Een jaar geleden kondigde paus Franciscus een jubeljaar aan. Een jaar van hoop waarin elkeen werd uitgenodigd om stil te staan bij wat hoop is, wat hoop geeft en hoe zelf hoopvol in de wereld te staan.
Geen eenvoudige opdracht.
Een heel jaar lang hoop de wereld in sturen, een heel jaar lang hoopvol in de wereld staan, een heel jaar lang als pelgrim van hoop niet stilstaan, maar eropuit trekken om hoop te zaaien…
Een heel jaar lang gaven we letterlijk hoop gestalte in onze hoofdkerken door kunstwerken van hoop, door een boek vol verhalen van hoop, door ankers als symbool van hoop op pad te sturen… Maar ook figuurlijk door met hoopvolle woorden en daden een vlam van liefde te zijn en hoop die doet leven aan anderen te geven.
Hoop stelt niet teleur, zo zegt een citaat uit de brief van Paulus aan de christenen van Rome. Hoop die niet teleurstelt…. Een utopie? Een droom? Of kan het realiteit worden?
Willen we niet allemaal geloven in een toekomst en hoopvol dromen?
Maar dan valt de bittere realiteit ons binnen.
Oorlog…
Natuurrampen…
Armoede….
Criminaliteit…
Verkeersagressie…
Mensenrechten worden geschonden. Veiligheid is niet langer een zekerheid. Is de hoop niet verloren?
Hoe sterk kan een mens blijven als tegenwind keihard in het gezicht blaast? Is hoop alleen weggelegd voor de lucky few?
Het is niet eenvoudig om bij 10 beaufort overeind te blijven. Maar als hoop vertrouwen is, dan is er al een begin. Dan groeit er een verlangen om weer toekomst te zien, om te kunnen en mogen dromen van anders en beter.
Als hoop dat vertrouwen is, geloof wordt, dan kan dit het begin van iets moois zijn. Want voor wie hoopvol durft te vertrouwen in God, op welke manier dan ook, christen, jood, moslim, orthodox, … dan wordt het leven een mooi verhaal van God met de mens. Dan kan hoop die niet teleurstelt realiteit worden.
Rampen zullen niet verdwijnen. Wapens zullen niet zwijgen. En de mens zal mens blijven en af en toe tegen de lamp lopen.
Maar wanneer die mens zijn leven in de handen van God durft te leggen, dan is dat een teken van innerlijk verlangen naar een vlam van liefde die hoop in zich draagt, die leven geeft.
Samen wilden we dit voorbije jaar extra stilstaan bij ons vertrouwen in God, in onszelf en in onze naasten … Hebben we in dit voorbije jubeljaar van hoop grote dingen veranderd? Misschien wel, misschien niet. Wie zal het zeggen?
Maar we hebben sowieso enkele stenen verlegd. We hebben mensen in verbinding gebracht, ontmoeting gecreëerd, bruggen gebouwd en oude banden weer aangehaald. We hebben mensen doen stilstaan bij wat echt belangrijk is.
We hebben een vlam van liefde in onze gemeenschap voelen opflakkeren telkens we de jubelhymne zongen. We hebben mensen gesterkt en laten voelen dat ze niet alleen op weg zijn in het leven.
We hebben op missionaire wijze getuigd van die diepe onderstroom in ons, die wij God, Vader mogen noemen en die ons draagt.
Allemaal kleine vlammetjes van liefde en sprankels van hoop die doen leven.
Misschien ook voor jou?
Weet dat waar je ook bent, wie je ook bent: ook jij mag blijven hopen! Vertrouw maar dat er ondanks alles altijd kleine vlammetjes van liefde zullen zijn voor wie ze wil zien, voor wie durft vertrouwen.
Want er is altijd die liefde van God, waar ook jij, of je nu gelovig of zoekend bent, vertrouwen uit mag putten. Zelfs als je wankelt en er dingen zijn die je uit je lood slaan, of als hoop gekelderd wordt door tegenslagen van welke aard dan ook.
Juist dan wil God met jou gaan en je overeind helpen krabbelen, je de rug helpen rechten en zeggen: Jij bent niet alleen, ik sta aan jouw zij.