Gehuwden, echtgenoten, jubilarissen …
zij zijn geroepen om een leven lang in goede en kwade,
zonovergoten en donkere dagen,
op zoek te gaan naar Gods licht in elkaar,
en dat licht in hun vrouw,
in hun man te koesteren,
aan te wakkeren,
te laten stralen.
Zij zijn geroepen
om een leven lang in zichzelf
Gods licht brandend te houden
en het liefdevol door te geven
aan hun kinderen,
hun klein- en achterkleinkinderen.
Ja, gehuwde christenen zijn geroepen
om hun echtgeno(o)t(e)
een leven lang te ‘dragen’
met grote trouw, tedere zorg,
vriendelijk geduld en hoopvolle barmhartigheid;
en ook om hun andere gezinsleden
in liefde te dragen.
Ja, zij zijn geroepen
om elkaar te dragen
om zo Gods licht
in de huiskring
en de wereld te laten stralen.