Arme weduwen
nauwelijks nog in staat
om voor zichzelf te zorgen:
zij geven wat ze hebben;
ze geven alles wat ze nodig hebben
om te kunnen blijven leven.
In woord en in daad worden ze beloond.
Hun delen is hun grote rijkdom.
Ze worden door God gezien,
omdat ze zijn Boodschap,
zonder opzien te baren,
met hart en ziel verstaan.
Ze leven nóg: deze mensen.
Midden onder ons zijn er ook,
die weten dat leven delen is.
Ze zoeken niet naar aanzien.
In alle eenvoud geven ze van hun brood,
van hun inspiratie en van hun geloven.
Ze laten zich nergens op voorstaan.
In alle eenvoud geven ze handen en voeten
aan de Blijde Boodschap.
Ze krijgen geen vermelding
in het Book of Records;
wél in het boek van het Leven.