Wat maakt dat een dag boven vele anderen uitspringt? Wat maakt dat we er, nadien, met een breed hart en warme gloed aan terugdenken?
Tijdens de vormselviering voelde ik een intensiteit – laat het me gemakshalve en inleidend zo benoemen - waar ik graag bij wil stilstaan.
Het heeft om te beginnen zeker te maken met het uitzonderlijke en eenmalige van een dergelijke viering: we herinneren ons allemaal het sacrament van ons vormsel, denk ik, bijna net zoals, desgevallend, ons huwelijk of een priesterwijding.
Dat zo’n dag er meer uitspringt dan een “doorsnee” eucharistieviering (bestaat dat dan?, vraag ik me meteen af, maar goed, u begrijpt me wel), ligt dan wellicht in de lijn der verwachtingen…
Maar wat me vooral trof was de authenticiteit van het hele gebeuren, de oprechtheid van die vele jongens en meisjes - ze leken wel pasgeboren en fris als een eerste lentebries. Het leek of boosheid en leugen, wanhoop en verbitterdheid een korte tijdsspanne van de aarde verdwenen waren. De hele viering ademde eenvoud, een ontwapenende eenvoud waar niemand onberoerd bij bleef, en tegelijk werd ieder kroongetuige van een intens gebeuren. Het moment waarop de talrijke aanwezigen, jong en minder jong, rond de vormelingen gingen staan, staat me opnieuw helder voor de geest. De doopbeloften die zij en wij uitspraken, doen ertoe!
Wat dit tot zo’n warme en gedragen viering maakte, danken we ten slotte aan nog twee vermeldenswaardige elementen. Eén. Het koor, de toegewijde muzikanten, de enthousiaste en aanstekelijke dirigente, de met zorg uitgekozen liederen waarbij ik een krop in de keel kreeg bij de beroemde gospel “Oh happy day” (zo lang ik me kan herinneren zette mijn moeder die plaat op bij onze en haar verjaardagen). Twee. Mgr. Jean Kockerols. Zijn humor kan een steen tot water doen smelten, zijn geestigheid doet alle twijfel verdampen en raakt de mens, iedere mens, tot in z’n meest kostbare kern. Alleluia!
Sophie Vanhaverbeke