Een nieuw schooljaar is begonnen. En in september komt de pastorale inzet, in al zijn domeinen en groepen, na een deugddoende verlofperiode weer op gang. Er werden en worden plannen gemaakt. Data vastgelegd, acties ondernomen …enz. Voor dit nieuwe werkjaar stelt het vicariaat voor de parochies voor om met dezelfde grondtoon als vorig jaar verder te werken:
Vreugdevol gestemd
Stralen we als christen, als pastoraal geëngageerde vreugde uit? Of ervaren kerkelijke buitenstaanders ons als mensen die in zak en as zitten omdat het allemaal vermindert en verandert? Dat de groep alsmaar kleiner wordt. Wat stralen we uit als geloofsgemeenschap?
Kunnen mensen, wanneer ze in contact komen met onze parochiale werking, met ons vieren, onze dienstbaarheid, ons verkondigen in woord en daad, proeven dat ons geloof ons een diepe vreugde schenkt? Dat we er deugd aan beleven om te leven als christen. Kortom: dat wij mensen en geloofsgemeenschappen zijn die vreugdevol gestemd zijn. Dat wij een vreugde meedragen die zich niet van de wijs laat brengen door tegenkanting en moeilijkheden. We zien en weten wel dat, om het zo te zeggen, kerk en geloof, in crisis zijn maar zien dit als een kans om ons geloof sterker te enten op de bron: Gods levengevend woord.
Verdiepen en verbinden
Dit werkjaar willen we ons daarbij vooral laten inspireren door de beleidsbrief van bisschop Lode “Verdiepen en Verbinden”.
Je eigen geloof verdiepen vraagt inspanning maar is vooral een bron van vreugde. De bron in het diepste van ons hart weer vrij maken. Zoals Bernadette Soubirous op vraag van de verschijning diep in de grot gaat. Met haar handen woelt in de aarde en tot driemaal toe het vuile water weggooit voor zij haar hoofd wast met het water die uit de grond, uit de bron opwelt. Ze wordt door de meeste kijklustigen gek verklaard.
Ook verbinden is een bron van vreugde. Overal waar we komen verbinding maken met mensen en groepen. Met eenvoudige goedheid vereenzaming en verruwing tegengaan.
Mensen laten voelen dat ze gekend zijn, dat ze er mogen zijn, dat ze mogen zijn wie ze zijn en aanvaard worden in al hun menselijke kwetsbaarheid.
Zeven was voldoende: vijf en twee
Op het einde van zijn beleidsbrief verwijst bisschop Lode naar het evangelieverhaal van de broodvermenigvuldiging. Een verhaal dat volop verdieping en verbinding omvat.
De apostelen komen terug van hun eerste zending en Jezus nodigt hen uit om even op adem te komen. Niet alleen om wat uit te rusten maar vooral om met hun hart bij de bron te blijven. Ze trekken naar de woestijn, de Bijbelse plek voor herbronning. Maar het volk is hen voor. De noden, vragen, verlangens van mens en wereld halen hen in. Ze zijn als schapen die niet weten waar ze voeding voor hun leven moeten vinden. Op zoek naar diepe zingeving voor hun leven. Het is de opdracht van de kerk, van geloofsgemeenschappen, van christenen: “geeft gij hun maar te eten”, zegt Jezus. En meteen slaan de leerlingen aan het rekenen. Wat zouden we niet allemaal moeten organiseren om aan die nood te voldoen. Welke initiatieven moeten we nemen om die grote opdracht aan te kunnen? We hebben zo weinig en zijn met zo weinig. Tweehonderd denariën, voor zo’n opdracht! Amper vijf broden en twee vissen…
Een bron van vreugde als we ons niet laten verlammen door overmacht. Hopeloos worden omdat het maar weinig is dat we kunnen bieden. Maar gewoon doen wat met onze beperkte mogelijkheden kunnen doen. Het weinige dat we hebben en zijn aan Jezus aanbieden, dat open stellen voor de Geest. Misschien zijn we soms teveel bezig met ons eigen project en staan niet open voor zijn project met mensen. Hoe klein en eenvoudig ook, iedereen kan iets, kan zichzelf aanbieden. Iedereen kan figuurlijk een broodje of een visje bijdragen.
Willem Barnard dichte over het gebeuren van de broodvermenigvuldiging: Zeven was voldoende, vijf en twee. Het gedicht werd op muziek gezet door Piet van Aalten.
Zeven was voldoende, vijf en twee,
zeven was voldoende voor vijfduizend
op de heuvels langs de zee.
Zeven is voldoende, toen en nu,
zeven is voldoende alle dagen
van ons leven, dank zij U.