'Op Kerstdag ging ik de mis doen in de gevangenis. Ik nam een kerststal mee, gemaakt in Rwanda. Heel eenvoudig, enkele figuren gesneden uit hout. De mis vond plaats in een mooi versierde zaal, er was vreugde en ernst. De kleine kerststal stond centraal op een tafel. Toen we na de mis alles weer inpakten, vonden we het kindje niet terug. Alle personages van de stal waren er nog, behalve Jezus ... Jezus is in de gevangenis gebleven. Misschien was hij daar wel meer op zijn plaats dan in het bisschopshuis. Maria heeft Jezus ook niet voor zich gehouden. Zo moet ook de kerk Jezus niet voor zich houden maar aan de wereld schenken. Daarmee is dit verhaal nog niet ten einde. Want de gevangenen wilden zelf een nieuw kindje maken voor mijn stal. En echt, een tijdje later kreeg ik een nieuwe, uit hout gesneden Jezus. Alleen was hij anders dan de eerste. Zo is dat: als we Jezus terugkrijgen, is hij anders. Hij is dan getekend door de manier waarop andere mensen hem ontvangen en begrepen hebben.'