De vrouw put water. Jezus brengt water waarvan je geen dorst meer krijgt. De leerlingen brengen voedsel. Jezus heeft het over andere spijs.
Zeurende kinderen krijgen wel eens iets gedaan, alleen al maar om van het gezeur af te zijn. Misschien is dat een truc die niet enkel door kinderen wordt gebruikt...
Als de Hebreeën in de woestijn radeloos van dorst en ontbering zijn, weet Mozes zich geen raad meer. Hun zeuren wordt onhoudbaar als ze Mozes bedreigen. Gelukkig schiet God hem te hulp met water uit de rots. De mensen hebben te drinken en het gemor stopt. Maar ze hebben niet begrepen dat God hen heeft gered.
In het stukje evangelie wordt het taalspel duidelijker. De Samaritaanse vrouw komt water putten maar Jezus heeft het over water waar je geen dorst meer van krijgt. En later komen de leerlingen met voedsel dat ze in de stad zijn gaan kopen maar Jezus heeft het over ander voedsel, een andere spijs: de wil van de Vader te doen.
Er is geen rechtstreeks contact tussen Jezus’ leerlingen en de Samaritaanse vrouw. De leerlingen begrijpen niet wat Jezus doet. Ze staan weer voor een bijna revolutionair optreden van hun Meester. Hier geldt wat voor de Hebreeën in de woestijn van tel was: geloven is dieper kijken dan de zichtbare werkelijkheid. Niet je onmiddellijke dorst lessen maar zoeken naar het water waar je geen dorst meer van krijgt.
Op het einde komt alles dan toch bijeen. Jezus blijft twee dagen bij de Samaritanen, weer een ongeoorloofde keuze. Maar die hebben het begrepen, zoals de slotzin van ons evangeliestukje zegt: ‘Deze is werkelijk de redder van de wereld!’
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.