Daags nadien pikken de media wereldwijd vooral op dat de paus zich in de film opnieuw uitspreekt over homoseksuele relaties.
Wat zegt de paus?
Tijdens zijn pontificaat heeft Franciscus al vaker een meer inclusieve toon ten aanzien van de holebi-gemeenschap aangenomen. U herinnert zich nog ongetwijfeld deze uitspraak:
Als iemand homoseksueel is, op zoek is naar God en van goede wil is – wie ben ik dan om hem te veroordelen?
In de nieuwe documentaire zet de paus die inclusieve benadering verder met een opmerkelijk citaat:
Homoseksuele mensen hebben het recht om tot een familie te behoren. Zij zijn kinderen van God. Niemand zou uit een familie gezet mogen worden of daarom ongelukkig gemaakt worden.
"Wat we nodig hebben, is een wettelijk samenlevingscontract zodat ze beschermd zijn. Ik ben daar al eerder voor opgekomen."
Wat de paus niet zegt
Enkele Vlaamse Vaticaankenners o.a. Rik Torfs en Tom Zwaenepoel hebben ons in de media, mijns inziens helemaal terecht, gewezen op het onderscheid tussen wat de paus zegt én wat hij vooral niet zegt. De meer inclusieve toon in de communicatie van paus Franciscus is absoluut een stijlbreuk met zijn twee meest recente voorgangers paus Johannes Paulus II en paus Benedictus XVI.
Toch blijft met Francisus aan het roer de traditionele leer van de katholieke kerk helemaal overeind. Intimiteit – een goede verstaander heeft maar een half woord nodig – bij homoseksuelen is en blijft in de ogen van onze Kerk niet toegestaan. Ze zouden dus als broer en zus moeten samenleven, al zou ik zelf in dat verband eerder spreken van samenleven als broer en broer of als zus en zus…
Verder blijft een kerkelijk huwelijk exclusief voor een man en een vrouw. Ook over de mogelijkheid van een burgerlijk huwelijk tussen twee personen van hetzelfde geslacht spreekt de paus zich niet uit. Want een ‘wettelijk samenlevingscontract’ is nog geen (burgerlijk) huwelijk.
Onze persoonlijke vrienden- en kennissenkring telt wel enkele homoseksuelen, ja zelfs enkele gelovige homoseksuelen die zich engageren in onze Kerk of samenleving. In naam van hen werp ik alvast de volgende vraag op: “Is onze paus soms naïef? Hoe moeten gelovigen de recente uitspraken ten aanzien van de holebi-gemeenschap interpreteren?”
Ongetwijfeld zal er in de komende maanden nog veel inkt over vloeien. Ongetwijfeld zal er in de komende maanden binnen en buiten de muren van het Vaticaan nog heel veel over gesproken worden. Voor sommigen gaat paus Franciscus te ver, voor anderen gaat hij niet ver genoeg. En dat is, volgens mij, nu precies wat onze paus beoogt. Paus Franciscus is niet naïef. Wel integendeel!
Volgens mij is Franciscus een bijzonder tactvolle meester in de communicatie die heel goed weet wat hij zegt én vooral wat hij niet zegt. Als u mij dus vraagt hoe we die uitspraken moeten interpreteren, dan zou ik zeggen: in de eerste plaats als een uitnodiging om binnen onze Kerk (én daarbuiten) met elkaar over het thema in dialoog te gaan. Dankzij Franciscus is alvast de toon veranderd: we moeten niet oordelen of uitsluiten, maar omarmen. God zegene en beware u, paus Franciscus!
Tim Vanmechelen