1 SAMENVATTEND OVERZICHT VAN HET ARTIKEL
De Trappistinnen zijn Cisterciënzers van de Strikte Observantie die leven volgens de Regel van de h. Benedictus.
* De O van Orde, van onopvallend leven en openstaan
Zowel monniken als monialen behoren tot de orde van de Trappisten die hun hoofdzetel hebben in Rome. Elke abdij heeft een grote zelfstandigheid. Wij leven een geordend leven. Heldere afspraken voorkomen onrust in onze gemeenschap van 20 vrouwen. De dag is sterkt geritmeerd door zes gebedstijden, essentieel om ons telkens weer te richten op de Wezenlijke. Lofzang en smeekgebed zijn de kern van ons levenswerk, ook sterk beïnvloed door de liturgische tijden. Arbeid (vroeger vaak handenarbeid, nu meer stressende geestelijk werk) en ontspanning zorgen voor evenwicht. Ons leven is vaak onopvallend: wij geloven in de vruchtbaarheid van ons apostolisch leven voor de kerk, al zien we er vaak niet direct de vruchten van. Ook staan wij open voor de noden van Kerk en wereld. De schreeuw van mensen, ook in oorlogssituaties, gaan ons ter harte.
* De C van Cisterciënzers en hun charisma
Ons eigen charisma kan je aflezen uit onze geloften: stabiliteit, gehoorzaamheid en monastiek levensgedrag (met armoede en Godgewijd celibaat). Stabiliteit bindt ons aan een zeer concrete gemeenschap met alles wat zich daarin als onvoorspelbaar aandient; bindt ons aan dit kloosterleven met aandacht beleven en aan de stabiliteit van het hart: de liefde van Christus centraal. Met de jaren groeien we daarin en wordt ons hart erdoor vervuld. De gehoorzaamheid sluit allereest luisteren naar God in die niet rechtstreeks spreekt. Zowel de abdis als de medezusters helpen ons openstaan om te ontdekken wat de Andere/anderen van ons verwachten. Dit staat in schril contact met de autonomie en de zelfbepaling die onze huidige wereld proclameert. Ons levensgevoel is dat dit luisteren een grote innerlijke vrijheid geef. Monastiek levensgedrag is de belofte om onszelf voortdurend te bekeren. Daarbinnen kaderen armoede en Godsgewijd celibaat. Het monastiek levensgedrag bestaat vooral uit het telkens weer herbeginnen: vallen en telkens weer opstaan. Een mensenleven lang.
*De S van Strikt… of van Stilte en Samen-leven
Ons leven is strikt en radicaal. Wij spreken niet zoveel, maar de manier waarop we spreken is al even belangrijk als ons zwijgen. Maar het stilzwigen is voorwaarde om af te dalen in onszelf en om niet afgeleid te worden in het zoeken naar God: om de weg naar binnen kansen geven. Het kader van ons bestaan verloopt in het samen-leven in gemeenschap waarin we elkaar niet kunnen ontvluchten en waar we voortdurend met onze eigen kleine kanten geconfronteerd worden: de waarheid over onszelf. Dit samenleven met zusters die je zelf niet gekozen hebt, is vaak moeilijker dan de vele uren gebed in de kapel. Onze relatie met God en zijn barmhartigheid dragen en inspireren ons om zelf zachte en geduldige mensen te worden.
* De O van Observantie… en van overgave
Osbervantie is het onderhouden van de geboden en regels die onze levenskeuze met zich mee brengt. Dat kan streng lijken. Toch is onze relatie met God primair. Maar onze roeping is het daarin samen te blijven groeien, niet te stagneren, maar in beweging te blijven. God mag ons hart bewonen en meer en meer het centrum van ons leven worden. Trouw aan je levenskeuze geldt voor ieder mens. Doorheen de kronkelwegen van ons kloosterleven blijft God ons wenken en op ons wachten.
2 METHODISCHE SUGGESTIES
- Je kan de gespreksvragen doornemen. Ze nodigen je uit om de waardevolle aspecten van een christelijk leven ook in andere levensvormen te herkennen en te beleven.
- Naast deze wat meer afstandelijke bijdrage die toch ook zeer goed de vreugden en de moeilijkheden van een ‘leven als moniale in een slotklooster’ weergeeft, is er een meer persoonlijk getuigenis over het ontstaan van en de groei van een roeping als Trappist opgenomen. Het levensverhaal van Broeder Daniël in West-Vleteren is een mooie, inspirerende aanvulling op de bijdrage van Zr. Katharina Michiels..
- In nr. 3 vind je een wereldbekende tekst van Zuster Silja Walter die als Benedictines in het Fahr-klooster nabij Zurich in 2011 overleed. Ze was 91. De roeping van een moniale in een slotklooster heeft zij uitgedrukt in Wachten op God – Klooster aan de rand van de stad. De tekst is van een kleine commentaar voorzien van Maria Meesters.
ver ons
3 SILJA WALTER - GOTT ERWARTEN - GOD VERWACHTEN
von/van Maria Meesters, Baden-Baden, Katholische Kirche, Katholieke Kerk
De tekst vind je door Pdf A4 aan te klikken
4 SUGGESTIE VOOR EEN GEBEDSMOMENT
Dit gebedsmoment heb ik opgebouwd op de kern van het religieus kloosterleven: de verwachtring van de unieke God, waarbij de evangelische raden (armoede – kuisheid in een ongehuwd leven – armoede en gemeenschap van goederen) centraal staan.
Je kan vooraf het lied dat je kiest downloaden en op je computer plaatsen. Dan ben je onafhankelijk van de internetverbinding ter plaatse..
4.1 We beluisteren het lied ‘De Heer verschijnt te middernacht (Z.J. nr.927) OF (Z.J.930) Een mens te zijn op aarde
* De Heer verschijnt te middernacht Z.J. 927 , str. 1, 2 , 4 en 5 https://www.youtube.com/watch?v=FEAJcsxe8BE
De Heer verschijnt te middernacht !
Nu is nog alles stil,
maar zalig hij die toch reeds wacht
en Hem begroeten wil.
Want ook als niemand naar Hem vraagt
noch in zijn dag gelooft,
zijn komst wordt door geen macht vertraagd:
Hij heeft het zelf beloofd.
Zijn onze lampen wel gereed
en branden ze wel goed,
zodat als Christus binnentreedt
Hij waardig wordt begroet?
De Heer verschijnt te middernacht !
Nu is nog alles stil...
Zalig die toch geduldig wacht
en Hem begroeten wil
Een mens te zijn op aarde Z.J. 930 alle zes strofen https://www.youtube.com/watch?v=maAZ8imx5kg
Een mens te zijn op aarde,
is een voorgoed geboren zijn,
is levenslang geboortepijn.
Een mens te zijn op aarde
is leven van de wind.
De bomen hebben wortels,
de bomen mogen stevig staan
maar mensen moeten verder gaan.
De bomen hebben wortels
maar mensen gaan voorbij.
De vossen hebben holen,
de mensen weten heg noch steg,
zijn altijd naar hun huis op weg.
De vossen hebben holen,
maar wie is onze weg?
De mensen hebben zorgen,
het brood is duur, het lichaam zwaar
en wij verslijten aan elkaar.
Wie kent de dag van morgen?
De dood komt lang verwacht.
Een mens te zijn op aarde
is pijnlijk begenadigd zijn
en zoeken, nooit verzadigd zijn,
is rusten in de aarde
als alles is volbracht.
Hoe zullen wij volbrengen
wat door de eeuwen duren moet,
een mens te zijn die sterven moet?
Wij branden van verlangen
tot alles is voltooid.
4.2 We beluisteren het evangelie van Marcus 10, 17 en v.
Toen Jezus zijn weg vervolgde, kwam er iemand naar Hem toe die voor Hem op zijn knieën viel en vroeg: ‘Goede meester, wat moet ik doen om deel te krijgen aan het eeuwige leven?’ 18 Jezus antwoordde: ‘Waarom noemt u Mij goed? Niemand is goed, behalve God. 19 U kent de geboden: pleeg geen moord, pleeg geen overspel, steel niet, leg geen vals getuigenis af, bedrieg niemand, toon eerbied voor uw vader en uw moeder.’ 20 Toen zei de man: ‘Meester, sinds mijn jeugd heb ik me daaraan gehouden.’ 21 Jezus keek hem liefdevol aan en zei tegen hem: ‘Eén ding ontbreekt u: ga naar huis, verkoop alles wat u hebt en geef de opbrengst aan de armen, dan zult u een schat in de hemel bezitten; kom daarna terug en volg Mij.’ 22 Maar de man werd somber toen hij dit hoorde en ging terneergeslagen weg; hij had namelijk veel bezittingen.
23 Jezus keek de kring rond en zei tegen zijn leerlingen: ‘Wat is het moeilijk voor rijken om het koninkrijk van God binnen te gaan.’ 24 De leerlingen schrokken van zijn woorden. Maar Jezus zei nog eens uitdrukkelijk: ‘Kinderen, wat is het moeilijk om het koninkrijk van God binnen te gaan: 25 het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van God binnen te gaan.’ 26 Nu waren ze nog meer ontzet, en ze zeiden tegen elkaar: ‘Wie kan er dan nog gered worden?’ 27 Jezus keek hen aan en zei: ‘Bij mensen is dat onmogelijk, maar niet bij God, want bij God is alles mogelijk.’ 28 Petrus nam het woord en zei: ‘Maar wij hebben alles achtergelaten om U te volgen!’ 29 Jezus zei: ‘Ik verzeker jullie: iedereen die broers of zussen, moeder, vader of kinderen, huis of akkers heeft achtergelaten omwille van Mij en het evangelie, 30 zal het honderdvoudige ontvangen: in deze tijd broers en zussen, moeders en kinderen, huizen en akkers, al zal dat gepaard gaan met vervolging, en in de tijd die komt het eeuwige leven. 31 Vele eersten zullen de laatsten zijn en vele laatsten de eersten.’
4.3 Voorbeden (K. Pannenkoek, Heel die wereld, voor religieuzen p. 130)
(Spreek vooraf af wie welke bede zal uitspreken – houd wat stilte tussenin)
Laat ons bidden voor allen
die op grond van geloften
hun leven wijden aan God en mensen.
• Voor de religieuzen
die in onze jachtige samenleving
oasen van rust en stilte scheppen;
dat bij hen veel mensen tot rust komen
en zich in alle vrijheid kunnen heroriënteren
op de werkelijke waarden van het leven.
• Voor de religieuze gemeenschappen
die zich - vaak kleinschalig en bescheiden -
wijden aan de leniging
van de nieuwe noden van onze tijd;
dat hun de nodige steun en aanmoediging
niet onthouden wordt.
• Voor de orden en congregaties
die - na een tijdperk van grote bloei -
vandaag in een afbouwfase verkeren;
dat hun leden niet teleurgesteld en verbitterd raken.
• Voor de religieuze gemeenschappen
die elders op de wereld een bloeiperiode beleven;
dat het idealisme van hun leden
door ons op waarde wordt geschat.
• Voor de evangelisch bewogen jongeren
van onze moderne tijd;
dat ze erin slagen nieuwe vormen te vinden
voor het authentieke ideaal van het religieuze leven.
God, wij bidden U voor allen
die omwille van het koninkrijk
afzien van carrière, huwelijk en persoonlijk bezit.
Dat het in onze kerk nooit mag ontbreken aan zulke enthousiaste voorvechters van het koninkrijk, dat U de mensen beloofd hebt. Amen.
Aan- en opmerkingen aan guido.debonnet@skvnet.be
Bijlage 1 (pdfA4 en pdfA5)
Bijlage 2 (pdfA4 en pdfA5)