Op zondag 12 november, was er in de Gemeenschapsviering in de kerk van Sint Jozef in Evere een speciale gast, langeafstandswandelaar Sebastien De Fooz, geboren in Gent maar al vele jaren wonend in Brussel.
Hij wandelde al eerder vele kilometers naar Rome, Santiago de Compostela en Jeruzalem. Maar in 2018 vatte hij het plan op om een maand lang op stap te gaan in eigen stad, in Brussel dus. Het werd zijn meest avontuurlijke reis! Niet omwille van de onveiligheid, want die is er ook in andere steden en landen, maar wel “omwille van de manier van ontdekken van de stad zoals hij in het buitenland doet: met openheid voor het onbekende, met nieuwsgierigheid en helemaal weg van de routine van elke dag.”
En daarover kwam Sebastien getuigenis afleggen tijdens de homilie in de kerk en daarna in de zaal. Hij ging op stap in Brussel zoals een echte pelgrim: op sandalen en met een rugzak, ook al was hij maar enkele kilometers verwijderd van zijn huis en gezin in Etterbeek.
En elke avond moest hij op zoek naar een bed of een slaapplaats. Soms overnachtte hij op straat, in een parkje, in een kraakpand of een klooster. Soms waren er heel intense ontmoetingen zoals bijvoorbeeld met een moslim die hem meenam naar zijn huis, hem te eten gaf en een slaapplaats in huis aanbood. Het klinkt als een verhaal uit de bijbel… maar vaak was het toch intens zoeken en stresserend. Zeker in het begin.
Om dit “avontuur”, want dat is het toch wel, tot een goed einde te brengen wou Sebastien via ontmoetingen “God opnieuw ontmoeten” zoals hij ook in zijn vorige pelgrimstochten had ervaren. Hij wou open staan voor de “genade”, voor zegening van mensen die hij ontmoette of gewoon kruiste op zijn pad. Soms kon hij daarover spreken tijdens die ontmoetingen, maar meestal waren deze zegeningen alleen in zijn hoofd, in gedachten mogelijk.
Naast een plaats vinden om te slapen was vooral het “zonder doel”, het richtingloos rondstappen in onze hoofdstad, zeer moeilijk en vergde dat heel wat aanpassingen. Ook het aanspreken van “vreemde mensen” om onderdak te vinden was zeker in het begin een hele opdracht. Als je die pelgrimstocht in eigen stad wil volhouden en tot een goed einde brengen, niet alleen fysiek maar vooral mentaal, moet je in je hoofd heel wat zaken verwerken. Het moeilijke zit hem niet in de afstand van punt A naar punt B die je elke dag wil stappen, maar vooral in je hoofd. Daarin ben je bezig met wat er allemaal kan gebeuren, wat er fout kan lopen, terwijl je in je hart nieuwe ontmoetingen met mensen als het belangrijkste goed ziet. Je moet dus de afstand van je “hoofd naar je hart” kunnen overbruggen. En daarvoor heb je tijd en de hulp van God nodig. Die laat je nieuwe mensen ontmoeten.
Eigenlijk zouden we allemaal wel eens een pelgrimstocht in eigen stad of land moeten maken en ons open stellen voor een ontmoeting met God én met de medemens, wie hij of zij ook is…
Dankjewel, Sebastien, om ons deze schitterende levensles mee te geven. En dat je nog vele tochten mag maken en boeiende mensen mag ontmoeten.
Dirk A.