In mijn brief informeer ik de gelovigen over belangrijke ontwikkelingen in de organisatie van de dekenaten en de parochies in ons bisdom:
"We leven in een tijd van grote en snelle veranderingen. Dat geldt ook voor de Kerk in Vlaanderen. Er is veel veranderd op enkele tientallen jaren tijd. Als kerkgemeenschap zoeken we hoe we vandaag aanwezig kunnen zijn in de wereld. Waar en hoe kunnen wij Christus ontmoeten? Wat betekent het Kerk te zijn? Dat zal anders zijn dan vroeger, maar daarom niet minder krachtig.
Al vele jaren werken wij in ons bisdom aan een groeiende samenwerking tussen parochies in de meer dan dertig dekenaten. Nu willen wij een stap verder zetten. Vanaf september zullen er nog tien dekenaten zijn. In de periode tussen september 2016 en juni 2018 zullen binnen die tien dekenaten nieuwe parochies uitgebouwd worden. Dat zullen er vanzelfsprekend heel wat minder zijn dan de ruim vierhonderd parochies nu.
In september van het voorbije jaar gingen tien taakgroepen aan de slag om dit ganse proces voor te bereiden en uit te werken. In die tien dekenaten zal vanaf september een dekenale ploeg aangesteld worden die onder de leiding komt te staan van een deken. Wanneer de komende jaren de nieuwe parochies vorm krijgen, wordt er telkens een nieuwe parochieploeg aangesteld die onder de leiding van een pastoor de verantwoordelijkheid draagt.
Het hart van die nieuwe parochie is de parochiekerk. Zo noemen we het kerkgebouw waar we op de dag des Heren de eucharistie vieren, waar mensen het geloof leren kennen en van waar onze diaconie vertrekt. De nieuwe parochie zal naast die ene parochiekerk nog verschillende andere kerken hebben. Al langer wordt er op vraag van en in overleg met de overheid door de kerkbesturen gewerkt aan een kerkenplan. In de parochiekerk, maar ook in enkele andere kerken zal er eucharistie gevierd worden op zaterdagavond of op zondag. Nog andere kerken zullen hun liturgische functie behouden voor vieringen in de week en vooral als open huis van gebed. Soms zal een kerkgebouw onttrokken worden aan de eredienst en een andere bestemming krijgen. Dit zal verder overleg vragen, maar ook de juiste beslissingen.
Structuren vernieuwen is één zaak. Ze zijn belangrijk om een nieuwe toekomst mogelijk te maken. Maar het gaat natuurlijk niet in de eerste plaats om de structuren, maar wel om het leven daarbinnen. De nieuwe parochie wil allereerst een beweging zijn en een gebeuren. Daarom nodig ik iedereen uit om over alle grenzen heen elkaar beter te leren kennen en verder in gesprek te gaan. Het is belangrijk dat de komende maanden en jaren ontmoetingskansen worden gecreëerd voor alle mensen die zich bij de Kerk betrokken weten.
Het is zoals Paulus schrijft in zijn eerste brief aan de christenen in Korinthe: “Er zijn verschillende gaven, vele vormen van dienstverlening en allerlei soorten werk.” Die verscheidenheid maakt de rijkdom uit van onze gemeenschap. Vandaag en ook morgen. Maar Paulus voegt er telkens onmiddellijk aan toe: “Maar er is slechts één Geest, slechts één Heer, slechts één God die alles in allen tot stand brengt.” En zo brengt Paulus ons bij het wezen van de Kerk: het is de Heer zelf die ons samenbrengt. Hij roept ons om met de kracht van Zijn Geest te getuigen van ons geloof en het met anderen te delen, om dit geloof te vieren in de liturgie en in de sacramenten, om een dienstbare Kerk te zijn in het bijzonder voor wie ziek is en kwetsbaar is. Wat dat laatste betreft, denk ik vandaag op deze Wereldvluchtelingendag in het bijzonder aan de vele mensen die op zoek zijn naar veiligheid, naar een thuis en naar een nieuwe toekomst.
We staan voor grote veranderingen, maar wij hoeven daarop niet krampachtig of angstig te reageren. We willen samen zoeken hoe we in een veranderende tijd Kerk kunnen zijn en kunnen getuigen in woord en daad van wat paus Franciscus zo graag “de vreugde van het evangelie” noemt. Het proces dat wij nu in ons bisdom gaan, heeft geen andere bedoeling dan het christelijke en kerkelijke leven te verbinden en te versterken om het ook in de toekomst mogelijk te maken. Met Paulus geloven we in de verscheidenheid, maar met hem zeggen we ook: “Alles is het werk van één en dezelfde Geest.” Daarom is het noodzakelijk om krachten te bundelen. Enkel zo kunnen we een nieuwe toekomst bouwen.
Wij zijn zoals Maria in het evangelie van deze zondag: ze is terecht bezorgd dat de wijn op de bruiloft opraakt, dat het kerkelijke leven opdroogt. Maar ze heeft zoveel vertrouwen in haar Zoon: “Doe maar wat Hij u zeggen zal.” En toen was er zelfs overvloed.
Met alle mensen die zich met de Kerk in ons bisdom verbonden weten, wil ik bidden om dat vertrouwen en wil ik vragen aan de Heer dat Hij ons voorgaat. Dat gebed richt ik tot Hem in grote dankbaarheid voor zovele mensen die zich inzetten voor de opbouw van de Kerk in ons bisdom en voor elkeen die zich met haar verbonden weet."
De brief "Over de toekomst van de dekenaten en parochies" vind je ook hier