Gebed-Bijbel-Leven: dat is de naam van een maandelijkse ontmoetingsavond waar een aantal leden in onze pastorale eenheid aan deelnemen. We gaan er in dialoog met mekaar en met God vertrekkende van een gebed, een Bijbeltekst en datgene wat sommigen van ons raakte in het leven van de voorbije maand.
Wat op die avonden gebeurt doet me denken aan de evangelietekst die van Maria zegt dat zij die dingen in haar hart beschouwde. Zoals Maria worden ook wij in ons leven geconfronteerd met zovele dingen, die om reflectie en duiding vragen.
Persoonlijk vind ik dit ‘in het hart beschouwen’ erg belangrijk, want de manier waarop ik tegen het leven aankijk bepaalt in belangrijke mate de richting die ik aan mijn leven geef, en zo ook wie ik als persoon word.
Toelevend naar Pinksteren lieten we de evangelietekst uit Johannes 14 tijdens de voorbije vergadering tot ons hart spreken. Onder meer de volgende zin: Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord (mijn geboden) onderhouden, mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen en verblijf bij hem nemen (een andere Helper zal hem geschonken worden).
Deze zin liet een inzicht heropleven dat jaren terug in mij groeide:
Als jongere herinner ik mij hoe heel wat van mijn vrienden omgingen met de regels, “de wetten” die hun ouders aan hen voorhielden: ze zagen er de zin niet van in en ervaarden die als een hinderpaal die hun geluk in de weg stond. Ze probeerden er dan ook zoveel mogelijk aan te ontsnappen. Dat gaf aanleiding tot nog meer regels en restricties, wat alleen maar leidde tot nog vernuftiger wegen om er omheen te komen… een spiraal die aan hun leven in vele gevallen een negatieve wending gaf.
Daarnaast zag ik hoe enkele ouders er blijkbaar toch in slaagden om hun kinderen op één of andere manier warm te maken voor de geest achter hun levensvisie, en hoe die kinderen de ‘wetmatigheden’ die daarmee samengingen begrepen, behartigden en daardoor een heel andere levensweg opgingen.
Het verschil tussen beide groepen van jongeren lag hem in datgene waar zij zich door lieten begeesteren, door datgene wat hen bezielde.
Ezechiël drukte een gelijkaardige gedachte uit in een profetie (Ezech 36, 26-27) die naar mijn gevoel de kern raakt van waar Pinksteren rond draait:
Ik zal jullie een nieuw hart en een nieuwe geest geven, ik zal je versteende hart uit je lichaam halen en je er een levend hart voor in de plaats geven. Ik zal jullie mijn geest geven en zorgen dat jullie volgens mijn wetten leven en mijn regels in acht nemen.
God wil ons geen wetten opleggen tegen onze wil in. Liefde kan je immers niet opleggen. God klopt respectvol aan de deur van ons hart (Openb 3, 20) en vraagt om daar te mogen verblijven, Hij wil er Zijn Helper, Zijn Heilige Geest, Zijn Geest van liefde, het DNA van God zelf in ons hart griffen.
Ja Heer, in dankbaarheid voor uw grote liefde, wil ik de deur van mijn hart voor U openstellen. Ik wil uw woord, uw geboden onderhouden, want door uw genade zie ik er de diepe zin van in. Kom en verblijf in Mij, want enkel als U in mij woont en mij begeestert kan U mijn leven echt vruchtbaar maken. Kom Heilige Geest!
Emmanuel VDS
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.