1. Praalgraf
van Joos de Joigny (+ 1504) en Josine de Rokeghem (+ 1498)
De mannenfiguur Joos de Joigny is voorgesteld in wapenrok met aan de voeten een liggende leeuw, symbool van moed.
De vrouwenfiguur Josine de Rokeghem draagt een kapvormig hoofddeksel en een wijde mantel met Franse Leliemotieven aan de sluiting. Aan het voeteinde is een liggende hond uitgebeeld, symbool van echtelijke trouw.
Joos De Joigny was Ber van Vlaanderen, Baron van Pamele en Heer van Oudenaarde.
Beide praalgraven bevonden zich tot de restauratie van architect Van Assche +/- 1900 in het koor van de kerk.
2. Wapenbord van Carolys de Locquenghien.
Wapenkabinet gedeeld in 6 spiegels. (Obyt is latijn voor ‘Hij is gestorven’)
- Obyt a° 1574 - Wapenrok van De Joigny (de heer die men diende) dubbel adelaar, helm, ijzeren handschoen en een zwaard. Onder de wapenrok 2 sporen. In de vier hoeken de 4 kwartieren (schilden) Joigny, Halewyn, Rockeghem en Halewyn.
- Obyt a° 1617 - Wapenrok van Locquenghien – Zwarte leeuw
- Enz…
3. H. Theresia Van Lisieux
Onderdeel van 4 beelden uit 1935 door Oscar Sinia (Gent) zie verder in de kerk ook H. Jozef & Heilige Familie & Pieta.
4. Biechtstoel (Barok uit de 17e eeuw)
Dit is het oudste meubel in de Onze-Lieve-Vrouw van Pamelekerk. Vier getorste zuilen omslingerd met wijnrank en laurierblad. Uniek snijwerk. Het paneel uit het deurtje werd gestolen in de 20ste eeuw, maar door de alertheid van de Pamelieters werd het teruggevonden en gerestaureerd.
De biechtstoel bevindt zich op een plaats waar vroeger een poortje was om de doden na de begrafenisliturgie naar het kerkhof te vervoeren.
5. Vijf glasramen in de noordelijke zijbeuk
Een ontwerp van A. Deloore en vervaardigd door H. Mortier van 1958 tot 1960.
Let op het belang van het blauwe en rode coloriet. Deze glasramen hebben net zoals de meeste glasramen in deze kerk geen witte of bleke achtergrond.
- Sint Bavo
- Sint Godelieve
- Sint Macharius in bisschopskledij (leefde rond het jaar 1000). Van deze pestheilige staat tevens een schrijn en een beeld in deze kerk. In Gent is er een Machariuswijk. Deze heilig werd tot voor kort jaarlijks gehuldigd door een processie rond de kerk.
- Sint Barbara
- Joannes Van Upstaele. Pastoor van Pamele ten tijde van de tweede Beeldenstorm in 1572. Hij werd samen met een aantal andere priesters en leken slachtoffer van deze woelige periode. Elders in de kerk hangt een portret van hem.
6. Epitaaf van Guillaume Liedts (1772-1843)
Guillaume Liedts, wijnhandelaar en grootgrondbezitter, was ook lid van het Oudenaardse stadsbestuur.
Tijdens de Franse bezetting in 1798, zorgde hij ervoor dat Pamelekerk niet werd gesloopt, zoals werd beslist, maar gered werd. Als dank kreeg hij zijn graf in het koor van de kerk en dit indrukwekkend grafschrift (Epitaaf), waarop ook zijn echtgenote Maria-Catharina Penninck, dochter van de Baljuw van Munkzwalm en zijn 10 kinderen vermeld staan.
Guillaume Liedts is de grootoom van Charles Liedts, die zijn kasteel en zijn park in 1907 aan de stad Oudenaarde schonk: het Liedtskasteel en het Liedtspark.
Charles Liedts schopte het tot minister van binnenlandse zaken & financiën, en hij legde mee de basis voor de erkenning van de Nederlandse taal.
7. Heilige Jacob Lacop (Neogotisch beeld uit de 19de eeuw)
Afgebeeld met een ladder.
Jacob is een toonbeeld van de zoekende mens die naar waarheid zoekt! Als jongeling noemt men hem Jacobello (Mooie Jacob) vanwege zijn elegante verschijning.
In het jaar 1566, het jaar van de Beeldenstorm, was er grote beroering door de actie van de gereformeerden. Ook Jacob Lacop voelde zich fel aangetrokken door de nieuwe geloofsbenadering. Hij verliet het klooster in Middelburg en schreef een boekje tegen de heiligenverering: ‘Defloratio aureae legendae’. Na een poosje kreeg hij een soort onbehagen, hij verbrandde het boekje en keerde terug naar z’n norbertijnenorde en het katholiek geloof.
Ten slotte hier een citaat over zijn dramatisch einde.
“Enkele Franciscanen uit Gorcum, enkele priesters en ook de Norbertijn Jacob Lacop uit Monster werden gevangen genomen door de watergeuzen. Ze werden samengebracht in Brielle (NL). De protestant Willem van Oranje eiste hun vrijlating maar hij had de watergeuzen nauwelijks in de hand. Na twaalf dagen mishandeling en bespotting werden zij één voor één opgeknoopt in de turfschuur, Jacob Lacop als 16de van de 19 aan de ladder omdat er geen plaats meer was aan de balk. Het was 9 juli 1572.”
8. Altaar in noordelijke kruisbeuk (neogotisch)
Naar een ontwerp van A. Van Assche (1880) die de kerk volledig renoveerde eind 19de eeuw.
Uitspringend altaarblad vooraan rustend op drie rondzuiltjes met kapiteel. Spitsboog nissen in de diepte en op de zijkanten.
Vijf altaarbeelden:
- H. Euphrasia
- H. Remigius voorgesteld in bisschoppelijk ornaat. Zie ook de symbolische duif die een vaasje met zalfolie aanbrengt, nodig voor de doop van Clovis en zijn gevolg.
- Onze-Lieve-Vrouw met Jezuskind.
Het kind draagt een aureool en houdt de wereldbol in de hand. Maria draagt een kroon van lelies en bloemen en een aureool met sterren.
- H. Victor, voorgesteld als krijger.
- H. Coleta, in kloosterhabijt met kruis en gesloten boek.
9. Glasraam ‘De boom van Jesse’ door Auguste Ladon uit Gent (1934)
De boom van Jesse is een Bijbelse benaming voor de nakomelingen van Jesse (ofwel Isaï) waartoe ook Jezus van Nazareth behoort. Vanaf de elfde eeuw komen er voorstellingen op waarin Jesse ligt te rusten of te slapen. Uit zijn borst komt een wortel die zich vertakt tot een grote boom. In de takken van die boom zitten de koningen van Juda verborgen. De top van de boom wordt gevormd door Maria en haar kind Jezus.
10. Kruisweg
Door Frans Coppejans (Gent 1967 - 1947) Olieverf op koper, 14 kruiswegstaties in kooromgang.
Eerste statie: Jezus wordt door Pilatus ter dood veroordeeld.
De twee eerste staties zijn omlijst met Italiaans marmer. Omwille van geld en om ervoor te zorgen dat het opstijgend vocht weg kan, werden dit type van omlijstingen niet meer verder aangebracht. De staties 3 tot 14 hebben een arduinen omlijsting.
Dit werk wordt als een der mooiste kruiswegen uit deze periode aanzien en had bij zijn creatie (periode 1911 tot 1920 rondom WO I) heel veel voor- en tegenstanders.
11. 25 glasramen in de kooromgang door Auguste Ladon uit Gent (1935)
“Uniek aan de Onze-Lieve-Vrouw van Pamelekerk is ook de omgang rondom het Sacrum (Heiligengedeelte - altaarplek) in het koor.“
De middelste glasramen zijn gebaseerd op het Nieuwe testament. Er onder en er boven (waar er 3 glasramen zijn) worden begeleidende voorstellingen uit het Oude Testament getoond. Voor extra info: zie kopijen uit het grote boek van de Provincie Oost -Vlaanderen.
12 Hoofdaltaar (Ontwerp Van Assche).
Bij de restauratie door architect Van Assche in 1882 werd het volledige interieur van de kerk door hem gewijzigd en werd een Neogotisch altaar geplaatst.
Het koperen tabernakel is ingewerkt in het retabel (= liturgisch beeldhouwwerk). In de 12 nissen van het retabel staan 12 beeldjes van de apostelen met hun gebruikelijk attribuut.
Als er geconsacreerde hosties (het lichaam van Christus) in het tabernakel zitten brandt de rode godslamp.
13 Koorgestoelte
Dit is Neogotisch uit de 19de eeuw met spitsbogen zoals in de gotische bouwkunst, met druivenranken, blad- en bloemmotieven. Het houtsnijwerk is uitzonderlijk intens, diep en verfijnd gesneden. Bijzonder meubelwerk!
14. Altaar (Rococo begin 18de eeuw)
Régence salontafel. Met rocaille (C-vorm die lijkt op een schelp) in eikenhout gesneden tafel. Een vrouwenhoofd siert de tafelrand. Verder acanthusbladeren en variaties. Oorspronkelijk was dit een dientafel, voor o.a. banketten. Vermoedelijk gemaakt in het prinsbisdom Luik. In de 18de eeuw werden hier heel mooie meubels gemaakt in de stijl van Louis XV ‘Luikse’ meubels, getypeerd door de zogenaamde bokkenpoten.
Dit zogenaamde ‘Volksaltaar’ werd pas geplaatst in 1969 naar aanleiding van het 2de Vaticaans Concilie. Toen vond een “aggiornamento’(actualisering) plaats in de Katholieke eredienst. Voordien stond de priester bij de ritus altijd met de rug naar het volk gekeerd.
15. Onze-Lieve Vrouw van de Scapulier
Onze-Lieve-Vrouw met Jezuskind. 18de eeuw gepolychromeerd hout in rococo stijl. Maria is gehuld in een wit kleed en donkerblauwe mantel. Sporen van een oudere lichtblauwe verflaag zijn nog zichtbaar onder de huidige beschildering.
16. Doksaal en orgel
Neogotisch tochtportaal met 4 beelden: Matheus met engel, Marcus met leeuw, Lucas met os en Johannes met arend.
Orgel gemaakt door Pierre Schijven (Brussel 1886). Dit is een romantisch orgel met 2 manuele klavieren en een voetklavier. Het orgel is van heel hoge kwaliteit en in goede staat.
P.S. Hetzelfde orgel, maar een maatje groter, ook gebouwd door Pierre Schijven, vind je in de Kathedraal van Antwerpen.
17. Altaar in zuidelijke kruisbeuk
Neogotisch, ontwerp door architect Van Assche uit 1880.
In de nis van de altaartombe is er een 17de-eeuws ligbeeld van Christus in het graf uit gepolychromeerd hout.
18. Triptiek van de schepping -17e eeuw
Middenpaneel: “Schepping van Adam in het aards paradijs”, toegeschreven Johannes Snellinck (Antwerpen, 1609) van de school van Otto Venius. God de Vader met baard, buigt zich over Adam en blaast er de levensadem in. Drie gevleugelde engelen omringen het gebeuren. Op de achtergrond het aards paradijs.
Linker zijluik: “Bekoring en zondeval van Adam en Eva” Eva in een sierlijke heupwiegende beweging en rechtstaand voorgesteld. Zij legt de rechterhand op de schouder van Adam. Hij houdt de appel achter zijn rug. Deze scène grijpt plaats onder een appelboom. De appelboom is het symbool van de bekoring. Het serpent (slang), als beeld van Satan houdt een tak met een appel in z’n bek en komt uit de boom te voorschijn. Dit paneel is het meest kunstvolle van deze triptiek.
Om de naaktheid van Eva te bedekken werd er achteraf een boomtak op getekend. In 1881 wou de kerkfabriek het werk verkopen omdat het toen niet eerbaar werd geacht. De bisschop van Gent beval in die tijd de triptiek te bedekken.
Rechter zijluik: “Adam en Eva in het aards paradijs.” Adam en Eva worden door een engel met vlammend zwaard verdreven. Naast Adam een verschrikte leeuw, lichtjes karikaturaal uitgebeeld. De hoofden van Adam en Eva en de handen van Eva zijn prachtig geschilderd. De lichamen zijn daarentegen vrij gebrekkig in beeld gebracht. De lichaamsbouw klopt niet.
19. Onze-Lieve-Vrouw ter Walle
Vermoedelijk 16de eeuw. Neogotisch herschilderd. Dit beeld stond vroeger in de Kapel ter Walle die door de Geuzen verwoest werd en afgebroken werd in de 19de eeuw. Volgens een legende werd het Mariabeeld in de Schelde gegooid maar het dreef stroomopwaarts de rivier omhoog tot het vlakbij de Pamelekerk aanspoelde, zodat men ervan uitging dat Maria hier vereerd wilde worden. Schippers die voornamelijk op Frankrijk voeren vereerden dit beeldje tegen verdrinkingsdood en de gevaren op het water.
Onder het beeldje staat een tekst: “Doet hier U caritate opdat U mogt bevrijd zijn van eene subite dood / Het perikel van het verdrinken /onheylen van het water.”
20. Preekstoel (Neogotisch ontwerp van architect Van Assche 1884)
21. Muurschildering H. Lodewijk van Frankrijk
Vermoedelijk 14de – 15de eeuw. Schildering op bezette hardsteen. Deze schildering is vrijgekomen bij de restauratie Van Assche omstreeks 1880.
Verborgen in de traphal van het orgel zit nog een muurschildering van Sint-Christophorus, wachter aan de poort van de kerk.
22 glasramen in de 2 zijkapellen
2 extra zijkapellen. De 4 glasramen door J. Dobbelaere (Brugge- 1909)
- Onze-Lieve-Vrouw overhandigt een scapulier aan de H. Simon Stock. Deze heilige woonde aanvankelijk als kluizenaar in een holle boom, vandaar de naam Stock. Hij werd karmeliet en kreeg een verschijning van de heilige maagd, afgebeeld op de grisaille in nr.23.
- Kroning van Maria
- Opdracht van Jezus in de tempel.
- Voorstelling van de doop van Jezus in de Jordaan.
23 Grisaille einde 17de eeuw
H. Simon Stock ontvangt een Scapulier van Onze-Lieve-Vrouw van de Karmel. De heilig Simon Stock is geknield op een grastapijt in habijt van de Karmelieten, neemt de scapulier in ontvangt uit de handen van Maria.
Een grisaille is een schilderij in grijstinten. Dit was rond 1700 erg in de mode. De grisaille werd vaak aangebracht op zijpanelen van altaren. Met de grisaille wekte men de illusie van een halfverheven beeldhouwwerk.
24. Beeld en reliekschrijn van Sint- Macharius (vermoedelijk 18de eeuw).
De heilige Macharius van Antiochië, ook Macharius van Gent genoemd, zou afkomstig zijn uit Armenië. Naar eigen zeggen volgde hij zijn oom op als aartsbisschop van Antiochië. Over zijn geboortedatum bestaat geen duidelijkheid. Hij stierf vermoedelijk in Gent op 10 april in 1012 aan de pest. Hij wordt veelal afgebeeld in bisschopskleren en met een steen waarin drie spijkers vastzitten. Sint-Macharius werd aanroepen als patroonheilige tegen besmettelijke ziektes bij de mens en zeker vanaf de 18e eeuw ook bij het vee.
De tweede zondag van september viert Pamele het Sint-Macharius-Kinderfeest. Er wordt processie gehouden met het reliekschrijn en tijdens de eucharistie worden de kinderen gezegend en Machariusbroodjes gewijd. Na de eucharistie volgt de uitdeling van de gewijde broodjes. Nadien volgt een happening op het kerkplein. Alle kinderen vanaf de wieg tot 12 jaar worden er met hun ouders verwacht.
25. Praalgraf
van Philippe de Locquenghien, heer van Pamele, Ber van Vlaanderen, Baron van Pamele en Heer van Audenaarde (+ 1616) & Valeria de Cotereau, (+ 1620).
Deze twee praalgraven vormen de mooiste beeldhouwwerken van de kerk en zijn uiterst fijn gehouwen. Typisch is de dubbele afbeelding: bovenaan rusten beiden op een praalbed, onderaan de lichamen in skeletvorm. Hiermee wou men aantonen dat roem en rijkdom vergankelijk is en de dood voor iedereen gelijk is.