De blindgeboren mens

In een cursus “eerste hulp bij ongevallen” kunnen we leren wat we moeten doen als er iets ernstigs gebeurt. De eerste regel is: kalm blijven.

Als Jezus de blindgeboren mens geneest, is het eerste dat Hij doet: hem zien, hem opmerken. Als wij een mens in nood niet eens zien of niet willen zien, kunnen wij ook niet helpen of ondersteunen.

Het tweede dat Jezus doet: Hij stelt een gebaar. Hij neemt wat slijk en wrijft dat op de ogen van de blinde mens. Ook wij zouden gebaren van barmhartigheid moeten stellen. We kunnen niet alle lasten op ons nemen, maar we kunnen soms wel een betekenisvol gebaar stellen.

Het derde deel in het evangelie is de blinde man die het woord neemt. Hij getuigt over Jezus, in waarheid. Hij vertelt wat Hij aan hem heeft gedaan. Dat is ook een opdracht van de christen: getuigen van ons geloof.

Tenslotte komt de opdracht. De blinde legt zich op de grond en wordt een leerling van Jezus. Hij wordt een nieuwe mens. Hij gaat Jezus achterna. Laten ook wij nieuwe mensen worden en Jezus achterna gaan.