Sommige ontmoetingen hoeven niet lang te duren om betekenisvol te zijn. Af en toe kom je iemand tegen en blijven zijn of haar woorden meerdere dagen, ja, zelfs weken in een bocht van je geheugen hangen. Dit overkwam mij afgelopen zondag tijdens de nieuwjaarsreceptie van onze pastorale eenheid. De oprechtheid waarmee deze woorden gezegd werden, raakten mij. Het was als een bundel zonnestralen in hartje winter, als onooglijke zaadjes die in doorploegde, dampende aarde vielen – klein maar levensvatbaar.
Ik hou van deze korte, intense glinsters van ontmoeting. Alsof onzichtbare pijltjes van genegenheid en vriendschap heen en weer schieten. Er zijn niet altijd veel woorden nodig. Een stevige handdruk, een ‘gelukkig nieuwjaar en vooral een goede gezondheid want da’s het bijzonderste’. Verbinding op bescheiden, menselijke maat. Elkaar nabij zijn; be-gaan blijven. Als een heleboel wegen die elkaar kruispunt na kruispunt, dorp na dorp, snijden, op die plaats, op dat ogenblik. Even halt houden bij elkaar. Ik hou van het ‘stilvallen’ op zo’n moment. Gericht zijn op die ander. Hoe gaat het met jou? Ik wacht graag, voel geen haast. Voor mij zou het nog langer mogen duren … Ontmoeting vraagt een zekere traagheid.
De tijd nemen! Rondom mij hoor ik vaak dat de tijd ontbreekt, dat de tijd ons inhaalt, opslokt. Misschien heeft dat (ook) met kiezen te maken. Durven we kiezen? Ik bedoel écht kiezen, namelijk kiezen om bepaalde dingen niet te doen? Onszelf toe te laten om van de vijf dingen op ons lijstje er twee of drie te schrappen? Het heeft te maken met het beleven van onze vrijheid. Echte vrijheid is loskomen van de - al dan niet ingebeelde - verwachtingen van de ander(en), is het moeilijke evenwicht beoefenen van trouw aan onszelf, aan wie we ten diepste zijn én het respect van die ander. Vrijheid en wat waarachtige vrijheid aan mogelijkheden herbergt, trekt al lang aan mijn mouw, het fascineert mij. Graag eindig ik dan ook met dit citaat van Christian Bobin, de Franse veelschrijver en gelauwerde dichter die in 2022 overleed. Hij werd bekend in 1992 met “Le Très-Bas”, een boek gewijd aan de heilige Franciscus van Assisi.
“Ik ben altijd verbaasd over hoe weinig vrijheid mensen zichzelf toestaan, hoe ze hun adem plakken op het vensterglas van de conventie.”[1]
Ik hef het glas op een jaar vol nieuwe, af en toe verrassende keuzes en mogelijkheden!
Dank aan de enthousiaste bereidwilligers voor de heerlijke hapjes en de frisse schuimwijn!
Sophie Vanhaverbeke
[1] “Je suis toujours étonné de voir le peu de liberté que chacun s'autorise, cette manière de coller sa respiration à la vitre des conventions.” uit het boek La plus que vive.