Met de ouders en kinderen van het eerste jaar gaan we op weg naar Betlehem. We hoefden niet te boeken bij een reisbureau. We mogen luisteren naar het Godly Playverhaal over de Advent. Pastor Mariette laat ieder van ons een figuur uit het verhaal kiezen om zo gaandeweg het verhaal tastbaar te maken. Wanneer onze gekozen figuur aan bod komt, leggen we die op het paarse doek.
Op de eerste zondag van de Advent gaan we op weg met de profeten. Zij wijzen de weg naar Betlehem. ‘Profeten zijn mensen die zo dicht bij God komen, en God komt zo dicht bij hen, dat zij weten wat het belangrijkst is.’ De eerste kaars wordt aangestoken.
Op de tweede zondag van de Advent maken Maria en Jozef met hun ezel de reis naar Betlehem.
‘Maria zou bijna een baby krijgen. Het is erg lastig om ver te lopen als je bijna een kindje gaat krijgen. Daarom reed ze soms op de ezel.’ De tweede kaars wordt aangestoken.
Op de derde zondag van de Advent wordt de roze kaars aangestoken, de kaars van de vreugde.
‘De herders waren in de velden rond Betlehem en waakten bij hun schapen. … Plotseling was er zo veel licht aan de hemel boven hen dat hun ogen er pijn van deden. Ze waren bang. …
De engelen zongen: “Wees niet bang. We brengen een boodschap van grote vreugde. Er is een Kind geboren. Ga. Haast je. Ren naar Betlehem om het Kind te zien te zien dat alles zal veranderen.’
Op de vierde zondag van de Advent komen de drie koningen, de drie Wijzen uit het Oosten. Zij volgden een ster, die zij nog nooit eerder gezien hadden op weg naar Betlehem.
De vierde kaars wordt aangestoken.
Met Kerstmis verandert de paarse kleur in wit. Het Christuskind is geboren.
‘De oude os is misschien wel het meest verbaasd wanneer hij merkt dat een baby in zijn voerbak ligt. Het enige wat die oude os kon doen was kijken en blijven kijken met zijn grote, bruine ogen naar die baby.’
Wanneer het verhaal verteld is, volgt het moment van verwondering.
Op weg naar Betlehem mogen we ons blijven verwonderen over het mysterie van Kerstmis!
Pastor Chris