Jezus stuurt zijn leerlingen naar het diepe voor een wonderbare visvangst.
Je zegt iets en degene die het hoort, reageert anders dan je had verwacht. Dat komen we allemaal tegen. Je doet dan moeite om de boodschap toch juist te brengen. ‘Je moet mijn uitspraak in het juiste kader zetten,’ zeggen wij dan. Tegenwoordig heet dat ‘framen’. De verhoging van een belasting moet je goed ‘framen’, dan slikken de mensen dat gemakkelijker.
Jezus bedoelt zoiets als hij zijn leerlingen de opdracht geeft naar diep water te varen. De vissers werkten toen vooral ‘s nachts omdat de vissen dan naar boven kwamen, in de koelte. Overdag zaten ze te diep. Jezus gaat tegen de logica van de vissers in.
Er is schaarste; de vangst is tegengevallen. Die dag zullen de vissers niet veel verdienen. “Vaar naar het diepe,” zegt Jezus.
Jezus zegt het ook tot ons als er schaarste is. Wees niet oppervlakkig, keer naar binnen, kijk diep in je hart en gedachten. Daar is de Heer zelf te vinden. Misschien zien we dan dat onze ‘schaarste’ nog zo erg niet is. Als we in de diepte bidden, helemaal tot onszelf komen en de Heer aanspreken - zal Hij ons helpen in onze schaarse ogenblikken.
Jezus geeft ons de raad onszelf te ‘framen’. Staar je niet blind, zegt hij. Blijf niet in het ondiepe, in het oppervlaktewater. Leef met diepe wortels van geloof, hoop en liefde. Je zult jezelf anders beginnen zien en je ontdekt hoe nabij de Heer je is.
We weten wat er dan gebeurt: een wonderbare overvloed.