Kent u Nick Cave? Misschien heeft u nog nooit gehoord van deze 62-jarige Australische singer-songwriter, frontman van de rockband ‘The Bad Seeds’, auteur, dichter, muzikant, filmster, … Misschien bent u vertrouwd met zijn muzikaal oeuvre of kent u hem, zoals ik, slechts van het wereldberoemde liefdesnummer ‘Into my arms’ uit 1997. Welnu, eind januari streek de zanger neer in Brussel voor twee uitverkochte voorstellingen van ‘Conversations with Nick Cave’, een ingetogen mix van piano, zang en gesprekken met het publiek. Een enthousiaste journalist bracht daarover verslag uit op de radio en precies dat zette me nadien wat aan het denken …
Into my arms
In de aanloop naar Valentijnsdag eerst iets over het mooie nummer ‘Into my arms’. In het lied, dat eigenlijk handelt over een liefdesbreuk, richt de zanger een hypothetische smeekbede tot God. Hij bekent zelf niet te geloven in een God die tussenkomt in het leven van mensen. Maar als hij (Cave) wel zou geloven én die God de nood voelt om mensen te begeleiden, dan zou hij aan Hem zeker vragen om zijn geliefde veilig te begeleiden in zijn armen (Into my arms, oh Lord).
Daarin schuilt voor mij een zeer mooie gedachte, want willen we niet allemaal diegenen die we liefhebben zo lang mogelijk koesteren in ons midden, veilig in onze armen? Het is alvast iets dat ik meeneem in mijn persoonlijk gebed. Iemand leerde me eens om ook te bidden voor diegenen van wie we nog niet genoeg houden. Iemand die ons kwetst leren liefhebben, is een hele opgave, maar om voor die persoon te bidden zou dat eigenlijk niet mogen zijn.
Als christen geloof ik namelijk dat God om me geeft en naar mij omziet, maar dat geldt dan evengoed voor een ander, toch?
Of hoe ieder mens, zonder onderscheid, zich geborgen mag weten in Gods liefdevolle armen. Althans dat geloof ik.