Opnieuw gaan we wat verder met onze rondgang doorheen het kerkgebouw. Vandaag staan we stil bij de ambo, het evangelieboek en de preekstoel.
Naast het altaar staat in het koorgedeelte van de kerk nog een ander belangrijk liturgisch meubilair opgesteld: de ambo. Ambo betekent letterlijk vertaald 'verhoogde plaats'. Het woord Gods werd in de Bijbel immers vaak gesproken vanop een berg, zoals bijvoorbeeld God die zijn tien geboden aan het volk geeft vanaf de Sinaï-berg, of denk maar aan de Bergrede van Jezus, waar Jezus de menigte eveneens toesprak vanop een berg. De ambo is de plek waar het Woord Gods wordt voorgelezen. Want naast de tafeldienst, die aan het altaar gebeurt, is er immers ook een woorddienst, die aan de ambo plaatsvindt. Het zijn de twee grote delen van de eucharistie. De ambo en het altaar zijn dan ook de twee centrale plaatsen waar de eucharistieviering gebeurt. We mogen zeggen dat Jezus niet enkel aanwezig komt in het brood en de wijn op het altaar maar heel zeker ook in het Woord dat voorgelezen wordt aan de ambo. Naast ambo en altaar neemt trouwens ook de zetel van de voorganger een belangrijke plaats in. Daar gebeurt de opening van de dienst en het slot van de dienst. De voorgangerszetel is de derde belangrijke plek in de altaarruimte.
Gezien de ambo de plaats is voor de verkondiging van het Woord Gods, moet deze ambo dan ook mooi versierd zijn, eigenlijk even mooi als het altaar! Caesarius van Arles, een belangrijke christelijke geleerde uit de eerste eeuwen van de kerkgeschiedenis, zei ooit dat het onaandachtig beluisteren van het woord van God even erg is als een hostie laten vallen! Dit duidt er dus op dat wat er aan de ambo gebeurt even belangrijk is als datgene wat aan het altaar gebeurt. De woorddienst is dus geen ‘opwarmertje’ voor de tafeldienst, maar is minstens even belangrijk!
Welk woord weerklinkt vanaf die ambo? Het woord zoals dat opgetekend staat in de Bijbel. Dit is een fragment uit het Oude Testament, de Handelingen van de Apostelen of het Boek der Openbaring (Apocalyps) tijdens de eerste lezing, de psalm als antwoordzang na de eerste lezing, een fragment uit de brieven van Paulus tijdens de tweede lezing en een fragment uit één van de vier evangelies tijdens de evangelielezing. Dit laatste is in de woorddienst het hoogtepunt. Daarom gaan we ook staan tijdens de voorlezing ervan, uit respect voor het Woord Gods. Als christenen geloven we trouwens ook dat Jezus aanwezig is in dat Woord. We luisteren naar het evangeliewoord, alsof het Jezus zelf is die daar tot ons spreekt. Vandaar dat het lezen uit het evangelie op sommige plaatsen soms ook gepaard gaat met wierook, brandende kaarsen en het zingen van een refrein terwijl het boek getoond wordt. Meestal wordt het evangelieboek, dat bovendien vaak een mooi versierd groot boek is, ook op een mooie standaard geplaatst wanneer er niet uit voorgelezen wordt, en wordt het plechtig mee naar binnen gedragen bij het begin van de viering. Ook dan gaan de mensen staan, opnieuw uit respect voor dit boek, en vooral voor Jezus die we in dit boek mogen herkennen.
Na de voorlezing uit het evangelie geeft de priester meestal een korte uitleg, wat men de preek of beter nog ‘homilie’ noemt. Het woord ‘homilie’ komt van het Griekse ‘homilein’ en betekent ‘vertrouwelijk met iemand spreken’. Het evangelie is een boek dat reeds tweeduizend jaar geleden geschreven werd, in een andere tijd, in een andere cultuur, en het is daarom belangrijk om er een woordje uitleg bij te geven, en vooral om te helpen inzien dat dit verhaal van toen ook voor ons mensen vandaag nog heel veel betekenis heeft! Het is een boek van toen voor mensen van nu. Dat is wat de priester wil aantonen in zijn homilie. Het gaat dus vooral om het actualiseren van de Blijde Boodschap (letterlijke vertaling van het woord ‘evangelie’) voor mensen van deze tijd.
Vroeger gebeurde dit vanop de preekstoel, die je in de meeste kerken nog steeds terugvindt. Deze preekstoel, soms ook wel ‘kansel’ genoemd, kwam vooral in voege in de 16e en 17e eeuw ten gevolge van een voorschrift van het Concilie van Trente (1545-1563) dat aan de preek meer aandacht diende te worden besteed. Die preekstoel stond vooraan of midden in het schip van de kerk. Vaak was er ook een afdakje boven die preekstoel. Dit afdak dient als een soort klankbord. Vroeger waren er immers nog geen micro's, en de priester moest luid praten opdat de gelovigen zouden kunnen horen wat hij zei. Vandaar dat de preekstoel ook temidden de kerk stond. Ook is de preekstoel vaak mooi versierd, wat voor de gelovigen vaak een visuele catechese was. Tegenwoordig wordt de preekstoel op de meeste plaatsen niet meer gebruikt, en dit onder invloed van het Tweede Vaticaans Concilie. De homilie wordt tegenwoordig eveneens aan de ambo gehouden. In sommige protestantse denominaties, zoals bijvoorbeeld The Church of England, wordt ze echter wel nog gebruikt.
pastor Gino
(wordt vervolgd)