Op Witte Donderdag was er de voetwassing voorafgaand aan het laatste avondmaal. De gebedsviering eindigt met een processie in stilte naar de winterkapel, waar nog een moment van aanbidding van het Heilig Sacrament is.
Met Goede Vrijdag hadden we de kruisweg om 15 u. (in bijna al onze kerken) en de kruishulde om 19 u. Het Kruis wordt plechtig naar voor gedragen. Iedereen legt bloemen neer bij het kruis.
Op Stille Zaterdag ervaren we de overgang van donker naar licht. We verzamelden buiten rond het paasvuur. De paaskaars werd gezegend, de nagels werden erin aangebracht, en ze werd plechtig binnengedragen, in een processie. Elkeen had een kaars gekregen en die werd ontstoken met het licht van de paaskaars. Geleidelijk aan gaven ook de lampen in de kerk terug licht. De klokken kwamen bij het zingen van “eer aan God” ook terug in actie.