Abraham wordt door de Bijbelse auteurs getypeerd als de vader van het geloof.
Hij werd erg beproefd, maar bleef trouw. Zijn geloof en vertrouwen in God waren zo krachtig en sterk dat hij voor een stuk God zelf ervaarde in zijn leven. Want ook hij wilde, zoals God die zijn Zoon als losprijs heeft gegeven voor velen, uit liefde voor die God zijn geliefde zoon niet sparen.
Hij heeft mogen ervaren dat God meeleeft met de gekwetste en lijdende mens en met hem aan tafel wil aanzitten, met hem zijn lief en leed wil delen, de mens nabij wil zijn ook in zijn beproevingen.
Abraham heeft mogen ondervinden dat God iemand is die op mensen bedacht is. Hij heeft God ervaren als een vriend, als iemand aan wie men zijn volle vertrouwen kan geven.
Hijzelf wordt in de Bijbel meerdere malen Gods vriend genoemd (Jesaja 41, 8; Daniël 3, 35; Jakobusbrief 2, 23).
Hij is de vader van ons geloof, een vriend van God, een voorbeeld voor ons allen. Hij is de pelgrim die telkens bereid is zijn tent op te breken en te gaan naar het land dat God hem zal aanwijzen. Hij is de pelgrim die met een onverwoestbaar vertrouwen blijft hopen in een God die leven geeft en steeds het goede voorheeft voor de mens.
Goede God, Gij hebt Abraham geroepen.
Hij trok weg uit zijn stam
om op weg te gaan naar een land dat hij niet kende.
Alles achterlaten, familie en vrienden,
de dingen waaraan je verknocht bent,
een onzekere toekomst tegemoet.
Zo’n vertrouwen hebben in God... zouden wij dit kunnen?
Abraham was een toonbeeld van gastvrijheid.
Hij stond open voor anderen, maakte tijd voor hen,
liet hen aanvoelen dat ze welkom waren.
Hij heeft ons een voorbeeld gegeven
van een onverwoestbare trouw.
Hij liet voor God niet alleen zijn heimat
en zijn vertrouwde omgeving achter.
Hij was zelfs bereid zijn geliefde zoon af te staan.
Rotsvast was zijn geloof, sterk zijn vertrouwen, grenzeloos zijn hoop.
Goede God, wij bidden U:
Laat ons gul zijn in de omgang met onze medemensen
en trouw blijven aan uw verbond dat Gij met ons gesloten hebt.
Schenk ons een duurzaam vertrouwen in uw goedheid.
Mogen wij als pelgrims onderweg
van hoop vervuld worden
en zo verlangend uitzien naar een mooie toekomst.
Dit vragen wij U door Christus, onze Heer. Amen.