In de eerste lezing horen we een stukje uit het visioen van de profeet Jesaja. Uit nieuwsgierigheid ga ik wel eens lezen wat ervoor en erna komt. Het is niet zo fraai wat ik daar las. God beklaagt zich over het ongeloof van de mensen. Hij wordt boos over al het kwaad dat ze uitsteken. God verfoeit hun hebzucht en ergert zich aan de schijnheiligheid van hun offergaven. En dan komt dit mooie stukje. Het is alsof God toch niet ophoudt met te dromen hoe het wel kan zijn. God gelooft er nog in, in de mensheid.
"Eens komt de dag dat de berg met de tempel van de Heer rotsvast zal staan, verheven boven de heuvels, hoger dan de bergen." zegt Jesaja. God kijkt uit naar de dag dat er weer heel veel mensen het geloof als het belangrijkste in hun leven zien. Dat God boven alles komt. En Jesaja gaat verder: "Laten we optrekken naar de berg van de Heer. Hij zal ons onderrichten en wij zullen zijn paden bewandelen." Jesaja nodigt ons uit om weer naar God te luisteren en te doen wat Hij van ons vraagt.
God vraagt van ons om weer goede, liefdevolle en betrouwbare mensen te zijn. Hoe zal de wereld dan zijn? Jesaja gebruikt daar het mooie beeld: "Ze zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegijzers." Zwaarden staan symbool voor oorlog en geweld, voor onderdrukking door heersers. We zien wat het oorlogstuig doet in Oekraïene en elders. Vele vernielingen, doden, martelingen. Mensen in de kou zetten en honger doen leiden. Het zwaard staat symbool voor de dood en het kwaad.
Een ploegijzer is van hetzelfde materiaal als het zwaard en even scherp. Maar een ploeg wordt gebruikt om het land te bewerken en voedsel te telen. Van dit voedsel zullen mensen kunnen groeien, werken en leven. Juist het omgekeerde. Wanneer er genoeg voedsel is, zijn mensen vrij om andere dingen te doen, zich te ontplooien en in vrede te leven.
In het evangelie vraagt Jezus: wees waakzaam, want je weet niet wanneer de Heer komt. De Heer zal de ene meenemen en de andere niet. Wat wordt er bedoelt met waakzaam zijn? Het lijkt te gaan over de dag van onze dood. Maar dat is het zeker niet alleen. Het gaat erover hoe we in on leven staan. Die waakzaamheid is een open staan naar anderen. Wanneer je goed luistert naar mensen merk je op wanneer iemand verdriet heeft, of het moeilijk heeft of gewoon een luisterend oor nodig heeft. Het is een vorm van opmerkzaamheid en het komt erop aan de ander een beetje in de gaten houden.
Een tweede manier waarop we waakzaamheid kunnen begrijpen, is dat we waakzaam zijn over ons eigen hart. We moeten ons eigen hart bewaken en opletten dat er geen jaloezie, ongeduld, onverdraagzaamheid of haat in sluipt. Want ook die gevoelens komen als een dief in de nacht en ongemerkt binnen. Ook op onszelf moeten we waakzaam zijn: dat we haat vervangen voor verdraagzaamheid; dat we ongeduld vervangen door het goede in anderen te zien en een compliment durven geven.
Vandaag start de advent. Dat is uitkijken naar de komst van Jezus. De belangrijkste voorwaarde is dat je een vriend van God bent. Het moeilijke is dat we dat elke dag moeten waarmaken en er aan werken om een goede vriend te zijn. Het gemakkelijke is, dat God ons reeds zijn vriendschap geeft. Als we God als onze vriend rekenen, werken we graag mee aan zijn droom, een wereld waar weer geloof is en waar mensen het goed hebben bij elkaar. Want christenen kijken anders naar de wereld en naar de mensen rondom hen, omdat hun ogen een spiegel zijn van de vriendschap van God.
Donker zijn nog de dagen maar we hopen op het licht dat komt. Een fijne start van de advent.
Lucrèce Ongenaert
parochieassistent