Vanuit het lied van Taizé ‘Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft’ werd de adventskrans en de adventsperiode in beeld gebracht. Met het Taizé lied ‘Wait for the Lord’ werd het wachten op de geboorte van Christus met Kerstmis uitgezongen. Een verhaal van de vier kaarsen bracht ons terug bij onze adventskrans. Door samen te bidden voelden we ons meer en meer betrokken raken bij deze hoopvolle boodschap. Het prachtige lied ‘Of the Father’s love begotten’ vertelde ons het hele verhaal van de menswording en het leven van Christus.
Een passage uit het boek van onze bisschop E.H. J. Bonny zette ons met al onze vragen en zorgen weer op de grond. De vraag is niet ‘Waar is God’ in deze donkere tijd, maar wel ‘Waar is de mens’ die nodig is voor de medemens. Aansluitend werden enkele regels gelezen uit de ‘Handelingen van de apostelen’ hoofdstuk 11.
De tekst van onze bisschop E.H. J. Bonny
…‘In de zomer van 2015 ziet heel de wereld de beelden van een kind. Het zijn tragische beelden. Aydin, een driejarig jongetje, ligt dood aangespoeld op het strand van de Turkse stad Bodrum. Samen met zijn vader, zijn moeder en zijn broertje Galip was hij als vluchteling onderweg van Syrië naar het Griekse eiland Kos. Hun gammele bootje slaat lek en zinkt. Aydin en Galip verdrinken samen met hun moeder. Alleen hun vader overleeft het drama. De foto’s van het kindje gaan in enkele uren de wereld rond. Al wie het nieuws volgt, ziet dezelfde beelden.
Het is letterlijk een anti-Kerstmis. Geen levend maar een dood kind. Geen gelukkige jonge ouders maar een verwoest gezin. Geen warme verbondenheid maar koude verlatenheid. Geen liederen van vreugde maar tranen van verbijstering. ‘Waar is God nu?’, vragen wij ons dan af. We zouden beter vragen: ‘Waar is nu de mens?’ Waar is de mens met zijn ethische en sociale verantwoordelijkheid? Waar is de mens met zijn grote theorieën en wetenschappelijke verworvenheden? Waar is de mens die prat gaat op de Verlichting? Waar is de mens voor zijn medemens? Kerstmis gaat niet over romantische kaartjes en sfeervolle dromen. Kerstmis gaat over de rauwe werkelijkheid van het leven. Het kind in de kribbe ligt er niet voor zichzelf. Het ligt er voor alle kinderen die te klein zijn om zich te weren en zich te verdedigen. Het ligt er voor alle verjaagden die kamperen in het open veld of overleven in de rand van de samenleving. Het ligt er voor allen die uitzien naar God, omdat zij alleen nog van Hem redding en eerherstel kunnen verwachten.
Een grootschalig anti-Kerstmis, zo voelt de wereld vaak aan. Jezus werd niet toevallig midden de nacht geboren. Kerstnacht maakt integraal deel uit van Kerstmis. Wie de nacht niet durft te benoemen, met naam en toenaam, kan niet weten waarom het Kerstmis is, waarom in deze nacht een kind leeft…of sterft.
Overigens, de nacht vormt niet zomaar de omkadering of de achtergrond van Kerstmis. De nacht is de reden van Kerstmis. ‘Ik heb de ellende van mijn volk in Egypte gezien, de jammerklachten over hun onderdrukkers gehoord. Ik ken hun lijden. Ik daal af om hen te bevrijden uit de macht van Egypte, om hen weg te leiden uit dat land naar een land dat goed en ruim is, een land dat overvloeit van melk en honing (…)’: zo klinkt de stem van God in het boek Exodus (Ex 3, 16-17). Om de Aydins van deze wereld niet alleen te laten, daarom is Jezus mens geworden. Een land aan de overkant, waar die overkant ook mag liggen.’…
Zeer toepasbaar deze periode van de advent: de gemeenschap moet zorg dragen voor de gemeenschap. Indien we dit doen, dan ontsteken we een lichtend vuur dat nooit meer dooft. Door het aanbieden van een kaarsje willen we op meerdere plaatsen vuur ontsteken dat mensen aanspoort om ‘wel te zijn’ voor de medemens. Dan pas kunnen we sluiten met ‘Gaudete, gaudete, Christus est natus’ dank aan de 36 aanwezigen die samen met ons deze adventswake mogelijk maakten. Een lekkere tas koffie en een smakelijk stukje appel- of annanascake maakte deze avond tot een geslaagde bezinning.
Gaudete, gaudete Verheug U! Verheug! Christus wordt opnieuw geboren. Een lichtend vuur ontsteekt in ons, een vuur dat nooit meer dooft. Gaudete.