Ondertussen zijn al enkele weken verstreken sinds er het nieuws kwam dat er een nieuwe pastoor werd benoemd voor de parochie H. Clara van Assisi en de parochie H. Maarten.A
an het einde van de zomer is de aanstellingsviering het ‘échte’ startschot na al enkele weken van kennismaken, plannen en overleggen.
Mag ik mezelf eerst even kort voorstellen?
Geboren in Limburg en (eerst) gestudeerd in Gent was ik snel verkocht aan de stad van de Stroppendragers.
Tijdens mijn studies raakte ik al verzeild in een parochie en dus was het voor mij logisch dat ik in Gent bleef hangen.
Na 6 schooljaren leerkracht godsdienst ben ik ingegaan op de roepstem van God en ving ik de priesteropleiding aan.
2014 volgde mijn priesterwijding en studeerde ik nog wat verder aan de KU Leuven.
Als priester was ik de voorbije jaren in verschillende hoedanigheden betrokken in verschillende parochies en dekenaten van ons mooie bisdom.
De voorbije vijf jaar was mijn hoofdopdracht in het onderwijs.
Ik gaf les in het Stella Matutinacollege van Lede en aan toekomstige leerkrachten godsdienst van de Arteveldehogeschool. Aan het HDGI (het opleidingsinstituut van het bisdom) geef ik nog steeds het vak ‘Evangeliën’.
Vanaf 1 juli ben ik dus deken van Eeklo en pastoor van de twee parochies; ook al liggen er twee maanden tussen de benoeming en aanstelling.
Naast deze opdracht blijf ik dus ook docent aan het HDGI en ook mijn opdracht als beleidsmedewerker van het Vicariaat Parochiepastoraal loopt verder.
Uiteraard zeggen opleidingen en functies of titels niets over de mens en ik hoop vooral dat we op dat niveau, het intermenselijke, elkaar gauw mogen leren kennen.
Bij aanvang van deze opdracht heb ik voor mij belangrijke uitgangspunten aan de parochieploegen gesteld.
- Ik verwacht een open dialoog en wil iedereen beluisteren en met hen in gesprek gaan, ook al kan misschien niet (meteen) op de vraag worden ingegaan.
Rechtstreeks met elkaar praten kan nooit kwaad.
- Ik word verantwoordelijk voor twee parochies: voor mij zijn Clara en Maarten gelijk.
Ik wil maximaal vermijden dat ik voor de ene of de andere moet ‘kiezen’. Dat vraagt een inspanning van mijn agenda, maar ook van Clara en Maarten.
Goed overleg en een duidelijke planning volgens heldere principes zetten ons goed op weg.
Omdat Clara en Maarten aan de ene kant gelijken zijn, wil ik in de ene parochie ook niet ‘verbieden’ wat in een de andere parochie wel is toegestaan.
Bepaalde afspraken worden dus met elkaar afgewogen en waar nodig bijgesteld, ook rekening houdend met de dekenale afspraken en vooral een goede dosis gezond verstand.
Dit, het hier en daar gelijktrekken van afspraken, staat geenszins de eigenheid van Clara of Maarten in de weg.
- Belangrijk, vind ik, is het – samen met de parochieploegen – schrijven van een positief en toekomstgericht verhaal voor de parochie van de H. Clara en de parochie van de H. Maarten.
Die toekomst kan ontmoedigen, maar in dit jubeljaar van de hoop leren we: ‘De hoop stelt niet teleur omdat Gods liefde in ons hart is uitgegoten’, zo schrijft Paulus (Rom 5,5).
Ja: we moeten rekening houden met een krimpende vaak oudere gemeenschap, met (soms) overbevraagde vrijwilligers en met minder priesters.
Neen: dit is niet het einde van de Kerkgemeenschap in Vlaanderen maar allicht wel van de parochie zoals we die gekend hebben. Ik kijk hoopvol naar de toekomst en wil, zoals gezegd, met de parochieploegen stappen zetten in die richting; gesterkt door de vele tientallen vrijwilligers zonder wie onze gemeenschap eenvoudigweg nooit zou bestaan.
Dus de komende en maanden blijven we ‘pelgrims van hoop’: met veel goede moed en dankbaarheid vat ik deze tocht aan …
‘Tot zondag!’
Pr. Herbert