God doen is mensen troosten.
Wij roepen soms de Godsnaam uit als een krachtterm, een vloek. En soms spreken wij hem, onbewust, heel bewonderend uit: ‘Mijn God, wie had dat gedacht?’ Af en toe nemen wij Gods naam smekend in de mond: ‘Goed, help mij, want ik heb U nodig.’
Was dat de vraag die de vrouwen zich stelden toen zij naar Jezus’ graf op weg waren, ‘s morgensvroeg - het was nog donker? “Wie zal de steen wegrollen, die dikke steen, voor de ingang van het graf; wie gaat dat voor ons doen? God kom ons helpen, want wij kunnen dat niet.”
De steen was al weggerold. Het lijkt een detail maar het is de voorbode voor een groter gebeuren: de verrijzenis van de Christus. De dikke steen was misschien ook de steen die op hun hart woog, de steen van verdriet, van hun angst, van hun radeloosheid?
Wie kan die steen wegrollen? God, help ons, want wij zijn machteloos....
God kan dat. Hij kan ons begrijpen en ons ondersteunen. Hij geeft ons familieleden en Hij geeft ons vrienden die voor ons God doen, die naar ons luisteren, onze goede woorden zeggen, ons een teken van leven geven als het leven wegvloeit.
Laten wij zelf mensen zijn die God doen voor anderen. Wij zijn niet God maar wij kunnen God wel doen. Wij kunnen maken dat anderen aan ons God zien en horen zodat Hij de steen kan wegrollen die op hen weegt.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.