De laatste verzen van het Evangelie uit Lucas (19, 1-10) die we lazen tijdens de laatste GBL bijeenkomst, zinderen na enkele dagen nog na: “De mensenzoon is immers gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was.”
Misschien stelt u zich af en toe, beste lezer, net als ik ook deze vraag, wellicht iets vaker in deze door mist en sluier behangen dagen die neigen naar inkeer en mijmering...
Wat is de bedoeling van ons mens-zijn hier op aarde? Zou het kunnen dat wij, bij onze geboorte, dòòr onze geboorte, ook deze zending dragen? Om te zoeken en te redden wat verloren was? Naar wat dan?, hoor ik u denken. Wie is er verloren, wie moet er gered?
Wellicht rijpt het antwoord dag na dag, jaar na jaar, in ons. Zoals de beeldhouwer het kunstwerk gestaag en geduldig polijst en verfijnt, met z’n goede en kwade dagen.
De gedachte spreekt me aan, alleszins.
Meer nog, het lijkt bijwijlen alsof wie verloren is, wie “gered” moet worden, op een toevallige en onverklaarbare wijze, mìj zoekt en vindt. Zo neergeschreven geeft dit ineens een tamelijk rustgevend effect. Het overkomt mij als het ware. Op een blauwe maandag, “sans crier gare” zoals dat zo mooi klinkt, tuimelt er iemand mijn leven binnen. Een man of vrouw die net iets meer blauwe plekken kreeg in het leven, net iets meer onderkoeld of verdwaald lijkt.
De kunst en uitdaging hierbij is dosering. Onze grootste talenten zijn ook onze grootste valkuilen, heb ik geleerd. Dus is het opletten geblazen. Want ik kan alleen goed luisteren en geven, als ik ook (en wie weet in de eerste plaats?) mezelf beluister en geef. Zelfzorg heet dat met een modern woord.
Maar dat heb ik (of hebben wij) niet goed, niet echt geleerd, toch? Grenzen aangeven evenmin.
Laat ons misschien ook onszélf af en toe de vraag stellen, mild, open en ontvankelijk: “Wat heb ìk nu nodig?” Want dan kan ik daarna juist béter geven en “beademen”.
Een fijne “binnen-tijd” aan iedereen.
Sophie Vanhaverbeke
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.