Jezus roept de christenen op als deurwachter om het goede binnen te laten: Gods heil voor iedereen.
Miljarden euro en dollar werden al uitgegeven aan de ontwikkeling van satellieten die de aarde in het oog houden. Alle grootmachten hebben hun eigen spionagenetwerk in de ruimte. Ze zijn elkaars vijand en dus moeten ze alles van elkaar zien en weten.
Als Jezus zijn leerlingen en later iedereen tot waakzaamheid oproept, is het niet om elkaar als vijand te begluren. Jezus’ oproep is de uitdaging om het goede te zien gebeuren. Gods menswording gebeurt elke dag opnieuw in het groot en in het klein. Je moet waakzaam zijn om het op te merken.
Een man die op reis vertrok... We kennen dat beeld uit het evangelie. De man geeft ieder een eigen taak. De poortwachter wordt afzonderlijk vermeld. Hij of zij moet uitkijken en de terugkomst van de reiziger aankondigen.
Wij zijn de poortwachters. In de wereld heeft iedereen een opdracht en een taak. Christenen zijn degenen die de komst van God aankondigen en aanwijzen. Opdat de wereld niet in zichzelf opgesloten zou zijn, is de wachter op de uitkijk nodig. Opdat iedereen zou meekunnen en opdat iedereen de eindmeet zou halen - ook die 1 op 7 die nu niet meekan - moeten er wachters zijn die oproepen en waarschuwen.
Spionage is niet ons ding; wij spelen geen machtsspel. Christenen dragen de goede boodschap van Gods menswording als een appèl tot waakzame inzet. Gods goedheid gebeurt. Laten we ze zien en doen oplichten. Ook voor die 1 op 7 die in armoede leeft.