“Waar het hart van vol is, loopt de mond van over”. Aan deze uitdrukking moest ik denken op de terugweg naar huis na het interview. Een heel warme, hartelijke en spirituele dame mocht ik ontmoeten voor de ‘Even voorstellen’ van deze week: Christiane Hoffmann.
Naar goede gewoonte starten we met de vraag: is u een geboren Brusselaar of een inwijkeling zoals zovele Vlamingen in Brussel?
Christiane Hoffmann: ik ben noch Vlaming, noch Belg want ik kom uit (het Groothertogdom) Luxemburg maar ik leefde ongeveer 25 jaar in Rotselaar bij Aarschot. Ik ben met pensioen en doe al meerdere jaren vrijwilligerswerk voor de communicatie en de interreligieuze dialoog, en van daaruit ben ik ook in contact met Dimanche (het weekblad van de Franstalige Katholieke Kerk).
In Luxemburg was ik lerares Frans. Dat was naast het Luxemburgs en Duits mijn derde taal. Luxemburgse kinderen hebben het moeilijk met het Frans (een ander taalsysteem), maar later geeft het hun de kans om relatief gemakkelijker naar andere talen over te gaan. Maar ik heb ook Nederlands geleerd [CH1] [CH2] en ik vind het heel fijn hier in Brussel ook in een Nederlandstalige gemeenschap terecht te komen. En in de loop van de maanden dat ik deelneem aan de vieringen, groeien er diepgaandere contacten.
Hoe bent u in Evere terechtgekomen?
CH: door twee vriendinnen die in Evere in een rusthuis verblijven. Ik wil hen regelmatig bezoeken en daarom ben ik dichtbij komen wonen.
Welke studies heeft u gevolgd?
CH: mijn opleiding en werk is altijd Franstalig geweest. Van 1995 tot 1999 heb ik in Brussel voor Tractebel gewerkt als secretaresse (een engineering- en consultancybureau voor energie, water en infrastructuur). Maar ik ben niet technisch aangelegd, talen is meer mijn ding.
Ongeveer 20 jaar heb ik in het prachtige Hageland gewoond, heel landelijk dus. Ik ben blij dat ik hier in deze wijk in Evere een woonst heb gevonden omdat het heel rustig wonen is. En hier heb ik ontdekt hoe handig het openbaar vervoer in Brussel is. In het begin was het een beetje verwarrend voor iemand die 20 jaar in een landelijke omgeving leefde. Aangezien ik elke dag naar de mis ga om mijn ziel te voeden, kom ik zowel in Epifanie, Onze Lieve Vrouw Onbevlekt, Woluwe Kapel en Saint Michel. Ik vind het fijn om in verschillende realiteiten terecht te komen zoals bijvoorbeeld de Jezuïeten en hun spiritualiteit maar ik voed mij vooral in de Focolarebeweging.
Hoe is u met Focolare in contact gekomen?
CH: als jong meisje kwam ik al in de jaren zeventig in contact met Focolare maar dat was gedurende 7 à 8 jaar nog op een zekere afstand. Ik studeerde aan de universiteit van Straatsburg en ik ben teruggekomen met een roeping in mijn hart: God volgen in Focolare, het huis van Nazareth als model. En nieuwe weg in de Kerk, midden in de maatschappij. Het is heel fijn actief te zijn in een beweging waar zowel gehuwden, priesters, jongeren en ouderen allemaal samen op weg zijn.
En waarvoor staat die Focolarebeweging?
CH: Het gaat erom een bijdrage te leveren aan de grote missie van de Kerk, “Dat allen mogen één zijn “(het gebed van Jezus aan de Vader, Joh 17,21). De universele broederlijkheid, in de geest van de encycliek ‘Fratelli Tutti’ van paus Franciscus. En dat staat open voor iedereen, leek, gehuwd, jong en oud. Terwijl de Tweede Wereldoorlog volop woedt, brengt de ontdekking dat God Liefde is voor Chiara Lubich (1920-2008, Trente, Noord-Italië) en haar vriendinnen een totale ommekeer in hun leven. Ze vinden in het evangelie een onuitputtelijke inspiratiebron om Gods liefde te beantwoorden, en zo Christus in hun te laten groeien. Een aantal zinnen worden de pijlers van dit “nieuwe” leven in gemeenschap: “Alles wat je voor de minste van mijn broeders hebt gedaan, heb je voor mij gedaan” (Mt 25,40), “Want waar er twee of drie in mijn naam bijeen zijn, daar ben Ik in hun midden” (Mt 18,20), Chiara ontdekt in de gekruisigde en verlaten Jezus de grootste maat van liefde, de maat die alle verdeeldheid kan herstellen. Een nieuwe weg tekent zich af voor Kerk en samenleving. Een cultuur van geven en delen. Met de tijd, onder de impulsen van de H. Geest, ontstaat de interreligieuze dialoog en een spiritualiteit van gemeenschap waar de naaste de weg is naar God.
De grootste uitdaging voor de Focolarebeweging komt er na het overlijden van de stichteres in 2008. Maar de beweging houdt goed stand. De structuur, activiteiten en doelstellingen blijven dezelfde en zijn al lang door de Kerk erkend. Maar wat wil God ons vandaag zeggen? De impulsen, schriften en toespraken van de stichteres, haar leven blijven heel belangrijk maar we kunnen die teksten zo niet meer letterlijk en integraal gebruiken. Zo zijn er nieuwe projecten ontstaan, bijv. ‘Dialogue4All’ en ‘Give Peace a Hand’ 2023-2024 voor tieners.
De spiritualiteit van Eenheid: eenheid met God in persoonlijk gebed, in groepsgebed en groepsmeditatie, én in de eucharistie. De belangrijkste doelstelling komt uit het gebed van Jezus zoals in de Bijbel staat in Mattheus 18,20: ‘waar twee of meer samen zijn in mijn naam, ben ik in hun midden’. Dat is onze manier om Jezus naar de mensen te brengen, in zekere zin het mogelijk maken dat de andere het Licht, de Vreugde, de aanwezigheid van Jezus kan ervaren. Wij zoeken de mens op. Er is een cultuur van dialoog gegroeid ook met christenen van andere kerken en met andere godsdiensten en met mensen die niet godsdienstig zijn.
Hoe vertaalt zich dat voor u in de praktijk?
CH: Ik heb dus 40 jaar in een Focolare-gemeenschap geleefd, en nu blijf ik daarmee steeds verbonden maar om gezondheidsredenen leef ik alleen. In december heb ik meegewerkt aan een avond ‘Op weg naar Vrede’ waar moslims een avond rond Kerstmis samen met christenen beleefden, om de christelijke betekenis van dit grote feest beter te leren kennen. Het ging dus echt niet om bekeren, maar om elkaar te aanvaarden in het respectievelijk geloof. Want in essentie zijn wij allen kinderen van eenzelfde God. De activiteit ging door in de Europakapel. Door een toevallige ontmoeting was ik in contact gekomen met de verantwoordelijke van Fedactio, een koepelorganisatie met als doel de dialoog tussen verschillende gemeenschappen te bevorderen ongeacht de achtergrond van iedereen. Het was een Turkse moslima die heel actief was op interreligieus vlak. Zo kwam de vraag uit de Turkse gemeenschap maar waren er een zevental organisaties bij betrokken. We werden ook door het Vicariaat ondersteund.
Dat vraagt zeker heel veel voorbereiding en ook in verschillende talen?
CH: als Focolarebeweging, met als doel de eenheid, is het voor ons heel gewoon om te vertalen, omdat we mensen willen bijeen brengen. Ik heb vroeger zelf veel simultaan vertaald. Nu ben ik meer voor de website aan het werk en voor de communicatie. Ik maak deel uit van een team dat contacten onderhoudt met de katholieke Nederlandstalige en Franstalige pers.
We zien onze inzet als een nieuwe evangelisatie. Iedere maand publiceren we ‘Woord van Leven’, in het Nederlands, Frans en Duits met telkens een eenvoudige exegese want ook voor mensen zonder opleiding is het belangrijk om de bijbel te begrijpen en te kunnen in praktijk brengen. Dat wordt aangevuld met een kleine getuigenis én de agenda met onze activiteiten.
In Rotselaar (waar ons nationaal Centrum Eenheid is) zijn we ook in de parochie actief op verschillende niveaus zoals het koor, de catechese maar ook gewoon de kerk open en dicht doen. Zo zijn we er dankzij een groeiproces in geslaagd om ook een kleine bijdrage te leveren aan de lokale christelijke gemeenschap.
Ik nam ook deel aan groepen die samenkomen rond het Woord en daarover ook samen delen om zo tot een synodaal proces te komen. Het viel mij toen op dat de Franstaligen veel opener zijn dan de Germaanse culturen. Omdat we mekaar niet kenden, stelden we ons voor en iedereen deelde echt iets persoonlijk mee.
Er bestaan in België momenteel zo’n twintigtal groepen die maandelijks samen komen rond het Woord.¨ Hier kan je de tekst vinden : https://www.focolare.org/belgium/nl/news/category/woord-van-leven/
Er bestaan ook verschillende digitale versies: audio, stripverhaal, video …
Hoe ervaar je het contact met onze Nederlandstalige gemeenschap die in Brussel toch vrij klein is?
CH: die is heel mooi en wordt echt gewaardeerd. Wat ik belangrijk vind is dat we mekaar kunnen ontmoeten en het gemeenschapsleven meer leren kennen door iets eenvoudigs als een glaasje aanbieden na de gemeenschapsvieringen. Ook het uitnodigen tot het maken van een grote open kring bij het bidden van het Onze Vader vind ik heel mooi.
Op Kerstmis nam ik deel aan de Franstalige viering in de kerk van de Heilige Familie in Woluwe (daar is mijn Focolare-gemeenschap). Er waren mensen van alle generaties en de viering werd opgeluisterd door een koor én orkest. De kerk zat propvol en op het einde was er mogelijkheid om de kerstwensen in verschillende talen uit te wisselen. Zo ontstaan meer banden onder de aanwezigen.
Hoe ziet u de toekomst?
CH: ik droom wel eens van een Kerstviering aangepast voor jongeren om middernacht in de Ardennen (of dichter bij, in een abdij bijvoorbeeld) waar we de essentiële waarden kunnen meegeven op een manier dat ook jongeren zich aangesproken voelen. In 2012 hadden we met Focolare een project waarbij we naar de scholen zijn gegaan en we workshops organiseerden rond korte thema’s zoals ‘Don’t stop’ en ‘Be the first’ om als eerste de stap te zetten om te helpen op welk vlak ook. De twee spektakels gingen door in Tour en Taxis en dat vroeg een enorme voorbereiding maar wat zo mooi was: de jongeren die er bij betrokken waren namen zelf het initiatief om er mee door te gaan!
Ieder jaar organiseren we in Rotselaar ook een meerdaagse zomeractiviteit ‘Mariapolis’ waar de hele familie, jong en oud, mensen van verschillende culturen en overtuigingen samenkomen, enkele dagen van rust en herbronning. Een initiatief van onze stichteres dat nog altijd voortleeft. Daar zullen we het thema van dit jaar ‘verdiepen’ (de missie) en het staat open voor alle leeftijden.
Beste Christiane, hartelijk dank voor alle informatie, veel succes ook met jullie initiatieven en hou ons zeker verder op de hoogte van de vele boeiende activiteiten van de Focolarebeweging
Ria V.A.