Op zondag 4 augustus werd de concertmis opgeluisterd door het duo Annabel Gordon (cello) en Joannes Thuy aan het orgel.
Muzikaal duo
De New Yorkse Annabel volgde haar muziekopleiding aan het befaamde Mannes College of Music in New York. In 1995 stichtte ze het Southampton Chamber Music Festival waar ze gedurende zestien jaar directeur van was. Zo kon ze haar voorliefde voor lesgeven combineren met het geven van concerten, het leiden van workshops, en het uitvoeren van nieuwe compositieopdrachten. Zij trad ook op als soliste in kamermuziekensembles in de meest gerenommeerde concertzalen in New York, zoals de bekende Town Hall.
Joannes Thuy studeerde aan het Lemmensinstituut in Leuven en behaalde tevens het einddiploma bachelor of Carillon Music aan de Hogeschool voor de kunsten in Utrecht. Hij is master in de Musicology en Psychology of Music (UCLA, USA). Sinds 1968 is hij organist-titularis van de Carolus Borromeuskerk in Antwerpen. Hij werkte meerdere jaren als muziektherapeut in de psychiatrische klinieken van Venray (NL) en Sint-Niklaas. Bij de Belgische Radio & TV was hij sinds 1974 senior producer in de muziek. Samen hebben Annabel en Joannes sinds 2013 een veelzijdig repertoire opgebouwd tijdens hun optredens in onder meer het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en België. Annabel maakt met haar cello graag arrangementen van goed in het gehoor liggende muziekstukken die oorspronkelijk niet voor de cello geschreven zijn. En Joannes gaat daar graag in mee. Volgens Annabel benadert de cello met zijn warme klank goed de menselijke stem.
Belgische componisten
Tijdens de intrede beluisterden we Adoration, een werk van Jacques-Nicolas Lemmens. Geboren in Zoerle-Parwijs was Lemmens (1823-1881) een Belgisch componist, organist en muziekpedagoog. Hij was de eerste directeur van de School voor Godsdienstige Muziek die later naar hem vernoemd werd als het Lemmensinstituut. In 1939 ging hij naar het Koninklijk Conservatorium in Brussel waar hij piano studeerde. Hij speelde op het orgel van de kerk in zijn geboortedorp en later in de Sint-Sulpitiuskerk in Diest. In 1846 kreeg hij van de Belgische overheid een studiebeurs om in Breslau – toen nog in Duitsland gelegen – de klassieke Duitse orgeltraditie van Johann Sebastian Bach te bestuderen. Tussen de beide lezingen in speelde Joannes Thuy op het orgel Prière Religioso van Louis Maes (1850-1906), eveneens een Belgische componist en organist. Hij was een leerling van Jacques-Nicolas Lemmens en werd rond 1874 de eerste orgelleraar in het Stedelijk Conservatorium van Brugge.
Tijdens de offerande luisterden we naar een Ave Maria van Jef 'Emiel-Jozef' Tinel (1885-1972), een Vlaamse componist, dirigent en organist, en een actieve muziekpedagoog. Zijn muziek stond ten dienste van de Kerk en de Vlaamse Beweging. Tinel hechtte als pedagoog veel belang aan de rol van het lied in het muziekonderwijs. In 1944 werd hij gedurende 13 maanden geïnterneerd omdat hij kapelmeester geweest was van het Verdinaso. In 1953 werd hij van alle schuld gezuiverd. Hij had zich inmiddels in Gent gevestigd waar hij het orgel van de Augustijnen bespeelde en als jurylid in verschillende koortoernooien zetelde. Hij dirigeerde op de Vlaams Nationale Zangfeesten, op liederenavonden en op de IJzerbedevaarten.
César Franck en Peter Benoit
Onder de communie-uitreiking speelde het duo een Pastorale van César Franck (1822-1890). In zijn geboortestad Luik volgde hij vanaf zijn achtste jaar lessen aan het conservatorium en won er in 1834 de eerste prijs notenleer en piano. Toen hij dertien jaar was, verhuisde het gezin Franck naar Parijs waar hij leerling werd van Antoine Reicha. Hij behaalde er een eerste prijs voor contrapunt en piano. Franck componeerde al veel in die tijd. In 1843 publiceerde hij drie trio’s voor piano, viool en cello. Hij begon toen ook aan zijn eerste compositie in grote stijl, namelijk het oratorium Ruth dat in 1845 voltooid werd. Als tweede werk tijdens de communie hoorden we L’angélus du soir, opus 22 van Peter Benoit (1834-1901). Hij werd geboren in Harelbeke en studeerde in 1851 aan het, wat cultuur en taal betreft, zeer Frans georiënteerd Koninklijk Conservatorium in Brussel. In 1862 verhuisde hij naar Parijs waar hij dirigent werd van het door Jacques Offenbach geleide ‘Théâtre des Bouffes Parisiens’. Een jaar later nam hij reeds ontslag en vestigde zich in Sint-Joost-ten-Node nabij Brussel. Met de creatie in 1866 van zijn profaan oratorium Lucifer werd hij op slag bekend. In 1890 stichtte hij het Nederlands Lyrisch Toneel in Antwerpen dat in 1893 omgedoopt werd tot de Vlaamse Opera.
Babbelborrel na de zegen
Na de zegen speelden Annabel en Joannes een Aria uit de Sonata in G van Flor Peeters (1903-1986). Geboren in Tielen was Peeters van 1931-1948 orgelleraar aan het Conservatorium van Gent en van 1948 tot 1968 aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium in Antwerpen waar hij tevens directeur was van 1952 tot 1968. Op 28 juni 1934 werd hij gevraagd het orgel te bespelen tijdens het doopsel van Koning Albert II in de Sint-Jacobskerk in Brussel. De orgelist rondde de concertmis af met een Sorite en Sol van Jehan de Montber (1870-1934). Na een stevig applaus togen we allemaal naar het inkomportaal om het door bereidwillige parochianen ingeschonken glas wijn in ontvangst te nemen, waar we aan nipten tijdens een gezellige babbel met onze medeparochianen.
Marjo Perry
De concertmissen zijn een organisatie van de kerkraad van Pius X in samenwerking met het Artiestenfonds vzw, Antwerpen.