“Keer toch terug naar mij”
God is anders dan wij. Ja, dat kennen we wel, maar de vraag is: ‘hoe anders?’.
Het antwoord horen we in het sermoen van de profeet Jesaja: “Laat de zondaar zijn weg verlaten en de boosdoener zijn gedachten; en terugkeren naar Jahwe, die zich over hem zal erbarmen, naar onze God, die immers rijkelijk vergeeft. Want mijn gedachten zijn niet uw gedachten, zegt de Heer, Mijn wegen niet uw wegen” (Jesaja 55, 7-8). Dát is het grote verschil: God heeft respect en is vol mededogen. Totaal niet te vergelijken met wat wij daarvan maken. Op die nagel hamert de profeet nog eens extra: “zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo gaan ook mijn wegen uw wegen te boven, en mijn gedachten uw gedachten…”
“Keer terug naar Jahweh!”, schreeuwt Johannes de Doper. Die charismatische figuur brengt een volksbeweging op de been. De Jordaanoever die hij kiest voor zijn zuiveringsritueel heeft in de Joodse natie een diepe, symbolische waarde. Het is de eerbiedwaardige plek waar zij ooit het beloofde land zijn binnengevallen. Het decor van hun legendarische oversteek van de Jordaan (Jozua 3). De roepnaam die de migranten kregen: ‘Hebreeën’, betekent trouwens zoveel als: ‘die van over ‘t water’. Mettertijd wordt hun doortocht – eerst door de Rode Zee, dan door de Jordaan – het zinnebeeld voor de geestelijke reis die men wil gaan. Johannes’ roep om hervorming vindt gehoor. Weg met al het lelijke in ons midden. Terug eensgezind Gods wegen bewandelen! Johannes’ doopwater is dus niet te reduceren tot diwaterstofoxide (H2O).
Jezus uit Nazareth laat zich dopen. Wij kijken en mediteren lang en diep hoe Jezus aanschuift in de rij van gelukkige zondaars. Gelukkig, want zij ervaren Gods mededogen. Ik beschouw en overdenk hoe Jezus, die al helemaal gericht is op de Vader, zichzelf niet boven ons wil stellen. God-onder-ons is een van ons. De hemel scheurt open; van nu af is er geen scheiding meer tussen God en mens. En de Geest rust op Hem. God kroont Hem tot Gezalfde, Messias, Christus, Koning, Welbeminde… met de opdracht om armen een blijde boodschap te brengen, gebroken harten te genezen en gevangenen vrij te kopen (Jesaja 61, 1). Jezus luistert naar Gods stem en gaat meteen aan de slag.
We kijken al vooruit naar de afloop: naar Jezus’ doortocht, door lijden en dood. “Daarom ken Ik hem een plaats toe onder velen en zal hij met machtigen delen in de buit, omdat hij zijn leven prijsgaf aan de dood en zich tot de zondaars liet rekenen” (Jesaja 53, 12).
Pater Ludwig, sj