Jezus verwacht dat wij de barmhartigheid van God tot de onze maken.
Hoe vaak is ons gezegd dat we voor het rode verkeerslicht moeten blijven staan en dat we bij het groene verkeerslicht doorgang hebben? In de kleuterschool al worden er liedjes over gezongen. Volwassenen die niet gedronken hebben, leven die regels spontaan na. Zij hebben die regels die worden opgelegd, opgenomen en tot hun eigen regels gemaakt.
Wij hoorden Jezus een mooi verhaal vertellen over de kwijtschelding van schulden. De man die een heel grote schuld niet moest betalen, eiste wel van iemand een anders een kleinere schuld terug. Jezus gaat daarmee niet akkoord.
Jezus zegt in de laatste zin waarover het gaat: je moet worden zeoals de Vader. Dat wil zeggen dat wij de liefde van God niet enkel moeten kennen en geloven, maar ook dat we ze moeten opnemen en tot onze liefde maken.
God geeft ons duizend kansen om opnieuw te beginnen. Hij vergeeft ons altijd weer. Dat is goed voor ons. Maar het moet ons aanspreken om zelf barmhartige mensen te worden, om zelf te veranderen, om zelf duizend kansen te geven en telkens opnieuw te vergeven.
Veel regels hebben wij ons eigen gemaakt en beleven wij zonder problemen. Zo zou dat ook met Gods liefde moeten zijn: niet enkel weten en kennen maar tot de onze maken. Dat is geloven.