De titel doet misschien denken aan stevige wandelschoenen, een rugzak en een flinke portie wandelgoesting. Dat was het dus niet. Ouders en kinderen die daarop rekenden kwamen bedrogen uit.
Wat was het dan wel?
Op drie verschillende momenten, in drie kerken van onze Pastorale Eenheid nodigden we de vormelingen met een tochtgenoot uit om samen op ontdekking te gaan. De keuze van het moment, de plaats en de tochtgenoot lag volledig bij onze vormelingen en hun ouders.
Dankzij de diensten van het bisdom konden we materiaal ontlenen dat in de kerken verspreid werd opgesteld. Het werd een zoektocht door de kerk met een tochtgenoot, een ouder, grootouder, peter of meter waarin werd haltgehouden bij zeven 'ankerplaatsen'. Zeven plaatsen om even stil te staan bij levens- en geloofsmomenten: geboorte, doopsel, zalven, handen, tafel, toekomst en kruis. Bij elke ankerplaats gingen de vormeling en hun tochtgenoot met elkaar in gesprek over geloof met als leidraad een werkboekje met tekstjes, vragen en opdrachtjes.
Het Vormsel is immers zo een moment om bij stil te staan. Een moment om eens terug te kijken naar wat achter ons ligt, maar vooral om vooruit te kijken, de toekomst tegemoet. Het was een sereen gebeuren.
In een rustige kerkomgeving zagen we ouders, grootouders, peters of meters met hun vormeling spreken over hun doopsel of hun eerste communie, over hun dromen over de toekomst, om te eindigen met een gebed en het aansteken van een kaarsje bij het kruis.
Luc Beeldens