Bijna drie jaar terug mochten we in de pastorale eenheid Anderlecht Peter Baekelmans verwelkomen. Peter werd toen een nieuw gezicht in Anderlecht maar ondertussen is Peter reeds zowat in alle kerken van onze Paulusgemeenschappen voorgegaan. Drie jaar terug stelden we hem reeds voor in de editie Anderlecht van K&L. We willen dat artikel nog eens hernemen zodat ook de lezers uit de andere gemeenschappen hem wat beter leren kennen.
Peter is pater Scheutist en sinds drie jaar terug uit Rome en woont in het Missiehuis van Scheut in Anderlecht. Hij kwam de pastoresploeg van het toenmalige samenwerkingsverband (pastorale eenheden Anderlecht, Brussel Centrum en Aleidis) vervoegen en we waren daar heel blij mee. We laten hem graag aan het woord over zijn werk als missionaris in Rome en Japan en hoe hij denkt over het missionair aspect van ons geloof.
Even situeren wie Peter is
Peter deed zijn secundaire studies in het Sint-Michielscollege van de Norbertijnen in Brasschaat. Vanuit zijn brede interesse in religie, psychologie, filosofie trok hij naar Lugano in Zwitserland bij de Joodse leermeester Henri Van Praag. Na zijn legerdienst ging hij theologie studeren in Leuven. Het verlangen naar een godgewijd leven groeide en na een bezoek aan Taizé in Frankrijk nam hij de beslissing om bij Scheut in te treden. Van een oom Scheutist wist hij hoe deze congregatie open staat voor andere culturen en religies. Peter werd naar Japan gezonden waar hij theologie studeerde en zich verdiepte in het boeddhisme en shintoïsme. Na zijn wijding en een jaar parochiewerk doctoreerde hij over mystieke rituelen. Daarna gaf hij les aan diverse universiteiten tot een sabbatperiode hem naar Leuven bracht waar hij gastprofessor is voor boeddhisme, hindoeïsme en oosterse religies. Hij was ook verbonden aan de Universitaire parochie en drie jaar pastoor in Oud-Heverlee op vier parochies. Vanaf 2015 was hij in Rome werkzaam om een reflectiegroep op te zetten rond missie. Sinds begin september verblijft hij terug in België, in het Missiehuis van Scheut hier in Anderlecht.
Boedhisten en God
Het gesprek start bij onze relatie als christen met het boeddhisme. ‘Als christenen spreken we vooral over de God die we kunnen kennen en zij over de God die we niet kunnen kennen’, vertelt Peter. ‘We vergeten daarbij dat onze basistheologie zegt dat we God niet helemaal kunnen kennen. Bij de moslims zijn er de 99 namen van God, de honderdste is nog niet gegeven. Ik heb er geleerd dat we ook het stuk ongekende moeten leren respecteren.Schillebeeckx en andere katholieke theologen hadden het over God die heel dicht met ons is maar dat is het persoonlijk aspect van God en het onpersoonlijke van God is dat we Hem niet helemaal kunnen kennen. Voor heel wat Boeddhisten is er wel een God: Boeddha zei nooit dat er geen God is. Sommigen zeggen dat ze geen God hebben om vanuit een wervend karakter te zeggen: ‘kom maar bij ons, bij ons is er geen God’. Men heeft het er wel moeilijk mee dat er één God is en dat die dan de Schepper is. Ze hebben wel degelijk een theologie maar het is de vraag: hoe kunnen wij als christenen hun theologie begrijpen?’
Sedosmission
‘In Rome werd ik directeur van Service of Documentation and Study of Global Mission. Dat is een dienst aan de missionaire congregaties. Ze begonnen ooit met negen en nu is het een netwerk van 84 verschillende congregaties. Daar heb ik de laatste zes jaren mogen voor werken. Met hen heb ik een colloquium rond missie georganiseerd online. Met een vijftal hebben we dan gekeken welke besluiten er uit voort kwamen. Vroeger bij een eerste colloquium was dat Dialoog en Ontwikkeling met een nadruk op het laatste. Naar de missies gaan was toen naar de mensen gaan om hen tot ontwikkeling te brengen. Het aspect van dialoog werd sterker en sterker en vandaag wordt missie bijna helemaal als dialoog gezien. Vandaar onze synodaliteit: ook binnen onze Kerk moeten we in dialoog zijn.’ Toen ik directeur van Sedos was, mocht ik meegaan met een delegatie van het Vatikaan naar Tanzanië voor een World Conference on Mission, georganiseerd door protestanten. Wat me opviel is dat het bij hen vooral gaat over verkondiging van het evangelie en bij ons katholieken, vooral over missie, goed werk gaan doen bij mensen waar ze het nodig hebben. Het komt er op aan een goede balans te vinden: zij om naast het evangeliseren ook wat te doen voor de mensen en bij ons mogen we niet vergeten om Christus te betrekken bij wat we doen. We moeten geen Sint-Niklaas spelen, want als het speelgoed op is, dan is het gedaan.
Wat is essentieel voor de missie?
‘De vier fundamenten van missie zijn de Schrift, de ervaring, de heilige Geest en de schreeuw van de wereld. Maar dat is van alle tijden. De diepere basis is de ‘Missio Dei’, dat is eerder een recent iets. Missie start in de Geest (of het hart) van God. Dat wordt nu erg benadrukt. Maar wat is dan nieuw dat opkwam? Daaruit kwamen vier thema’s met elk twee aspecten.Het eerste is Synodaliteit en Gemeenschap waartoe paus Franciscus ook toe oproept. De congregaties willen bijvoorbeeld meer verbonden zijn met elkaar.Het tweede was de Waardigheid en de Vervulling. Je moet dus werken aan de mens, niet alleen om hem christen te maken maar om zijn waardigheid echt te respecteren en mee maken dat de mensen gelukkig worden.Een derde thema is de Band met Christus en getuigen van spiritualiteit. Velen zien missie als een sociaal werk en ze vergeten het religieus aspect. Als je werk mensen niet met Christus verbindt, wat heb je dan gedaan? Je geeft wel iets maar niet datgene van waaruit je werkt uiteindelijk. Ik zag dat bij mijn confraters in Brazilië waar de jongere confraters meer het geloof terug centraal willen stellen.Het vierde aspect was het geheel proberen te zien en samen te werken.’
Mijn eigenlijk missie
‘Dat is de interreligieuze dialoog. Vanuit het Vaticaan werd me gevraagd om te kijken hoe religieuze congregaties daarmee bezig zijn en ik heb uit elk continent een paar mensen gevraagd om daarover te schrijven vanuit hun ervaringen. Vanuit Europa had ik een zuster van de Medical Mission Sisters gevraagd. Ze hadden van hun bisschop een kerk gekregen waar ze alle Oosterse spiritualiteit mochten geven en vieren zonder dat het een parochiekerk was. Hier aan de Universitaire Parochie in Leuven gaf ik ook yoga en meditatie in de kerk. De energie die je daar voelt vergemakkelijkt alles.’
Missionaire aspect vandaag
‘Met Vaticanum II is missie open getrokken naar alle mensen en daarmee is het specifieke van missionaris zijn wat weg. We zetten zowat een lijn en daarop is de missionaris het extreme van wat een gewone gelovige ook moet doen. Het mooie aan missie is dat het niet alleen op een ander maar ook hier te doen is. Maar hoe dan? Als we te weinig aan diaconie doen dan betekent dat het missionaire aspect niet goed werkt. Missie is voor mij nu: buiten de kerk gaan. Alles wat je buiten de kerk doet in de naam van God.In Japan startten confraters met een soort van basisgemeenschappen. Ze hebben de parochie in wijken opgedeeld en één keer per maand is er een activiteit en daaraan de eucharistie gekoppeld als afsluiting ervan met daarna een kleine maaltijd. Op andere plekken gebeurde het bij iemand aan huis. We hebben de mensen hier misschien wat verwend met teveel vieringen en zo is men niet meer gewend om samen te komen, los van een eucharistie, om te bidden en uit te wisselen.’
Scheut in België‘
Het Generaal bestuur nam het initiatief om hier op Scheut een internationale gemeenschap te starten. Er zijn twee nieuwe jongeren, een Haïtiaan en iemand van de Centraal Afrikaanse Republiek en zij zullen in Mechelen met een nieuw pastoraal project starten. Eentje met aandacht voor de vluchtelingen en de andere voor ecologie. De taal van hier leren is dan heel belangrijk. Ze krijgen daar een jaar voor om de grammatica onder de knie te krijgen.
In Leuven werkte ik mee aan bijeenkomsten met andere religies en ook bij het Huis van de Mens. In Indonesië bevordert de overheid het samenkomen in een platform van de verschillende religies. Om daar dan problemen te bespreken en niet op de straat. Hier voelen we die nood. Het lijkt dan eerder een luxueuze bedoening waarin tijd en geld worden gestoken. Maar het is echt nodig om met elkaar te blijven praten. Ook dat is missie. Voor sommigen is het dan een vraag of missie en dialoog samen kunnen gaan. Want dialoog is zogezegd het teniet doen van de missie. Maar in dialoog kan je niet alleen maar over je eigen spreken. Het is ook nu in deze tijd, dialoog met de niet-gelovigen. Hoe doe je dat? We mogen ze niet ontwijken maar ook niet overdonderen.In onze context is missie er al eerst durven voor uitkomen dat je christen bent. Durven een kruis te maken voor het eten. Ik denk dat we naar een nieuwe wereld gaan waar het wel mogelijk wordt. We zitten zo wat in een overgang.’
Dat laatste kunnen we alleen maar beamen: laten zien dat we christen zijn. Hoe doe ik dat?
Hartelijk dank Peter om ons dit mee te geven!
Pastor Guido