De uiterlijke daden alleen zijn niet voldoende om gerechtvaardigd te zijn. Als wij voor God staan, moeten wij ons niet met anderen vergelijken.
Mensen met kinderen maken dagelijks keuzes. Ouders kunnen plannen maken over hoe zij hun kinderen willen opvoeden en zij kunnen daarover dromen, maar de praktijk is vaak anders. Kinderen hebben een eigen weg te gaan.
In de eerste lezing en in het stukje evangelie van vandaag, stoten we daar op. Het gaat er telkens over bidden. Sirach gaat ervan uit dat een gebed niet altijd wordt verhoord zoals wij dat wensen. Hij spreekt over gebed tot aan de wolken, zelfs door de wolken. Het gebed wordt schijnbaar niet verhoord. Maar dan schrijft hij dat het gebed niet rust tot het zijn doel bereikt en dat doel is God. God doet met ons gebed zoals God alleen dat kan. Wij kunnen iets willen, maar dat is niet altijd volgens onze droom.
In het evangelie staan twee biddende mensen in de tempel. De Farizeeër is een man met een plan en hij vergelijkt zich met de tollenaar. Hij voelt zich veel beter in de gehoorzaamheid aan de wet. De tollenaar kijkt enkel naar zichzelf en hij ziet zijn kleinheid. Jezus kiest voor de tweede. Het plan van de Farizeeër is niet wat God verlangt. Hij wil niet dat we ons afmeten aan de anderen. Staande voor God, verlangt Hij dat we zijn wie we zijn.
Ouders kunnen de mooiste dromen hebben over hun kinderen. Ze hebben het niet in handen of die dromen zullen uitkomen. Staande voor God, moeten wij niet vol zijn van onze verlangens en wensen, van onze prestaties en verwezenlijkingen. God zal ons zijn liefde schenken, op zijn wijze. En dat is niet altijd wat wij zelf dromen en verwachten.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.