Vandaag vierden we met Palmzondag het begin van de Goede Week. “Goede” week omdat, ondanks verraad, staalharde loochening, vernedering en wreedheid, het leven en de liefde zegevieren. Het leven en niet de dood. De liefde, die zachte en nederige liefde, en niet de haat.
De lenige liefde, het zegevierende leven. Dat wat in ons niet klein te krijgen is. De Goede Week leert ons dat dat nooit ophoudt. Het vervult mij met verwondering, iedere keer opnieuw. Als oorlog een eens zo bruisende stad verwoest, als ziekte toeslaat in haar ontelbare gemaskerde gedaanten, als een aanslag geliefden wegmaait zoals in ons eigenste Brussel ruim een jaar geleden, word ik geraakt door die liefde en die levenskracht van mensen en nabestaanden om rechtop te krabbelen. Soms vroeger, soms later. Ook al laat het gebeuren zijn sporen na, littekens die ons hoe dan ook transformeren – we zullen nooit meer dezelfde zijn. In het beste geval worden we er een rijker mens door. De vergevingsgezindheid, de ruimhartigheid en de barmhartigheid van sommige slachtoffers openen en inspireren mij. En bevestigen mij hoe er onder alle lagen van pijn, bitternis, woede, wrok en wraakgedachten, na een belangrijke en onvermijdelijke rouwtijd (met de bekende fases, die soms een grillig verloop kennen) en een innerlijke zoektocht, ruimte ontstaat, of moet ik zeggen vrijheid!, om het leven weer toe te laten, liefdevol en groots te omarmen. Kortom om recht te doen aan onze roeping: stralende kinderen te zijn van God.
Sophie Vanhaverbeke