Verslag eerste bijeenkomst Bijbelgroep van dit werkjaar op maandag 23 oktober.
Voor de eerste keer dit werkjaar kwamen we bij elkaar met de Bijbelgroep rond het boek Apocalyps of Openbaring. Behalve hier of daar een tekst die we soms beluisteren in de zondagsviering is dit bijbelboek voor de meesten onder ons onbekend terrein. Vooraleer de bespreking aan te vatten was er eerst wel wat achtergrond en inleiding nodig. Gespreksleider Gino polste even naar wat de term Apocalyps oproept. Spontaan kwamen ideeën als gruwelijke taferelen, vernietiging, Apocalyps now of eindtijd op bij de aanwezigen. Het boek Apocalyps is het sluitstuk van het Nieuwe Testament. Er zijn taferelen waarin verschrikkingen getoond worden en toch is het tegenstrijdig genoeg ook hoopgevend. Er wordt ook vooruitgekeken naar redding naderhand. De tijd waarin het boek geschreven werd is belangrijk, het was een tijd van onderdrukking. Die situatie moet vernietigd worden en daarna is er de vooruitblik op een gelukkig leven in harmonie. Ook in andere boeken zoals in Jeasaja en Daniël is er een combinatie van verschrikking en troost. Ook hier wordt gesproken over een nieuwe toekomst. Het belangrijkste verschil is echter dat die nieuwe toekomst bij de profeten in het verlengde ligt van het nu, terwijl in Apocalyps een totale breuk getoond wordt met de bestaande situatie. Naast de duistere sfeer is er ook de moeilijkheid van de taal waarin het boek geschreven is, het lijkt wel een soort codetaal. Er zijn veel verwijzingen naar het Oude Testament die door de mensen van toen beter te begrijpen waren omdat hun kennis van het O.T. groter was. De reden voor deze moeilijke taal is te vinden in de tekst die vrij revolutionair was en zich afzette tegen de onderdrukker. Vandaar dat het gevaarlijk was om in open termen te spreken. De auteur van het boek noemt zichzelf Johannes. De vraag die hierbij rijst is of deze auteur dezelfde is als de evangelist Johannes. Dit lijkt vrij onwaarschijnlijk. Deze auteur noemt zichzelf een profeet en verwijst voortdurend naar de apostelen. Het boek is geschreven in briefvorm gericht aan de Joodse christenen die uitgeweken waren naar Klein-Azië, deel van het Romeinse Rijk. Het werd geschreven in het Grieks met veel Hebreeuwse invloeden rond 90 na Christus en de schrijver is waarschijnlijk een bedienaar met een reizend ambt. Er was immers al een soort officieel ambt, ofwel van een vaste gemeenschap of met een reizend ambt.
Na deze inleiding gingen we over tot de lectuur van het fragment. Een fragment uit de inleiding waarin de schrijver zich richt tot de 7 gemeenten in Klein-Azïe. Hij (Johannes) kreeg een boodschap van God om te getuigen van wat hij gezien heeft omdat er in de nabije toekomst iets te gebeuren staat. Er wordt verwezen naar de terugkomst van Christus, die voor de eerste christenen niet veraf leek te zijn. De eerste christenen worden hier beschreven als een priestervolk, iedereen heeft door Christus toegang tot God. De verschijning van Christus wordt beschreven op een wolk, zeer vredevol en over allen die geen geloof hebben geschonken aan de boodschap van Christus zal geweeklaagd worden;
Ook in onze wereld vandaag zien we apocalyptische beelden van oorlogen, aanslagen en twisten. Is dat er ook niet altijd wat geweest ergens op de wereld? Zal er een nieuwe, meer vredevolle tijd komen? De nieuwsgierigheid is gewekt naar het vervolg. Vanaf de volgende bijeenkomst zal Tijmen Schouws, nieuwe medewerker van het vicariaat de taak van Gino Mattheussen overnemen.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.