrenging van zijn relieken herdacht. In Kruishoutem vonden die dag lange tijd paardenzegeningen plaats aan de ingang van de oude kerk. Dat gebruik bestond zeker al sinds het begin van de 17e eeuw en bleef bewaard tot het begin van de 19e eeuw. Boeren lieten hun paarden zegenen met de zilveren reliekhamer van de heilige. Wie tevens een aalmoes in de offerschaal legde, betrouwde er op dat zijn paard het volgende jaar beschermd bleef tegen ziekte en ongeluk.
Het leven van de heilige Eligius
Hoewel Eligius in een ver verleden leefde, weten we opmerkelijk veel over hem – vooral dankzij zijn hoge maatschappelijke positie én de biografie ‘De vita St. Eligii’, geschreven door zijn opvolger kort na de dood van Elooi. In dat werk komen we trouwens voor het eerst in de geschiedenis de woorden ‘Vlaanderen’ en ‘Vlamingen’ tegen, in het Latijn: “Flandres” en “Flandrenses”.
Eligius werd rond 588 geboren in het dorpje Chaptelat, nabij Limoges. Op de plaats van zijn geboortehuis staat nu een kerkje dat aan hem is toegewijd. Hij werd opgeleid tot edelsmid en kwam dankzij zijn uitzonderlijke talent aan het Merovingische hof van koning Clotharius II terecht. Daar werkte hij als muntslager en werd hij verantwoordelijk voor de koninklijke schatkist. Later diende hij ook onder de volgende koning Dagobert I, waarna hij koos voor het geestelijke leven en bisschop werd. Hij stichtte de abdij van Solignac in zijn geboortestreek – een klooster dat vandaag nog steeds bestaat. Zijn bisdom Noyon-Doornik was uitgestrekt en omvatte het huidige Picardië, Frans-Vlaanderen, Vlaanderen en Henegouwen.
In de kathedraal van Noyon, halverwege tussen Rijsel en Parijs, wordt Eligius nog steeds geëerd. Zijn indrukwekkende, vergulde reliekschrijn bevindt zich onder het hoogaltaar.
Eligius in Kruishoutem
Historisch gezien speelde Eligius een belangrijke rol in de kerstening van onze streken. In de Kruishoutemse Sint-Eligiuskerk wordt daarnaar verwezen. Op de preekstoel bevindt zich immers een paneel waarop een predikende Elooi te zien is. Boven op het hoogaltaar prijkt zijn opvallende beeltenis, ook hier met mijter, staf en hamer.
Op het grote schilderij tegenover de preekstoel – een werk uit 1662 – zien we de minder bekende legende ‘De eerlijkheid van de Heilige Eligius’ afgebeeld: de jonge Eligius overhandigt twee gouden zadels aan koning Clotharius II na het afwerken van zijn ‘toegangsexamen’. Nog nooit had iemand uit een klomp goud een zadel kunnen maken voor de koning, maar Elooi slaagde er zelfs in twéé zadels te maken uit de klomp edelmetaal. Bovendien was hij zo eerlijk om beiden aan de koning te overhandigen.
Tekst & foto's : Chris Van der Meeren